Niet duizend, maar 240 docenten praatten mee over het belangrijkste onderwijsadvies van het jaar

Vorige week organiseerde de Onderwijscoöperatie een online discussie voor docenten om mee te praten over het eindadvies van Platform Onderwijs2032, dat gaat over wat leerlingen in het primair en voortgezet onderwijs moeten leren om voorbereid te zijn op de toekomst. Duizend docenten konden meedoen.

Tijdens de discussie kreeg ik een berichtje van een collega: ‘Die discussie waar je over mailde, is dat dezelfde als die waar me 15 euro voor is geboden om mee te doen?’

Het was inderdaad dezelfde discussie. Een week eerder was ze benaderd door een wervingsbureau. Na de online discussie schreef de Onderwijscoöperatie op haar site: ‘Er was een open sessie waarbij alle leraren zich konden aanmelden en een besloten sessie met een representatieve groep. Deze laatste groep is samengesteld op basis van specifieke criteria (o.a. aantal jaren voor de klas, schooltype, bevoegdheid, landelijke spreiding). Deze criteria zijn opgesteld om de representativiteit van de deelnemers te waarborgen. Deelnemers aan de besloten sessie ontvingen een tegoedbon voor hun deelname.’

Later voegde de Onderwijscoöperatie daar aan toe dat de ‘representatieve groep’ bestond uit 115 deelnemers, en dat 125 docenten deelnamen aan de open sessie. Een stuk minder dan duizend dus.

Volgens de site worden deze week drie offline panelbijeenkomsten georganiseerd. Ik heb de Onderwijscoöperatie gemaild met de vraag of ik daarbij aanwezig kan zijn.

Dit schreef ik vooraf over de discussie Dit schreef de Onderwijscoöperatie na de online discussie Dit stuk schreef ik eerder over de totstandkoming van het eindadvies Onderwijs2032