De opstand tegen de elite is geslaagd. Maar Brexit lost het probleem niet op

Marc Chavannes
Correspondent Politiek

Het Britse volk heeft gesproken. Out heeft gewonnen. De Europese Unie krijgt de schuld van alles. Miljoenen Britten hebben hun boosheid, verlorenheid, armoede en onzekerheid tot explosie gebracht. Zij verwijten de Unie dat honderdduizenden Polen en Roemenen hun werk hebben overgenomen. Zij verwijten de EU een leven van erfelijke werkloosheid.

17,4 miljoen willen weer grip op hun bestaan. De uitbarsting van nationale trots zit vol tegenstrijdigheden en ironie. Als één land in Europa heeft gepleit voor één open markt, dan is het wel het Verenigd Koninkrijk. Als één land zich consequent heeft verzet tegen minimumstandaarden voor arbeid, inkomen, gezondheidszorg en milieu, dan is het wel het Verenigd Koninkrijk.

Hoe grenzelozer en regelarmer die ene markt, hoe sterker de sociale race to the bottom. Hoe groter de open markten waar Britse bedrijven zaken kunnen doen, hoe meer de dagelijkse levens binnen de lidstaten worden gelijkgeschakeld. Maar dát willen de Brexitstemmers niet. Eigen marmelade eerst.

Het democratie-argument

Nog zo’n paradox. De Leave-voorvechters maakten werk van herstel van de macht van het parlement van Westminster. Een stem voor Brexit is een stem voor democratie. Suggestie: Brussel legt ons van alles op, we ontworstelen ons aan die onverkozen bureaucratie. Een voorstelling van zaken die misleidend is, want ‘Brussel’ is de optelsom van 28 lidstaten.

De neoliberale tijdbom van Angelsaksische makelij is ontploft, in eigen land

De gevolgen van de door Groot-Brittannië bepleite globalisering én de Europese open markt treffen vooral een onderklasse die de rijken rijker zag worden. Zij hebben nu hun vuist gebald. Gesteund door nostalgische nationalisten en ouderen.

De neoliberale tijdbom van Angelsaksische makelij is ontploft, in eigen land.

En misschien de grootste ironie van allemaal: twee derde van de jeugd heeft vóór Blijven in Europa gestemd. Zij zitten straks opgescheept met de gevolgen van de Exit-stem van de oudere generaties, die op hun beurt straks uit de hemel toekijken.

Gezaaid en geoogst

David Cameron heeft gegokt en verloren. Hij treedt binnen enkele maanden De leider van de Conservatieven heeft geoogst wat hij zaaide. Jaren afgeven op een eigenmachtige, bureaucratische Europese Unie heeft geleid tot een meerderheid die hoopt dat Brittannië weer groot kan zijn buiten die Unie. De meerderheid geloofde hem niet toen hij pas te elfder ure campagne voerde voor Blijven. Geef ze eens ongelijk.

Een vergelijkbaar lot treft Jeremy Corbyn, de Labour-leider. Ook hij voerde weliswaar campagne voor Blijven, maar deed dat lauwtjes. Zijn soort Labour-links is nooit echt enthousiast geweest over de Europese Unie. Bovendien wist hij dat een groot deel van zijn achterban behoort tot de slachtoffers van de neoliberale excessen van de laatste tien jaar. Die kiezers wilden een vuist maken met Brexit.

Die halfhartigheid heeft geen winst opgeleverd bij het referendum. En Labour is de teleurgestelde arbeidersklasse toch kwijtgeraakt. Die heeft op 23 juni met vertraging nog eens tegen Margaret Thatcher gestemd. Geen wonder dat ook Corbyns positie op het spel staat. Hij kan eerder weg zijn dan zijn rivaal David Cameron.

Verbrokkeld Koninkrijk

Het Verenigd Koninkrijk wil weer baas in eigen huis zijn, maar het huis heeft zware schade opgelopen. De uitbarsting van nationalistische boosheid was vooral een Engelse. Wales stemde ook voor Brexit. Noord-Ierland was in meerderheid voor Blijven.

Schotland was zo duidelijk trouw aan zijn pro-Europese wortels dat Nicola Sturgeon, de Schotse premier, zonder omhaal verklaarde dat een nieuw referendum over onafhankelijkheid weer op tafel In 2014 stemden de Schotten krap voor Blijven, maar dan binnen het Verenigd Koninkrijk. Nu dat de EU de rug toekeert, zijn de omstandigheden ingrijpend veranderd.

Het Verenigd Koninkrijk kan over een paar jaar trots zijn Onafhankelijkheidsdag vieren op 23 juni, zoals de aanstichter van dit alles, UKIP-leider Nigel Farage Maar het zou wel eens de onafhankelijkheid van een aanzienlijk gekrompen koninkrijk kunnen zijn.

De stoerheid en het ongemak

De leiders in Brussel, Parijs en Berlijn hebben in een eerste reactie ferme taal uitgesproken. Jammer, maar we gaan niet lief doen. Weg is weg, en liever snel. Die stoere vastbeslotenheid verbergt een kolossaal ongemak. De leiders van het Europa van de 27 overgebleven lidstaten weten heel goed dat zij zakelijk en in het gemeenschappelijk eigenbelang zullen moeten onderhandelen met de Britten.

De stoere vastbeslotenheid vanuit Brussel verbergt een kolossaal ongemak

Het is ook Europees belang dat de financiële verwevenheid met de City niet verloren gaat, dat de Britse markt niet dichtgaat. Het is ook Europees belang dat de Britten blijven meedoen aan de gemeenschappelijke verdediging van West-Europa als het erop aankomt.

Bovendien, de uitgebarsten woede in vooral het niet-stedelijke Engeland is maar al te bekend in de meeste landen op het Europese vasteland.

Twee Europese reacties. Allebei fout

De verleiding zal zijn te zeggen: nu kunnen we eindelijk vaart maken met het voltooien van de politieke unie, gemeenschappelijke belastingen gaan heffen en naar een Europese regering groeien. Federalisme mag het niet heten, maar dat is wel de koers waar landen als Frankrijk en België al jaren op aansturen.

Nederland vroeger ook. Maar dat vaart sinds het referendumdrama van 2005 meer de andere verleidelijke koers. Premier Mark Rutte voelt zich niet voor niets zo verwant aan David Cameron. Ook hij probeert een Minder Europa-toon in eigen land te combineren met in Brussel zo goed mogelijk voor de dag komen en meedoen. Maar ook daar weet iedereen dat Nederland zijn federale gezindheid heeft verruild voor nadruk op intergouvernementele samenwerking.

Naties die zaken met elkaar doen. En smalend of helemaal niet praten over de immense gemeenschappelijke rechtsordening die de laatste twintig, dertig jaar is gegroeid. Op uiteenlopende terreinen als milieu, verkeersveiligheid, bescherming van de persoonlijke levenssfeer en talloze andere vitale gebieden is de nationale wetgeving een uitwerking van Europese regelgeving en rechtspraak. En dat is maar goed ook, want nationaal lagen de meeste landen anders ver achter op wat nodig is.

Elite heeft het nakijken

De Britse volksopstand - tegen de elite, bestaande nette Conservatieven, officieel Labour, Liberaal-Democraten, het grote bedrijfsleven, de financiële en academische wereld plus de jongere kosmopolitische bevolking van Londen en een aantal andere grote steden - is geslaagd. Alles moet overhoop. Niemand weet wie er morgen de baas is en wat de regels van het spel zullen zijn.

Boris Johnson, kopstuk van de Leave-campagne en waarschijnlijk de nieuwe premier tot er nieuwe verkiezingen zijn, leek het allemaal te beseffen. Bij zijn eerste optreden na de overwinning stond zijn als een van de befaamde scheepsweerberichten uit het Engelse Kanaal, ‘zwaarbewolkt naar regen’. Hij weet dat zijn simpele heilsbeloften na herwonnen zelfstandigheid niet zomaar uitkomen. Hij weet dat een recessie waarschijnlijker is.

Het zou zelfs kunnen dat hij beseft dat de mensen die hij meekreeg met de belofte dat Out de verlossing uit hun lijden dichterbij zou brengen, de eersten zijn die worden getroffen als de Britse economie in zwaar weer terecht komt. Wat dat betreft was Johnsons verklaring dat er geen haast gemaakt hoeft te worden met exit-onderhandelingen veelzeggend. En vrij schandelijk na alle gewekte verwachtingen.

Eindelijk erkennen waar EU doorschoot

Maar ook de leiders van het moeizaam verenigde Europa post-Brexit zullen beseffen dat noch snellere eenwording noch verdere nationalisering kansrijke routes zijn voor herstel van elan en vertrouwen in een Verenigd Europa. Wat rest is eindelijk de analyse durven maken, eindelijk de discussie aangaan over wat er fout is gegaan en welk Europa we willen.

De EU is doorgeschoten als neoliberaal marktmodel. Zowel de federalisten als de nationalisten hebben er onvoldoende vragen bij gesteld. Het is de dominante norm en vorm geworden. De opstand daartegen is nog maar net begonnen.

Ophouden te flirten met ‘minder Europa’, het zal moeite kosten. Erkennen dat de EU meer is dan een grote markt. Uitleggen dat dit Europa ook sociale en culturele waarden vertegenwoordigt. Die stellen soms grenzen aan de vrijheid en de bandeloosheid van die verenigde markt. Soms kost dat winstprocenten. Maar het levert menselijke en mentale winst op.

Daar eindelijk werk van maken kan vertrouwen terugbrengen en de neiging beperken de volkswoede tot ontploffing te brengen.

En overigens: de generaties van nu en morgen laten zich Europa niet afnemen. De toekomst is rommelig maar hoopvol.

In mijn Politiek Dagboek probeer ik achtergrond te geven bij het nieuws over politiek en democratie. Het zijn persoonlijke notities bij de actuele gang van zaken. Volgende week kan de invalshoek weer anders zijn.