Context bij het schandaal: waarom Australië asielzoekers naar een piepklein Pacifisch eiland stuurt
The Guardian onthulde deze week een groot schandaal: in een Australisch asielzoekerscentrum vindt op grote schaal kindermisbruik plaats. Dat centrum bevindt zich niet in Australië, maar in een piepklein Pacifisch eilandstaatje: Nauru. Wat is daar in vredesnaam aan de hand?
Het is een van de gruwelijkste onthullingen die je je kunt indenken. De Britse krant The Guardian bracht deze week The Nauru files naar buiten - een verzameling van meer dan tweeduizend documenten die aantonen dat op grote schaal kindermisbruik wordt gepleegd in een Australisch asielzoekerscentrum.
De documenten - geschreven tussen mei 2013 en oktober 2015, door bewakers, medisch personeel en sociaal werkers - bevatten tientallen incidenten van seksueel misbruik en ander geweld. In meer dan de helft van de gevallen zijn er kinderen betrokken.
Er zijn rapporten over bewakers die kinderen in het gezicht slaan of dreigen hen te doden. Er is een rapport over een bewaker die een kind langer liet douchen in ruil voor seks. Er is een rapport over een meisje - jonger dan 10 - dat zich voor een groep volwassenen moest uitkleden en haar vinger in haar vagina moest stoppen.
Het zijn gruwelverhalen, die in Australië voor een golf van protest en politieke onrust hebben gezorgd.
Hoe heeft dit kunnen gebeuren?
Dat heeft alles te maken met de manier waarop Australië zijn asielprocedure organiseert. Het land verscheept de asielzoekers namelijk per direct naar haar buurlanden. Onder meer naar het kleine eilandstaatje Nauru, waar de misstanden plaatsvonden.
Waarom? En hoe werkt dat?
Per direct verscheept
Australië is, anders dan Europa, niet via land te bereiken voor asielzoekers. Wie probeert Australië binnen te komen om asiel aan te vragen, zal dus per boot moeten komen. De bootjes mikken meestal op Christmaseiland, de Australische versie van het Italiaanse Lampedusa. Het eiland ligt zo’n 2.000 kilometer van de noordwestkust van Australië af en 400 kilometer ten zuiden van Indonesië.
Voor Australië is, net als voor de Europese Unie, de toestroom van bootvluchtelingen al jaren een hoofdpijndossier. Niet voor niets zegt een Aboriginal in een veelgehoorde mop tegen de Australische premier: ‘Ik snap je probleem. Wij houden ook niet van mensen die hier in boten aankomen.’
Maar de oplossing die de Australiërs nu hebben gekozen, gaat een stuk verder dan de onze: de asielzoekers die per boot aankomen, worden niet ondergebracht in detentiecentra in Australië, maar verscheept naar twee buurlanden: Papoea-Nieuw-Guinea en het piepkleine eilandstaatje Nauru. En alleen daar kunnen ze asiel aanvragen.
Afschrikeffect
Deze zogenoemde ‘Pacific Solution’ werd in 2001 voor het eerst ingevoerd. ‘Illegalen’ die Australië bereikten, werden direct naar Manuseiland in Papoea-Nieuw-Guinea of Nauru gevlogen, om daar hun procedure af te wachten. Het idee: de deportaties zullen bootvluchtelingen afschrikken om de oversteek te maken en de detentiekosten op lange termijn dus terugdringen. Het ruilmiddel: gulle ontwikkelingshulppakketten voor Papoea en Nauru.
Het beoogde afschrikeffect werkte. Kwamen er in 2001 nog 5.500 bootvluchtelingen aan in Australië, het jaar daarop was dat er één. Van de asielzoekers die tussen 2001 en 2008 op de eilanden zaten, kreeg 43 procent asiel in Australië, 25 procent in Nieuw-Zeeland en een paar procent in andere landen. Bijna 30 procent werd afgewezen en ging terug naar het land van herkomst.
Migranten die per boot aankomen in Australië, zullen nooit - juist: nooit - meer kansmaken op een verblijfsvergunning in Australië
Toch kwam er veel kritiek van mensenrechtenorganisaties op het uitbesteden van de asielopvang. De asielzoekers zouden in vreselijke kampen zitten, media werd op afstand gehouden, de procedures duurden jaren. Ook de Australische Laborpartij - destijds in de oppositie -, met daarin de latere premier Julia Gillard, was fel tegen de eilandkampen. Gillard zei in 2003: ‘Labor zal de Pacific Solution beëindigen, omdat die kostbaar, niet duurzaam en principieel fout is.’
Toen de Laborpartij eind 2007 aan de macht kwam, maakte ze die belofte waar: de ‘offshore’-kampen werden gesloten. Kort daarop nam het aantal bootvluchtelingen weer een vlucht. Gillard stelde een adviescommissie samen, die in augustus 2012 concludeerde dat de door haar zo gehate Pacific Solution beter weer kon worden ingevoerd. En zo werden de kampen op Nauru en Manuseiland in Papoea-Nieuw-Guinea weer in gebruik genomen.
Maar dit keer nam het aantal bootvluchtelingen niet af. En dus voelde de interim-premier Kevin Rudd zich in de zomer van 2013 gedwongen er nog een schepje bovenop te doen. In een televisietoespraak kondigde hij het nieuwe migratiebeleid aan: migranten die per boot aankomen in Australië, zullen nooit meer kans maken op een verblijfsvergunning in Australië. Ze zullen alleen asiel kunnen krijgen op Papoea-Nieuw-Guinea of op Nauru.
Momenteel zitten er op Nauru zo’n 442 asielzoekers en op Manuseiland twee keer zoveel.
Half zo groot als Schiermonnikoog
Nauru’s president Baron Waqa zegt dat zijn land ‘blij is Australië te kunnen helpen.’ Nauru wordt dan ook goed betaald voor de hulp: per jaar gaat er zo’n 25 miljoen Australische dollar aan hulpgeld naar het eiland. Op een bruto binnenlands product van 230 miljoen is dat een flink bedrag. En daar komen de contracten met Nauruaanse bedrijven nog eens bij.
Wat voor toekomst hebben de vluchtelingen in dit piepkleine eilandstaatje? Nauru is slechts 21 vierkante kilometer groot - half zo groot als Schiermonnikoog - produceert vrijwel geen voedsel, is volledig afhankelijk van import en heeft moeite genoeg drinkwater te leveren aan de 9.000 inwoners. Zo’n 90 procent van de Nauruanen is werkloos.
Nauru is slechts 21 vierkante kilometer groot. Zo’n 90 procent van de 9.000 Nauruanen is werkloos.
Ondanks al het geld dat Australië in Nauru en Papoea pompt, blijft de mensenrechtensituatie in de kampen - net als de situatie van de eilandbewoners - slecht. De afgelopen jaren gingen asielzoekers op verschillende plekken in Australië in hongerstaking tegen het beleid. In 2013 brak een grote rel uit in het detentiecentrum op Nauru, waarbij vijftien bewakers gewond raakten en driehonderd gevangenen ontsnapten.
Vorig jaar veroordeelden de Verenigde Naties de situatie op de eilanden al. De centra zouden ‘beneden internationale standaarden’ zijn en de procedure zou te traag verlopen. Dat bleek ook al eerder uit onderzoek van dagblad The Australian. Die berichtte in 2013 dat er in dat hele jaar op Nauru slechts één asielprocedure werd afgerond.
Australië beloofde beterschap. De minister van Immigratie zei in april vorig jaar nog dat hij van Nauru een ‘veilige omgeving’ wilde maken en dat hij er alles aan zou doen om de ‘verzorgingsstandaard zo hoog mogelijk te maken.’ De gelekte documenten laten zien dat dit niet gelukt is.
Australië heeft de Conventie van Genève ondertekend. Die wet verplicht níet om de asielprocedure in eigen land uit te voeren. Wél om de mensenrechten van de asielzoekers te waarborgen en inhumane behandeling te voorkomen. En dat is lastig te controleren wanneer de procedure wordt uitbesteed aan een eiland op duizenden kilometers afstand.