Veel massamoordenaars hebben een legaal wapen. Doet de EU daar wat aan?
Het Europees Parlement behandelt een voorstel om de regels voor vuurwapenbezit aan te scherpen. Symboolpolitiek, zegt de wapenlobby, want criminelen en terroristen bedienen zich van illegale wapens. Correct? Of zal het plan van de Europese Commissie - als het tenminste ongeschonden uit de lobbystrijd komt - helpen?
Als ik in Gent naar de bakker loop, passeer ik een wapenhandel. In de vitrine is een imposante verzameling messen, pistolen en jachtgeweren uitgestald. Onlangs was het gewapende glas gebarsten op de plek waar in de etalage een schietschijf stond. Een grappenmaker had op de roos gemikt.
Het is een bevreemdend gezicht in de vroege morgen, al dat wapentuig. Kan je dat in België als burger zomaar kopen? En gaat daar iets aan veranderen door de nieuwe regels voor de verwerving en het bezit van vuurwapens, die het Europees Parlement momenteel in behandeling heeft? En heeft dat eigenlijk nut, of schuilt er weinig gevaar in legale wapens die zijn verkregen bij een winkel zoals die waar ik ’s morgens met enig onbehagen voorbijloop?
Mijn verwondering en mijn vragen leg ik voor aan Nils Duquet, expert wapenhandel van het Vlaams Vredesinstituut, een onderzoeksinstelling van het Vlaamse Parlement.
Een glaasje te veel? Geen probleem
Nadat de achttienjarige scholier Hans Van Themsche op 11 mei 2006 in Antwerpen een peuter en haar Malinese oppas had doodgeschoten, werd de zeer lakse wapenwet in België aangescherpt. De huidige wet maakt het ‘vrij moeilijk’ een vergunning te krijgen voor wapenbezit, zegt Duquet. ‘Je moet aantonen dat je een wettige reden hebt en dat je een betrouwbare persoon bent.’
De provincies zijn verantwoordelijk voor de procedure. ‘Zij kijken ook naar risicofactoren, zoals huiselijk geweld en alcoholisme,’ vertelt de onderzoeker.
België is een draaischijf van de illegale wapenhandel
Alleen remt de rechter de provincies daar soms bij af. Omstreden en spraakmakend is een uitspraak die de Raad van State afgelopen juni deed. De provinciale gouverneur had de wapenvergunning ingetrokken van een man die was veroordeeld voor dronken rijden en het weigeren van een ademtest. Dergelijk gedrag getuigde niet van een betrouwbare persoonlijkheid, vond de gouverneur, en was reden om het bezit van een vuurwapen als een gevaar voor de openbare orde te beschouwen. Maar de Raad van State vernietigde dat besluit, omdat zijn overtredingen van de verkeerswet ‘volkomen vreemd zijn aan het wapenbezit van verzoeker’.
Of het de gouverneurs nu wel of niet is toegestaan streng te zijn, zeker is dat Belgische burgers bijna 650.000 legale vuurwapens bezitten. Dat is in verhouding tot de omvang van de bevolking meer dan vier keer zoveel als in Nederland.
‘België is een subtopper in de EU,’ zegt Duquet. ‘Het is traditiegetrouw een vuurwapenland. België heeft een behoorlijke wapenindustrie en had lang een laks wapenbeleid.’
En dan hebben we het alleen nog maar over het legale wapenbezit. ‘Het is onmogelijk een betrouwbare schatting te maken van het aantal illegale wapens in ons land, maar zeker is dat het er veel zijn,’ zegt Duquet. ‘België is een draaischijf van de illegale wapenhandel. Het is een klein land met veel goederenverkeer midden in Europa en met veel kennis over wapens in huis. Onze reputatie van een permissief land is blijven bestaan in het criminele milieu.’
Ook legale wapens doden
Laat de overheid zich vooral richten op het aanpakken van de illegale handel in het criminele circuit, is de standaardredenering van de wapenlobby. Aan een strengere wapenwet heb je daarbij weinig. Want criminelen en terroristen houden zich niet aan de wet. Met strengere regels pak je alleen de brave sportschieters, niet de kwaadwillenden die hun vuurwapens via duistere kanalen bemachtigen. Maar klopt dit?
‘De meeste wapens die terroristen gebruiken zijn illegaal,’ bevestigt Duquet. Maar in zijn in juni verschenen studie Gewapend om te doden, waarin hij de belangrijkste massaschietpartijen van de afgelopen jaren analyseert, bestrijdt hij het beeld dat legaal verkregen wapens helemaal geen rol spelen.
De Noor Anders Breivik had geen contacten in het criminele circuit om aan het door hem begeerde zwaardere wapen te komen. Hij pleegde zijn gruweldaden op het eiland Utøya met een legaal bemachtigd semiautomatisch geweer voor de hertenjacht en een semiautomatisch pistool waarvoor hij als lid van een schietvereniging een vergunning had verkregen.
Ook de Fransman Amédy Coulibaly gebruikte bij zijn gijzeling in een joodse supermarkt op 9 januari 2015 legaal verkregen wapens. Het ging om in Slowakije gekochte, onklaar gemaakte en zonder vergunning verkrijgbare geweren, die een tussenpersoon had gereactiveerd.
Bij niet-terroristische aanslagen - zoals de moordpartij door Tristan van der Vlis in een winkelcentrum in Alphen aan den Rijn op 9 april 2011 - maken de daders bijna altijd gebruik van schiettuig dat ze van de autoriteiten in hun bezit mogen hebben. Uit een overzicht van de vijftien dodelijkste niet-terroristische schietpartijen in Europa tussen 1987 en 2015 blijkt dat 90 procent van de slachtoffers gedood wordt door een dader in het bezit van een wapenvergunning.
En dan is er nog een andere categorie slachtoffers van moordenaars met een vergunning. ‘Veel doden door huiselijk geweld en uit de hand gelopen straatruzies zijn neergeschoten met legale vuurwapens,’ zegt Duquet. Per jaar plegen in de EU ook ongeveer vijfduizend mensen zelfmoord met een veelal legaal verkregen wapen.
In tegenstelling tot wat de wapenlobby beweert, is er daarom volgens de onderzoeker wel alle reden om de wetgeving voor wapenbezit aan te scherpen.
Na zes jaar schiet de Europese Commissie in actie...
Doet de Europese Commissie dat op een verstandige manier, in haar voorstel dat het Europees Parlement nu in behandeling heeft? ‘In belangrijke mate wel,’ zegt Duquet. ‘Na de aanslagen van Parijs is ze versneld met regelgeving gekomen die heel ver gaat.’
Dat werd ook hoog tijd. Uit een reconstructie van Der Spiegel blijkt dat de Commissie die aanscherping al op 21 mei 2008 aankondigde, maar er daarna zes jaar en 233 dagen stilte volgde.
De onderzoeker van het Vlaamse Vredesinstituut somt enkele positieve punten in het Commissievoorstel op:
- Scherpere regels rondom het deactiveren. Zodat gebrekkig onklaar gemaakt wapentuig zoals waarvan Amédy Coulibaly zich bediende niet meer in omloop kan komen.
- Meer aandacht voor goede checks van de achtergrond van aanvragers van een wapenvergunning, zoals standaard medische tests. Zodat de Belgische Raad van State straks wellicht moeilijker kan zeggen dat er geen grond is om een vergunning te weigeren.
- Een limiet van vijf jaar aan de duur van een wapenvergunning.
- Meer aandacht voor de registratie van wapens.
...en komt de wapenlobby in het geweer
Tegen veel van deze punten verzet de wapenlobby zich. Met als argument dat de lidstaten zelf mans genoeg zijn om bijvoorbeeld te bepalen hoe ze de kandidaat-wapenbezitters willen screenen en dat daar geen standaardregels voor moeten komen.
De grootste woede van de wapenvrienden richt zich op het voorstel bepaalde soorten semiautomatische wapens te verbieden. De maatregel zou burgers met de beste intenties beroven van schiettuig dat ze gebruiken voor legitieme doeleinden als sport, jacht en collectievorming. Vooral vrouwelijke en gehandicapte jagers - ik verzin het niet - zouden getroffen worden door dit verbod.
Vooral vrouwelijke en gehandicapte jagers - ik verzin het niet - zouden getroffen worden door het verbod
Niet alleen verenigingen van wapenliefhebbers, ook brancheorganisaties van de wapenfabrikanten mengden zich in de strijd. Op 15 maart 2016 gaf Mauro Silvis, directeur van een Italiaanse associatie van wapenfabrikanten, een presentatie bij een hoorzitting in het Europees Parlement. Silvis is een spin in het web: hij zit ook in de Firearms Expert Group van de Europese Commissie en hij is algemeen secretaris van de Europese koepelorganisatie van fabrikanten van civiele wapens. Silvis had een rij kritiekpunten op het ‘onnodig reguleren’ van onder meer bepaalde semiautomatische wapens, zoals de categorie B7 (semiautomaten die op volautomaten lijken). Ook maakte hij veel werk van zijn betoog over wat al dan niet ‘essentiële componenten’ van een wapen zijn. Belangrijk in verband met de verplichting ze te markeren met een onuitwisbaar registratienummer. Geluidsdempers waren volgens Silvis bijvoorbeeld niet essentieel.
Hij vond een gewillig oor bij de rapporteur van dienst in het Europees Parlement, de Britse Vicky Ford van de Conservatieve Partij, die het commissieplan broddelwerk vond. In haar (nota bene op 22 maart gedateerde) rapport stelde ze een groot aantal wijzigingen voor, zoals het schrappen van het verbod op bepaalde semiautomatische wapens.
Op 10 juni 2016 boog de Raad van Ministers van Justitie en Binnenlandse Zaken zich in Luxemburg over het voorstel van de Europese Commissie. Zij werden het eens over een onderhandelingstekst die het voorstel goeddeels overeind hield. De wapenlobby reageerde dan ook zeer agressief: ‘EU Gun Ban: this means war!’
De lobby richtte nu alle pijlen op het Europees Parlement. Ze bestookte parlementsleden met brieven met als boodschap dat het plan het bezit een belangrijke categorie semiautomatische wapens te verbieden een tragisch voorbeeld is van verkeerd gericht beleid.
En nu?
Op 13 juli 2016 stemde de Commissie Interne Markt en Consumentenbescherming van het Europees Parlement over het plan. Het verbod op semiautomatische wapens werd flink ingeperkt, de standaard medische test sneuvelde, op de maximale duur van vijf jaar van een vergunning werden uitzonderingen toegelaten, de geluidsdempers verdwenen uit de tekst over essentiële componenten.
De lobby was dan ook dik tevreden. ‘Op enkele uitzonderingen na, werd het voorstel van de rapporteur op bijna alle punten gevolgd. De brievenacties zijn dus zeker nuttig geweest,’ noteerde de Belgische Wapenunie. Het webforum All4shooters, dat na de stemming in de Raad van Ministers nog de oorlog uitriep, vond dat de plannen ‘aanzienlijk verbeterd’ waren. Mauri Silvis retweette een bericht met als tekst ‘goed resultaat in het Europees Parlement’ en ‘B7-wapens gered’.
De race is nog niet gelopen. In het najaar zal het voltallige Europees Parlement zich nog over het voorstel buigen en beginnen de onderhandelingen tussen Parlement, Raad en Europese Commissie over de finale tekst.
Maar voorlopig lijkt het erop dat ‘betrouwbare burgers’ op 200 meter van mijn huis de meest dodelijke wapens kunnen blijven kopen.