Kussen in Kiev
Noem me een sentimentele ouwe zak. Maar toen ik de foto zag van de jongen met de Oekraïense vlag op zijn wang die een meisje, beschilderd met de Europese sterren kuste, was ik ontroerd. Natuurlijk, romantische gevoelens zijn doorgaans gebaseerd op de projectie van gewenste eigenschappen op de aanbeden geliefde. Ook in dit geval heeft de kusser vast een te rooskleurig beeld van de Europese Unie.
Toch krijgt het koele pragmatisme waarmee we hier in Nederland de EU meestal bejegenen - Europa boven, zolang het economisch voordeel brengt - iets gemakzuchtigs, als je beseft dat Europa voor talloze Oekraïeners die leven onder een corrupt regime, het beloofde land van voorspoed en democratie is.
Koel was PvdA-Kamerlid Jacques Monasch in ieder geval niet, toen hij vorige week op het Onafhankelijkheidsplein in Kiev de mensenmassa toesprak. ‘Wij horen jullie stem,’ zei hij op gedragen toon. ‘Ongelukkigerwijs hebben we in Brussel soms ook technocraten en bureaucraten,’ legde hij uit. ‘Maar het idee Europa is jullie idee, het gaat over vrijheid en solidariteit.’
Een week eerder was de warmbloedige Limburger Frans Timmermans al even begeesterd door het enthousiasme van de demonstranten. De minister van Buitenlandse Zaken stak hen op 4 december een hart onder de riem. ‘Los het samen op. Dan staan wij klaar om met jullie verder te gaan.’
En dat de EU klaarstaat, is bittere noodzaak, vindt de Bulgaarse intellectueel Ivan Krastev. ‘Er zijn nog maar drie opties over voor Oekraïne,’ schreef hij afgelopen maandag: ‘het akkoord met de EU tekenen, zoals de meerderheid van de bevolking wil, zich aansluiten bij Poetins Euraziatische Economische Gemeenschap, zoals de in gevaar zijnde politieke elite verkiest, of failliet gaan.’ De Oekraïners zijn volgens Krastev vastbesloten hun recht op een Europese toekomst te claimen.
Zo vreemd is dat niet. Oekraïne ligt volledig op het Europese continent. In Steden lezen, een van de mooiste boeken over Europa die ik ooit las, noemt de Duitse historicus Karl Schlögel de stad Lemberg, het tegenwoordige Lviv in het westen van Oekraïne, ‘de oercel van alle Europese steden.’ Wie in de historische binnenstad ronddwaalt, waant zich in het hart van Europa. In de negentiende eeuw was Lemberg een van de belangrijkste steden van het Habsburgse Rijk. De historische, culturele en economische banden tussen de EU en Oekraïne in ogenschouw nemende, sprak het Europarlement in oktober 2010 zijn instemming uit met de Europese aspiraties van het land.
Het is voor euro-romantische zielen een ontroerend beeld: de Oekraïeners staan op een driesprong en langs één van de drie wegen staan hun Europese broeders met open armen klaar ze te ontvangen.
Het is voor euro-romantische zielen een ontroerend beeld: de Oekraïeners staan op een driesprong en hun Europese broeders met open armen klaar hen te ontvangen
Maar hoe welgemeend de PvdA’ers dat in Kiev ook mogen zeggen, thuis spreken ze een andere taal. Nog in oktober werd bij een vergadering van de commissie voor Buitenlandse Zaken duidelijk dat de Tweede Kamer helemaal niet stond te trappelen om een verdrag met Oekraïne te sluiten.
PvdA-buitenlandwoordvoerder Michiel Servaes vond dat Nederland zijn handtekening pas moest zetten wanneer Oekraïne aan alle van tevoren gestelde voorwaarden op het gebied van corruptiebestrijding en versterking van de rechtsstaat had voldaan. Maar hij was bang dat de politieke druk vanuit Europa om tot een akkoord te komen zo hoog was, dat er geen weg terug was. ‘Dat acht mijn fractie gevaarlijk,’ zei hij.
Timmermans stelde hem en de Kamer gerust: hij had altijd aan zijn Europese collega’s overgebracht dat het Nederlandse ‘nee’ fier overeind zou blijven als Oekraïne niet aan alle criteria voldeed. Ook vond hij het een heel slecht idee om maar snel te tekenen om te vermijden dat Oekraïne met de Russen in zee zou gaan.
Nadat de Oekraïense president Janoekovitsj eind november weigerde op de Europese Top in Vilnius een vrijhandelsverdrag met de EU te sluiten, schreef Timmermans op 6 december aan de Kamer dat ‘het kabinet het betreurt dat er geen akkoord met Oekraïne is getekend.’ Maar in één moeite door berichtte hij de volksvertegenwoordiging ook dat er ‘ten tijde van de top nog niet aan de door de EU gestelde voorwaarden was voldaan’.
Als Timmermans zich aan zijn woord had gehouden, had hij zelf niet mogen tekenen. Toch is hij verdrietig dat de andere partij zijn handtekening niet wilde zetten.
Je kunt het hogere politieke logica noemen, of domweg inconsistent. Als Timmermans zich aan zijn woord had gehouden, had hij zelf niet mogen tekenen. Toch is hij verdrietig dat de andere partij zijn handtekening niet wilde zetten. Eigenlijk is de Nederlandse minister van Buitenlandse Zaken gered door het ‘nee’ van president Janoekovitsj. Zijn belofte aan de Oekraïners dat wij klaarstaan als zij eruit zijn, was dus een beetje gratuit.
Nu kun je best een boom opzetten over de goede volgorde. Moet je, voor je een associatieverdrag met een land tekent, hoge eisen stellen aan de rechtsstaat en democratie aldaar? Of moet je juist hopen dat, wanneer het akkoord er eenmaal is, het land zich gestimuleerd door de onderlinge contacten de goede kant op zal bewegen? Het is volstrekt legitiem om het eerste te vinden. Maar dan moet je niet te midden van de demonstranten in Kiev suggereren dat de liefde van twee kanten komt.
Bovendien: als je een land pas in de armen wil sluiten wanneer het aan alle eisen voldoet, gebiedt de eerlijkheid het warm te ontvangen als dat wél het geval is. Terwijl vorige week alle ogen op Oekraïne waren gericht, nam de Tweede Kamer in alle stilte een motie aan waarin ze de regering verzocht Albanië niet toe te laten als kandidaat-lidstaat. En dat terwijl de Europese Commissie oordeelt dat Albanië opmerkelijke vooruitgang heeft geboekt. Het land heeft geleverd, en de EU moet Albanië dus de status van kandidaat-lidstaat verlenen, vertelde Eurocommissaris van uitbreiding het Europese Parlement op 10 december.
Volgens mij is het simpel. Ieder land dat op het Europese continent ligt, bij de EU wil horen en voldoet aan de criteria van Kopenhagen die we voor het lidmaatschap hebben vastgesteld, is welkom in de Europese familie. En als we met landen die bij de club willen horen, afspraken maken over wat ze moeten doen om een stapje in die richting te zetten, moeten wij ons daar aan houden als zij dat daadwerkelijk doen.
Maar dat is niet de stemming in dit land. Paul Scheffer, de huisintellectueel van de PvdA, schreef op de opiniepagina van NRC Handelsblad dat ‘de grens van de uitbreiding is bereikt.’ De lidstaten die in de jaren vijftig de Europese Gemeenschap stichtten, vormen in zijn ogen de ‘continentale kern.’ En als de EU maar blijft uitbreiden met ‘randgebieden’ zal die kern ‘steeds weker’ worden. Landen als Oekraïne kunnen er daarom volgens Scheffer niet meer bij.
Europa, dat zijn wij, niet zij. We mogen een traantje wegpinken bij kussende stelletjes in Kiev en ons even laten meeslepen door de gedachte van het onofficiële Europese volkslied dat alle mensen broeders worden, uiteindelijk zitten we hier natuurlijk niet te wachten op Oekraïeners die onze banen komen afpakken.