Waar de mensen in de stoelen achter me over praten voor we opstijgen: of ze zijn ingelogd op het wifi van Schiphol (‘Dat kan hoor, waarom doe je dat niet?’), hoe je een goldcard krijgt en welke voordelen die heeft (toegang tot de loungeruimte op het vliegveld waar je drankjes mag pakken), waarom er ineens een politiebusje rondrijdt, of er een bom gaat ontploffen (‘Nee toch, haha’), hoe duur de 3G-bundels zijn in Spanje, hoe je de pushmeldingen met beursberichten uitschakelt (‘Je abonneert je een keertje en je komt er nooit meer van af, zo irritant’), dat we twintig minuten vertraging hebben.

De mensen in de stoelen achter me geven geen antwoord op de vragen in mijn hoofd. De vraag hoeveel brandstof deze vlucht kost en waar die vandaan komt en onder welke omstandigheden die gewonnen is. Hoeveel CO2 en fijnstof er de lucht ingaan de komende uren en hoe ongezond dat is. Of de nadelen opwegen tegen de voordelen van een weekendje Barcelona, en zo niet, wie daar dan wanneer verantwoordelijkheid voor moet nemen. Of het had geholpen als ik dat dit weekend had gedaan. En wat je aanmoet met het feit dat de mensen die kunnen betalen voor dit soort reisjes - mensen zoals ik - hoogstwaarschijnlijk niet diegenen zijn die betalen voor de gevolgen.

Het zijn vragen die me steeds meer bezighouden. Dat kan ook niet anders: ik verdiep me als journalist nu al jaren in klimaatverandering. Je kunt niet blijven schrijven dat de uitstoot naar beneden als je daar zelf niet (genoeg - en wanneer is het genoeg?) aan bijdraagt.

Natuurlijk, niemand heeft baat bij martelaarschap of navelstaarderij ingegeven door schuldgevoelens. Tegelijk moeten we toch eerlijk zijn: de voetafdruk van de meeste overschrijdt de grenzen van de planeet. In werd dat de biodiversiteit op bijna 60 procent van de aarde tot onder een ‘veilig’ te noemen niveau is gezakt. Wat betekent dat essentiële functies die de natuur vervult, zoals de bestuiving van gewassen, de zuivering van water en het vruchtbaar maken van de bodem, in het geding zijn. We spelen ecologisch roulette, zeiden de onderzoekers. Niet veel later een met duizend toeristen aan een tocht over de smeltende Noordpool.

Twee zonnepanelen en een winkelverslaving

Het kan geen kwaad soms in de spiegel te kijken. Zeker als je zelf tripjes maakt die misschien wel in de mate van decadentie verschillen van die cruise, maar niet in wezen. De aanleiding voor dit tripje was een bruiloft en de reden dat ik vlieg is tijdgebrek: ik had rondom de bruiloft verplichtingen in Nederland en was daarom te

Ik weet niet eens zeker of de trein wel beter voor het milieu zou zijn geweest. Je rijdt dan bijvoorbeeld met de tgv door Frankrijk en dat land haalt z’n stroom vooral uit kerncentrales. Dat zorgt dan wel voor minder CO2-uitstoot dan pak ‘m beet een trein die op kolenstroom rijdt, maar is het ook verstandig voor de echt lange termijn? Kernafval blijft honderden duizenden jaren giftig.

Massatoerisme voortgestuwd door kerosine blijft nog wel even bestaan

Terwijl we wegtaxiën, zie ik buiten twee zonnepanelen, ze zijn geïnstalleerd op een trap bij de gate. Zet dat zoden aan de dijk? Waarom ligt Schiphol met zonnepanelen? Zullen we ooit vliegen op schone energie? Er is laatst een de wereld rondgevlogen. Maar er was maar één stoel - voor de piloot - en het toestel stond maanden aan de grond vanwege technische problemen. Massatoerisme voortgestuwd door kerosine blijft bestaan en dat staat op nogal gespannen voet met het toekomstige stabiele leefklimaat dat we zo hard nodig hebben.

Op de slurf waar ik net doorheen ben gelopen staat een reclame van een bank. ‘Retail therapy, here I come.’ De winkelverslaving als aangemoedigde

Hoe moet je je verhouden tot het feit dat de samenleving soms één kant op lijkt te denderen? Dat ‘de media’ ons keer op keer wijsmaken dat onze individuele consumptie ertoe doet, maar ons politieke engagement niet. Want de markt is nu het domein van de maakbaarheid: waar je jezelf kunt stileren, waar je je authenticiteit koopt in de vorm van de juiste producten - de premisse van iedere reclame en ieder lifestylemagazine.

In dezelfde media wordt politiek neergezet als het gezelschapsspel van een groepje losgezongen mannen in Den Haag en elders. Daar doe je niets aan, lees de krant maar, ze zijn niet eens echt te vertrouwen, die lui - dat is de ondertoon van bijna ieder interview. (C’est le ton qui fait la musique, zei mijn oma vaak, en wat dat betreft is journalisten collectief cynisme aan te rekenen.) De politieke arena zou een feest van de verbeelding en de maakbaarheid moeten zijn, maar is in het tegendeel veranderd. En dus lijkt de samenleving één kant op te denderen.

Maar is dat alles?

Goed kijken. Voor we opstijgen legt de vrouw naast me haar hand bij haar man op schoot. Hij omklemt haar hand met de zijne en geeft haar een geruststellend kneepje. Ze lacht.

Jezelf herinneren dat we niet bij nul hoeven te beginnen. Dat schrijft zo mooi. Ze noemt het de schaduweconomie van de hoop: het collectief van mensen dat dag in dag uit de harde kanten van het kapitalisme dempt, omdat ze dag in dag uit onbaatzuchtig handelen, uit liefde voor de ander, met de beste bedoelingen.

De mensen die er al lang geleden voor hebben gekozen zo min mogelijk te vliegen. De mensen die samen de stranden schoonmaken. Die fietsen in plaats van autorijden. Die leven voor de dingen waarvan de waarde niet in geld is uit te drukken: een feest, een vriendelijk gebaar, een glimlach.

In de schaduweconomie van de hoop leven mensen voor dingen waarvan de waarde niet in geld is uit te drukken

Deze schaduweconomie draait op het verlangen naar betere tijden en bestaat naast de economie die de aarde plundert, doorkruist haar continu. De groep van mensen die dagelijks strijdt voor een leefbare wereld is in de media ongeveer onzichtbaar. Maar hij is er, hij heeft een bewustzijn dat alle landsgrenzen overstijgt en groeit gestaag. Kijk maar hoeveel mensen er ineens bij Occupy stonden, en later in het van de UvA, en bij de rally’s van en in de om te pleiten voor klimaatrechtvaardigheid.

De ene strijd voedt en inspireert de andere en zo groeit de schaduweconomie van de hoop. En naarmate klimaatverandering steeds heviger gevolgen krijgt, zullen deze mensen de gevolgen weer dempen. Misschien lukt het gaandeweg wel de verbeelding in ere te herstellen en de collectieve maakbaarheid te herontdekken.

Niet te smal kijken. Misschien runnen de mensen op de rij achter me wel samen een voedselbank. Of een biologische boerderij. Misschien is hij uitvinder en zij kraamvrouw. Misschien is hun dochter hoogzwanger en zijn ze daarom zo druk met het internet, willen ze continu bereikbaar zijn, mocht het kindje vroeg komen.

Eerlijk toegeven dat ik deze overpeinzing wel opschrijf, maar niet zou hebben uitgesproken als ik met andere bruiloftgangers was gereisd. Een groepje vrienden reed eerder met de auto die kant op en zij gingen enorm steigeren toen ik iets zei over de milieu-impact van de volksverhuizing die nodig was voor deze bruiloft. Ook in progressieve kringen wordt het niet gewaardeerd als je party poopt, dus doe ook ik in levenden lijve vaak laconiek over het klimaat. Maar steeds minder. En niet hier, nu niet.

We vliegen steil omhoog door een wolk. Daaronder: een geordend land, rechte lijnen als op een tekentafel, bewoond door mensen met de beste bedoelingen.

Wil je een mailtje ontvangen als ik een nieuw verhaal publiceer? Dat kan! Bij iedere noemenswaardige nieuwe publicatie over klimaat & energie op De Correspondent stuur ik een nieuwsbrief uit. Meld je hier aan om die mails te ontvangen (gemiddeld eens in de tien dagen en hoogstpersoonlijk). Meld je hier aan

Meer lezen?

Wie goed doet... komt nooit in het journaal (en dat is een groot probleem) Je volgt het nieuws en denkt: we gaan ten onder aan egoïsme en hufterigheid. Er was geen voorpagina over de zoveelste bijeenkomst waar bewoners rustig met elkaar in gesprek gingen. Er was geen pushbericht over het zoveelste burgerinitiatief voor vluchtelingen. En de reden is simpel: het goede is zo alomtegenwoordig dat we het niet zien. Lees het verhaal van Rutger hier terug Waarom ik vier schrijvers vroeg om een alternatief voor de apocalyps te schrijven Kunnen we ons een toekomst voorstellen waarin we het klimaatprobleem de baas zijn geworden? Dat vroeg ik in 2015 aan vier Nederlandse schrijvers, want verbeelding kan de status quo doorbreken. Een confronterende brief maakt de verhalen van destijds opnieuw relevant. Lees het verhaal van Jelmer hier terug Zo kan Nederland duurzaam worden (volgens deze vier groene koplopers) Half februari schoven vier boegbeelden van duurzaam Nederland op onze redactie aan voor De Groene Ronde Tafel. We gingen in gesprek over de toekomst van het klimaat en de omschakeling naar duurzame energie. Over wat nodig is en wat we zelf kunnen doen. Uitgebreid verslag van een indrukwekkende ontmoeting. Lees het verhaal van Jelmer hier terug Zijn klimaatactivisten hypocriet als ze zelf fossiele brandstoffen en plastic tasjes gebruiken? Natuurlijk niet. Het doel van klimaatactivisme - en van activistische klimaatjournalistiek - is het systeem veranderen. Het doel is niet: het eigen leven perfectioneren. Hier een lezenswaardig stuk hierover uit The New York Times.