Stop met opruimen en plannen! Want creativiteit komt voort uit rommel en chaos

Ernst-Jan Pfauth
Mede-oprichter De Correspondent
Illustratie: Peter Berkowitz (voor De Correspondent)

We zijn tegenwoordig zo gericht op netheid en focus, dat we niet meer zien dat een beetje rommel en chaos de basis voor creativiteit vormen.

Van weinig dingen krijg ik zoveel hoop als van de opruimafdeling van Ikea. Als ik al die ordners, lectuurmappen en pennenbakjes zie denk ik: het komt allemaal goed. Want netheid associeer ik met succes. Om diezelfde reden lees ik ook alle boeken waar in de titel het woord ‘focus’ voorkomt.

Maar omdat het leven nooit netjes is en ik altijd met meerdere projecten bezig ben, voel ik me daar vaak schuldig over. Ik kan jaloers zijn op die mensen die al hun tijd en talent in één idee steken. Uit jullie mails en reacties op mijn stukken blijkt dat ik daar niet alleen in sta. Een van de meest gestelde vragen: wat moet ik doen als ik meer ideeën dan tijd heb? En een andere populaire: hoe organiseer ik mijn mail?

Volgens de Britse auteur Tim Harford is het onzin om ons daar schuldig over te voelen. In zijn nieuwe boek Messy schrijft hij dat we dwepen met netheid en focus, terwijl we geregeld beter af zouden zijn met rommel en chaos.

Harford vindt dat we in een ‘tidy-minded world’ leven en dacht: laat ik daar eens wat tegen inbrengen. In een grondig onderbouwd boek laat hij zien dat rommel de bron van creativiteit is. Heel verfrissend, na al die focus-boeken.

Neem dat vermeende gebrek aan focus. Harford heeft ook te veel ideeën. Maar hij is daar juist heel blij mee.

Allerlei projecten door elkaar

Elke keer als hij een nieuw project bedenkt, schrijft hij dat op een briefje en plakt dat op een groot bord in zijn werkkamer. Er hangen gemiddeld vijftien briefjes - van een cabaret-sketch tot ideeën voor podcastseries en tv-programma’s. Drie kaartjes hangen bovenaan, dat zijn de projecten waar hij op dat moment aan werkt. De andere twaalf staan op een laag pitje. Harford voelt zich niet verplicht aan die andere ideeën te werken, maar tegelijkertijd vergeet hij ze ook niet. Hij kan altijd wisselen.

En dat wisselen is een heel goed idee, blijkt uit een studie die in 1958 begon.

In dat jaar besloot veertig wetenschappers te volgen. Twintig jaar lang interviewde zij hen op gezette tijden, onderwierp ze aan psychologische tests en verzamelde data over hun publicaties.

Vier van de wetenschappers uit de groep van Eiduson kregen een Nobelprijs, twee werden wijdverbreid als Nobelprijs-waardig gezien en anderen mochten toetreden tot de prestigieuze Amerikaanse Nationale Academie van Wetenschappen. Maar er zaten er ook genoeg tussen wier carrière zeer teleurstellend verliep.

Wat was het verschil tussen de groep wetenschappers die gedurende hun hele leven het ene na het andere belangwekkende paper publiceerden, en de groep die vastliep?

In 1993, een paar jaar na Eidusons dood, besloten oud-collega’s in haar oude materiaal te zoeken naar het antwoord op die vraag.

Ze ontdekten dat de topwetenschappers één ding gemeen hadden: ze wisselden vaak van onderwerp

Ze ontdekten dat de topwetenschappers één ding gemeen hadden: ze wisselden vaak van onderwerp. Om je een idee te geven: in de tijd dat ze hun eerste 100 papers publiceerden, behandelden ze gemiddeld 43 verschillende onderwerpen.

Eidusons collega’s besloten nog verder terug te kijken. Zo vergeleken ze de carrières van succesvolle wetenschappers die hun hele leven productief bleven - zoals en - en die van ‘eendagsvliegen’ als James Watson (ontdekker DNA) en Jonas Salk (ontdekker polio-vaccin).

Ze zagen hetzelfde patroon als in Eidusons studie. De eerste groep wisselde vaak van onderwerp, de tweede niet. Charles Darwin bijvoorbeeld, onderzocht afwisselend geologie, zoölogie, psychologie en plantkunde. Toen hij op stapte, waren zijn doelen van ‘een grote en onprofessionele vaagheid.’

De voordelen van kruisbestuiving

Binnen andere disciplines, zoals de muziek en de zakenwereld, komt hetzelfde patroon terug. Sterker nog, de belangrijke creativiteitsonderzoeker zag zo vaak dat succesvolle creatievelingen meerdere projecten hebben lopen, dat hij het als standaardgedrag bestempelde.

Harford is bang dat we door onze obsessie met netheid de volgende drie voordelen van kruisbestuiving over het hoofd zien.

  1. Je werk blijft langer boeiend, want je wordt telkens verrast door nieuwe terreinen. Daarom bleven die wetenschappers ook maar doorbraken publiceren.
  2. Als je aan een project werkt, verwerk je onbewust nog het vorige project. Die ‘incubatieperiode’ leidt vaak tot
  3. Bij elk project loop je weleens vast. Als je meerdere projecten hebt lopen, is dat minder erg. Je laat het huidige project gewoon even rusten en kijkt er later met een frisse blik weer naar. De filosoof vergeleek het met de werkwijze van een boer. Die gebruikt ook telkens een ander stuk grond voor zijn akkers, zodat oude grond de tijd heeft om weer vruchtbaar te worden.

Ik zie de bevindingen die Harford opschrijft als een aanmoediging om mezelf niet te beperken tot een specialisatie. Nu ik zo terugkijk, zie ik ook de voordelen van mijn gebrek aan focus.

Neem het schrijven van deze column. Strikt genomen hoort dat niet bij mijn takenpakket als uitgever van De Correspondent. Het voelt bijna als spijbelen. Maar door deze serie kwam ik wel op het idee om een persoonlijke nieuwsbrief aan te maken, zodat lezers desgewenst een seintje kunnen ontvangen bij een nieuwe editie. Inmiddels hebben veel meer correspondenten zo’n nieuwsbrief, waardoor de betrokkenheid bij onze journalistiek toeneemt. En precies dat is weer wél onderdeel van mijn missie als uitgever. Zonder de afleiding van deze columnreeks was ik misschien niet op dat goede uitgeversidee gekomen.

Nog meer voordelen van rommel

Harford noemt nog veel meer voordelen van rommel en onrust. Zo kun je concurrentie er in continue staat van verwarring mee brengen. Neem de nazi-veldmaarschalk Hij dreef de geallieerden tot waanzin met zijn chaotische en geïmproviseerde manier van oorlog voeren. Of Trump, op wiens succesvolle campagne geen peil te trekken was. En bij Amazon wisselde de strategie met de week en werden er miljoenen dollars verloren aan projecten die op niets maar het is nu wel de grootste winkel ter wereld.

Je e-mail organiseren, ook zoiets. Archiveer gewoon alles in één grote bak en gebruik de zoekfunctie. Uit meerdere onderzoeken blijkt dat je dan sneller vindt wat je nodig hebt, dan wanneer je in tientallen verschillende e-mailmappen moet kijken.

Mensen die hun documentjes netjes archiveren in ordners en dossierkasten, blijken vooral een collectie nutteloze paperassen op te bouwen

En een rommelig bureau? De belangrijkste papieren liggen toch bovenop. ‘Visuele aanwijzingen,’ noemt Harford dat. Mensen die hun documentjes netjes archiveren in ordners en dossierkasten, blijken vooral een collectie nutteloze paperassen op te bouwen. Met als gevolg dat zij in experimenten minder snel belangrijke documenten konden vinden dan de rommelkonten. Doei Ikea!

Afleiding tijdens je werk? Prima. Dat doorbreekt je vaste routines waardoor de kans op nieuwe en onverwachte inzichten groter wordt. Niet voor niets neemt het muzikale genie mee naar de studio. Op elke kaart staat een rare opdracht - ‘Vraag het je lichaam’ - en de improvisatie die daarop volgt, leidt soms tot briljante platen zoals we die van Roxy Music en David Bowie kennen.

Youtube plaatst cookies bij het bekijken van deze video Bekijk video op Youtube
Interview met Brian Eno uit 2001 over zijn ‘oblique cards’

Geen excuus om te facebooken

Er kleven ook gevaren aan Harfords pleidooi voor een zooitje. Zijn advies om afleiding te omarmen kan ook als een vrijbrief worden opgevat om eindeloos Facebook te refreshen. En zijn tip om zo min mogelijk taken in te plannen (omdat er toch altijd iets tussendoor komt), kan er ook voor zorgen dat je belangrijke taken die nooit urgent zijn altijd voor je uit blijft schuiven.

Ik merk zelfs dat ik door het beperken van een specifiek soort afleiding meer ruimte creëer voor onverwachte impulsen. Omdat ik een stuk minder naar mijn telefoon kijk, zie ik bijvoorbeeld meer van de wereld om me heen. Ik verwacht op straat eerder met iets onverwachts geconfronteerd te worden dan in mijn blauwe filter bubble.

Dat is iets wat Harford over het hoofd ziet. Dat we in een wereld waar we gemiddeld een dubbele werkweek bereikbaar zijn voor onze baas bewust tijd vrij moeten maken om rommel en chaos toe te laten.

Toch heb ik, als doorgewinterd planner en opruimer, veel geleerd van Harfords pleidooi voor meer chaos. En ik heb dankzij hem gelukkig al twee tijdsbesparingen gevonden. De opruimafdeling van Ikea en de focus-boeken kan ik voortaan links laten liggen.

Lees ook mijn boek