Europa gaat in de toekomst alleen maar meer asielzoekers ruilen

Maite Vermeulen
Correspondent Migratie
Migranten verzamelen zich in Patras (Griekenland) wachtend op een kans om verstopt in vrachtwagens door te reizen naar andere landen in Europa. Foto: Piet den Blanken/HH

Vorige week schreven Karel Smouter en ik hoe Marokko Europa helpt om asielzoekers op afstand te houden in ruil voor visrechten en ontwikkelingshulp. Maar Marokko is niet het enige land waarmee de EU dergelijke overeenkomsten sluit. Als het aan de Europese Commissie ligt heeft deze strategie zelfs de toekomst.

schreven Karel Smouter en ik hoe Europa Marokko betaalt om asielzoekers op afstand te houden. De ruilmiddelen kunnen uiteenlopen: visrechten, visumregelingen of ontwikkelingshulp. 

Deze tactiek gebruikt Europa niet alleen in Marokko, maar in vrijwel alle omliggende landen. En vrijwel overal levert het situaties op waarin menig mensenrecht geschonden wordt. 

Toch werd vorige week uit twee nieuwsberichten duidelijk dat het inhuren van onze buurlanden als vooruitgeschoven grensbewakers in de toekomst alleen nog maar zal toenemen.

Asielzoekers op afstand houden

Het eerste bericht kwam uit Brussel. Daar presenteerde EU-commissaris Cecilia Malmström de bevindingen van de Taskforce Mediterranean. Deze Taskforce werd ingesteld naar aanleiding van de scheepsramp bij het Italiaanse eiland Lampedusa op 3 oktober, waarbij meer dan 360 bootmigranten om het leven kwamen. Doel van de Taskforce was aanbevelingen te doen voor een effectiever Europees asielbeleid.

Drie keer raden wat nummer één was. Er moet nog meer nadruk gelegd worden op ‘samenwerking’ met Europese buurlanden. Zoals in de aanbevelingen te lezen is: ‘Gezien de aard van de migratiestromen moeten prikkels worden gegeven aan de landen langs de zuidelijke mediterrane kusten, om meer samenwerking met de EU aan te gaan als het gaat om migranten gaat die niet uit deze landen komen.’ Met andere woorden: er moet meer geld worden vrijgemaakt om deze landen te betalen om de asielzoekers op afstand te houden. 

Een Ghanees die door Marokko naar Spanje is gereisd, zou dan uitgezet kunnen worden naar Marokko 

Belangrijk in deze aanbeveling is de term ‘migranten die niet uit deze landen komen.’ In het Engels ook wel third country nationals genoemd: migranten die onze buurlanden slechts als overstapplaats hebben gebruikt, op weg naar Europa. De EU wil dolgraag dat het deze groep migranten kan terugsturen naar de overstapplaats: een land als Marokko of Turkije. Hiervoor worden zogenoemde terugname-overeenkomsten opgesteld. De buurlanden beloven daarin hun eigen onderdanen terug te nemen als ze naar de EU zijn gekomen, maar ook de third country nationals die illegaal in de EU verblijven. Een Ghanees die door Marokko naar Spanje is gereisd, zou dan dus uitgezet kunnen worden naar Marokko. 

Met Marokko wordt al jaren zonder succes onderhandeld over zo’n overeenkomst. Maar met landen als en Servië, landen die in toenemende mate als route naar Europa gebruikt worden, is een dergelijke overeenkomst al in 2007

De ruil met Turkije

En dat brengt ons bij het tweede nieuwsbericht, dat toont dat het inzetten van buurlanden volgens de EU de toekomst heeft. Na jarenlang onderhandelen werd afgelopen week namelijk ook een dergelijke overeenkomst gesloten met Turkije - het land waardoor 51 procent van de ongeveer 30.000 migranten jaarlijks Europa bereikt.

Wanneer dit geratificeerd is, zal de EU migranten die via Turkije zijn gereisd en illegaal in Europa verblijven, direct kunnen terugsturen naar Turkije. Het ruilmiddel? Turken zullen geen visum meer nodig hebben om de EU binnen te komen. Bovendien zal met honderden miljoenen euro’s aan Europese hulp, de komende drie jaar een Turks asielsysteem naar Europees model opgezet worden.  

In de 45 pagina’s tellende overeenkomst valt het woord ‘mensenrechten’ twee keer.

Een optimist zou zeggen: ‘Wat geweldig dat Europa ook investeert in asielsystemen over de grens!’ Maar de voorbeelden van tonen aan dat het toepassen van mensenrechten binnen de EU vaak al niet lukt. Sterker nog, ook Nederland is regelmatig op haar systeem van vreemdelingendetentie. Een pessimist zou dan ook zeggen: ‘We moeten nog maar zien of de rechten van migranten bij onze buurlanden wel in veilige handen zijn.’  

In dit 45 pagina’s tellende document valt het woord ‘mensenrechten’ twee keer, in verwijzing naar het in acht nemen van internationale wetgeving. Maar nergens in de overeenkomst wordt gesproken over het daadwerkelijk controleren of deze mensenrechten worden nageleefd. Wie kan Turkije er straks op aanspreken als dat niet gebeurt? Dat blijft een probleem bij alle migratie-overeenkomsten met buurlanden: hoe kan de EU garanderen dat er ook daar goed met migranten wordt omgesprongen?