Waarom geen asielzoeker ooit nog Australië in mag
De EU sluit deals met buurlanden om asielzoekers op afstand te houden. In Australië gaan ze nog wat verder: daar wordt de hele asielprocedure uitbesteed aan buurlanden. In ruil voor flinke potten ontwikkelingshulp.
De afgelopen weken schreven Karel Smouter en ik over de deals die Europa sluit met haar buurlanden om de migratiestromen richting de EU te beperken. Marokko krijgt een potje ontwikkelingsgeld en houdt in ruil daarvoor de Malinezen op weg naar Europa tegen. Turken mogen zonder visum naar de EU reizen en nemen in ruil daarvoor de asielzoekers terug die Europa hebben bereikt via Turkije.
Maar de EU is niet de enige die zulke deals sluit. Australië doet het ook.
En onze tegenvoeters gaan daarin nog een stapje verder dan wij. Australië laat namelijk de héle asielprocedure over aan haar buurlanden.
Per direct verscheept
Australië is, anders dan Europa, niet via land te bereiken voor asielzoekers. Wie probeert Australië binnen te komen om asiel aan te vragen, zal dus per boot moeten komen. De bootjes mikken meestal op Christmas-eiland, de Australische versie van het Italiaanse Lampedusa. Het eilandje ligt zo’n 2.000 kilometer van de noord-west-kust van Australië af, maar slechts 400 kilometer ten zuiden van Indonesië.
Voor Australië is de toestroom van bootvluchtelingen, net als voor de EU, al jaren een hoofdpijndossier. Niet voor niets zegt een Aboriginal in een veelgehoorde mop tegen de Australische premier: ‘Ik snap je probleem. Wij houden ook niet van mensen die hier in boten aankomen.’
Maar de oplossing die de Australiërs nu hebben gekozen gaat een stuk verder dan de onze: de asielzoekers die per boot aankomen worden niet ondergebracht in detentiecentra in Australië, maar verscheept naar twee buurlanden: Papoea Nieuw Guinea en het piepkleine eilandstaatje Nauru. En alleen daar kunnen ze asiel aanvragen.
Afschrikeffect
Deze zogenoemde ‘Pacific Solution’ werd in 2001 voor het eerst ingevoerd. Illegalen die Australië bereikten, werden direct naar Manus-eiland in Papoea Nieuw Guinea of Nauru gevlogen, om daar hun procedure af te wachten. Het idee: de deportaties zullen bootvluchtelingen afschrikken om de oversteek te maken, en de detentiekosten op lange termijn dus terugdringen. Het ruilmiddel: gulle ontwikkelingshulppakketten voor Papoea en Nauru.
Het beoogde afschrikeffect werkte. Kwamen er in 2001 nog 5.500 bootvluchtelingen aan in Australië - het jaar daarop was dat er één. Van de asielzoekers die tussen 2001 en 2008 op de eilanden zaten, kreeg 43 procent asiel in Australië, 25 procent in Nieuw-Zeeland en een paar procent in andere landen. Bijna 30 procent werd afgewezen en ging terug naar het land van herkomst.
Migranten die per boot aankomen in Australië, zullen nooit - juist: nooit - meer kansmaken op een verblijfsvergunning in Australië
Toch kwam er veel kritiek van mensenrechtenorganisaties op het uitbesteden van de asielopvang. De asielzoekers zouden in vreselijke kampen zitten, media werd op afstand gehouden, de procedures duurden jaren. Ook de Australische Laborpartij - destijds in de oppositie -, met daarin de latere premier Gillard, was fel tegen de eilandkampen. Gillard zei in 2003: ‘Labor zal de Pacific Solution beëindigen, omdat die kostbaar, niet duurzaam en principieel fout is.’
Toen de Laborpartij eind 2007 aan de macht kwam, maakte ze die belofte waar: de ‘off-shore’-kampen werden gesloten. Maar kort daarop nam het aantal bootvluchtelingen weer een vlucht. Gillard stelde een adviescommissie samen, die in augustus 2012 concludeerde dat de door haar zo gehate Pacific Solution beter weer kon worden ingevoerd. En zo werden de kampen op Nauru en Manus-eiland in Papoea Nieuw Guinea weer in gebruik genomen.
Maar dit keer nam het aantal bootvluchtelingen niet af. Momenteel zitten er op Nauru zo’n 700 asielzoekers en op Manus-eiland meer dan twee keer zo veel. En dus voelde de interim-premier Kevin Rudd zich deze zomer gedwongen er nog een schepje boven op te doen. In een televisietoespraak kondigde hij het nieuwe migratiebeleid aan: migranten die per boot aankomen in Australië, zullen nooit - juist, nooit - meer kans maken op een verblijfsvergunning in Australië. Ze zullen alleen asiel kunnen krijgen op Papoea Nieuw Guinea of op Nauru.
Half zo groot als Schiermonnikoog
Nauru’s president Baron Waqa zegt dat zijn land ‘blij is om Australië te kunnen helpen.’ Nauru wordt dan ook goed betaald voor de hulp: alleen dit jaar gaat er 30 miljoen aan Australische hulp naar het eiland. Op een bruto binnenlands product van 63 miljoen is dat een flink bedrag.
Maar hoe realistisch is het dat Nauru de vluchtelingen gaat opnemen? En wat voor toekomst hebben de vluchtelingen in dit piepkleine eilandstaatje? Nauru is slechts 21 vierkante kilometer groot - half zo groot als Schiermonnikoog - produceert vrijwel geen voedsel, is volledig afhankelijk van import, en heeft moeite om genoeg drinkwater te leveren aan de 9.000 inwoners. Zo’n 90 procent van de Nauruanen is werkloos.
Nauru is slechts 21 vierkante kilometer groot. Zo’n 90 procent van de 9.000 Nauruanen is werkloos.
Ondanks al het geld dat Australië in Nauru en Papoea pompt, blijft de mensenrechtensituatie in de kampen - net als de situatie van de eilandbewoners - slecht. De afgelopen jaren gingen asielzoekers op verschillende plekken in Australië in hongerstaking tegen het beleid. En deze zomer brak een grote rel uit in het detentiecentrum op Nauru, waarbij vijftien bewakers gewond raakten en driehonderd gevangenen ontsnapten.
Afgelopen zomer bracht UNHCR een rapport uit waarin de omstandigheden van het centrum op Manus-eiland als ‘beneden internationale standaarden’ worden beschreven. Bovendien oordeelt UNHCR dat de procedure te traag verloopt. Dat blijkt ook uit onderzoek van dagblad The Australian. Het afgelopen jaar werd op Nauru slechts één asielprocedure afgerond.
Australië heeft de Conventie van Genève ondertekend. Die wet verplicht níet om de asielprocedure in eigen land uit te voeren. Maar wél om de mensenrechten van de asielzoekers te waarborgen en inhumane behandeling te voorkomen. En dat is lastig te controleren wanneer de procedure wordt uitbesteed aan een eiland op duizenden kilometers afstand.