Het paradepaardje van het Europese klimaatbeleid blijft een brekebeen

Van dé oplossing voor het klimaatprobleem wordt voorlopig alleen de industrie beter, schreef ik vorige week. Vandaag stemde het Europees Parlement over dit emissiehandelsysteem, in een poging daar verandering in aan te brengen. Het werd een typisch Europees compromis waar alleen het politieke midden bij staat te stralen.

Emissiehandel geldt als het tovermiddel dat de uitstoot van broeikasgassen moet terugdringen. Alleen is het systeem zo lek als een zeef. Er zijn te veel gratis rechten uitgedeeld. De marktprijs voor het recht een ton CO2 uit te stoten, is daardoor naar een historische dieptepunt gedaald. In plaats van een prikkel om steeds schoner te produceren, is de emissiehandel voor de zware industrie een kans om geld binnen te harken.

De Europese Commissie kwam met een halfslachtig voorstel om daar verandering in aan te brengen. En nu heeft de milieucommissie van het Europees Parlement dat voorstel nog lichtjes verbeterd.

Dit zijn de pluspunten:

-Het tempo waarin de jaarlijkse hoeveelheid beschikbare rechten daalt, is opgeschroefd van 2,2 procent naar 2,4 procent. Volgens berekeningen is 2,8 procent nodig om onder de twee graden opwarming te blijven deze eeuw.

-Het opgebouwde overschot aan rechten dat de marktprijs drukt, wordt goeddeels (maar niet volledig) uit de markt gehaald. In totaal kan het om tot 1 miljard rechten gaan.

-Bepaalde sectoren, zoals cement, die tot nu toe gratis rechten kregen, komen daar niet langer voor in aanmerking.

De minpunten zijn:

-Het startpunt vanaf waar de totale hoeveelheid jaarlijks uitgedeelde rechten met 2,4 procent omlaag moet, blijft liggen op een al eerder vastgesteld niveau. Dat ligt te hoog, doordat de feitelijke uitstoot van broeikasgassen door de aanhoudende economische crisis en de groei van duurzame energie harder is gedaald dan voorzien.

-Het percentage rechten dat geveild moet worden op de markt (57 procent) wordt niet naar boven bijgesteld. De rest blijft dus gratis uitgedeeld.

-Zogenaamd kleine installaties die minder dan 50.000 ton CO2 per jaar uitstoten, hoeven niet mee te doen aan het systeem van emissiehandel.

Het is ‘geen verkeerd pakket’, laat Bas Eickhout (GroenLinks) per email weten. Hij is vooral blij dat de cementindustrie, verantwoordelijk voor een flink deel van de uitstoot, niet langer gratis rechten krijgt. Maar de grondige revisie van het falende systeem waar het klimaat naar snakt, is het zeker niet geworden, erkent hij.

Dat vindt ook Gerben-Jan Gerbrandy (D66). In een persbericht zegt hij: ‘De stappen zijn te klein gezien de enorme urgentie van het klimaatprobleem.’ Dat is in zijn ogen te wijten aan de ‘starre houding van het CDA en andere christendemocraten.’

Die vinden het juist prachtig. Er is een balans gevonden tussen een ambitieus klimaatbeleid en bescherming van de industrie, jubelen ze.

Het spel is nog niet gespeeld. In februari stemt het voltallige parlement over het voorstel. Daarna zijn de lidstaten aan de beurt. Maar nu al is vrij zeker dat de emissiehandel niet het wondermiddel wordt dat ervoor zorgt dat de opwarming van de aarde niet uit de klauwen loopt.

M’n stuk over de gaten in de emissiehandel