Het enge van de absurde film Brazil (1985) is dat hij zo akelig dicht de werkelijkheid is gaan benaderen.

We volgen de ondergang van een ambitieloze ambtenaar op een groot en mistroostig ministerie. Lowry is een pietluttig radertje in een gigantisch bureaucratisch apparaat. Zijn werk, en dat van zijn miljoenen collega’s, draait om het verwerken van formulieren, het minutieus volgen van procedures en het afschuiven van problemen en ambtelijke fouten op andere afdelingen.

Het verhaal speelt zich af ergens in de toekomst, maar in tegenstelling tot veel andere dystopische films en romans is deze toekomst niet bepaald Niets werkt naar behoren. Liften staan halverwege stil. Airco’s slaan zomaar op hol. Computerschermen flikkeren aan en uit. Alle apparatuur wordt met elastiek, plakband en het nodige geweld bij elkaar gehouden. Storingen zijn aan de orde van de dag.

Het is een op het oog klein technisch mankement dat Lowry, en vele anderen, in de problemen brengt.

Een ambtenaar slaat een insect dood. Het geplette beestje valt in een printer die net een arrestatiebevel uitspuugt. Eén letter wordt veranderd. De politie is eigenlijk op zoek naar Archibald Tuttle, een opstandige loodgieter die, oh schande, op eigen houtje en zonder de benodigde formulieren, het leidingenwerk bij De autoriteiten bestempelen hem als terrorist. Maar door de technische fout wordt Archibald Buttle met harde hand opgepakt door de agenten van Information Retrieval, een afdeling die belast is met ondervraging van opstandige burgers.

Pas na de dood van Buttle komt de fout aan het licht. Aangezien gearresteerden de kosten van hun eigen ondervraging moeten dekken, dient de weduwe gecompenseerd te worden. Het probleem landt op het bordje van Lowry die met een pak formulieren naar haar appartement gaat. Daar ontmoet hij de buurvrouw van de weduwe, die letterlijk de vrouw van zijn dromen blijkt. Jill helpt de weduwe opheldering te krijgen over wat er met Archibald Buttle is gebeurd, maar loopt telkens vast in de bureaucratie. Door haar doortastende optreden wordt Jill ook al snel beschuldigd van terrorisme. Lowry besluit haar te helpen, een beslissing die helemaal verkeerd uitpakt.

Het verhaal en de personages van Brazil zijn absurd. De uniformen zijn potsierlijk. De moeder van Lowry draagt een laars op haar hoofd. De humor doet denken aan Monty Python, waar Terry Gilliam ook aan meeschreef. Het verhaal is wat platgetreden (grauwe wereld, blablabla, meisje, blablabla, liefde, blablabla, kleine man versus Het Systeem, blablabla, ondergang). Maar een aantal thema’s van Brazil heeft nog steeds zeggingskracht. Of liever gezegd, juist nu.

Een loodgieter deleten

Ten eerste is er de veiligheidshysterie die burgerlijke vrijheden onder druk zet. Het land wordt geteisterd door bomaanslagen, die zich vooral op winkels en de elite lijken te richten. Alle publieke plaatsen zijn in vestingen veranderd. Je kunt geen ministerie binnengaan zonder door allerlei poortjes en scanners te moeten. Zelfs als je uit eten gaat, worden de pakjes in je tas opengemaakt. De terroristen loeren overal, schalt de hele dag uit tv-toestellen en radio’s. In 1985 was dat misschien uitzonderlijk. Nu zijn we eraan gewend.

Marteling wordt in Brazilinformation retrieval’ genoemd (het zou ook, zoals de Amerikaanse overheid het nu noemt, ‘enhanced interrogation’ kunnen heten)

Daarnaast is er een politiemacht die met harde hand op terroristen jaagt. Wie terrorist is, blijkt echter nogal rekkelijk. Een loodgieter die niet het juiste papierwerk invult, is er bijvoorbeeld een.

In die jacht wordt, net als nu,telkens verbloemende taal gebruikt om onacceptabel geweld acceptabel te doen voorkomen. Marteling wordt bijvoorbeeld ‘information retrieval’ genoemd (het zou ook, zoals de Amerikaanse overheid het noemt, ‘enhanced interrogation’ kunnen heten). Mensen worden niet omgebracht, maar ‘gedeletet’ of ‘uitgeschreven.’

Een daadkrachtige overheid zonder verantwoordelijkheid

Het antwoord van de overheid op zijn eigen falen is het optuigen van meer bureaucratie. En dan vooral: een op hol geslagen informatiewoede. Overal in de film duiken er Orwelliaanse slogans op als ‘The Truth will make your free’ en ‘Suspicion breeds confidence.’ Maar we zien ook andere, positieve, slogans. ‘Information is the key to prosperity.’ Dit zou zo uit de mond kunnen komen van een politicus die het over Big Data heeft. Of kun je de volgende slogan lezen zonder aan al die elektronische kind-, peuter-, kleuter-, leerling- en patiëntdossiers te denken: ‘Help the ministry of information help you?’

In Brazil zien we een overheid die daadkracht wil uitstralen, maar waar niemand verantwoordelijkheid neemt. Besluiten worden door verschillende ministeries genomen, zodat nooit duidelijk is wie moet boeten als er iets misgaat. Er is geen grote leider à la Big Brother die het gezicht is van het regime. In Brazil heersen ambtenaren. De grote bureaucratische structuren zijn vooral bezig elkaar en de burger het leven zuur te maken.

Wie aan de verkeerde kant van de bureaucratie terechtkomt, vaak door een lullige fout, zit met een probleem. Ik moest bij het kijken bijvoorbeeld denken aan de zaak van Deze Hoofddorper heeft vijftien jaar enorme last gehad van identiteitsdiefstal. Of liever gezegd: van het onvermogen van de staat de delicten die op zijn naam stonden, maar niet door hem waren gepleegd, uit de bureaucratische molen te halen.

Het gevolg was dat Kowsoleea continu werd aangehouden en ook in financiële problemen kwam. Ook in Brazil worden mensen geruïneerd doordat het informatiehuishouden van de overheid voortdurend onder het gewicht van zijn eigen complexiteit dreigt te bezwijken.

Dineren terwijl de ledematen in het rond vliegen

Tot slot is ook een ander thema van Brazil erg actueel: de enorme ongelijkheid. Het gewone volk leeft in grote armoede, in tochtige, kleine appartementen. Een kleine elite leeft in uitzonderlijke weelde. Deze elite levert de hoge ambtenaren en houdt zo zichzelf in stand. Ook de moeder van Lowry behoort ertoe en zorgt ervoor dat haar zoon een goede functie krijgt.

Deze klasse ontbreekt het aan niets. Eén van de krachtigste scènes speelt zich af in een restaurant. De moeder van Lowry trakteert haar zoon op een verjaardagsetentje en probeert hem en passant te koppelen aan de dochter van een rijke vriendin. Tijdens het eten gaat er een bom af in het restaurant. Gewonde obers kruipen over de vloer. Er staat iemand in brand. Een ober komt langs en laat snel een kamerscherm aanrukken, zodat de ongeschonden eters het naargeestige schouwspel niet hoeven te zien. De conversatie kabbelt al snel weer verder over plastische chirurgie - een permanente obsessie van de elite.

Net zoals veel andere dystopieën gaat Brazil over hoe het individu vermalen wordt door het systeem. Over hoe angst misbruikt wordt om de status quo te handhaven. En hoe controle over informatie macht is en het gebrek eraan tot onmacht leidt. Het enge van Brazil is dat het systeem zoveel op

YouTube
Bekijk hier de trailer van Brazil.
Introductie: Zo kunnen we beter over surveillance praten Vorige week was het een jaar geleden dat Edward Snowden met zijn NSA-onthullingen het debat over surveillance op gang bracht. Erg creatief blijken we in dat debat niet te zijn: in de VS, en in Nederland, is ‘Big Brother’ zo’n beetje de enige gebruikte metafoor voor een overheid die haar burgers in de gaten houdt. Maar George Orwells 1984 dekt de lading niet: wie het debat over toezicht, veiligheid en privacy beter wil voeren, heeft andere metaforen nodig. Lees hier de introductie van de serie Surveillance Metaforen Aflevering 1: De Cirkel van Dave Eggers Nina Polak bespreekt De Cirkel van Dave Eggers. Anders dan in Orwell’s 1984 laat deze roman zien dat surveillance niet per se iets hoeft te zijn wat van bovenaf wordt opgelegd, integendeel: in een wereld waarin alles met elkaar delen een must is, verwordt surveillance tot iets waaraan iedereen bijdraagt. Lees hier aflevering 1 in de serie Surveillance Metaforen Aflevering 2: Het Proces van Franz Kafka In ‘Het Proces’ van Franz Kafka wordt duidelijk dat surveillance niet per sé uit kwade bedoelingen hoeft voort te komen, om toch grote schade aan te richten, schrijft Lynn Berger. Lees hier: De staat hoeft niet kwaadwillend te zijn om kwaad te doen, leert Het Proces van Franz Kafka Aflevering 3: Little Brother van Cory Doctorow Maurits Martijn bespreekt de roman Little Brother, van Cory Doctorow, die laat zien dat de burger in een surveillancestaat nog niet machteloos hoeft te zijn. Lees hier: Iedereen heeft het over Big Brother, maar vlak Little Brother niet uit Aflevering 4: WE van Yevgeny Zamyatin De roman ‘We’ van Yevgeny Zamyatin gaat over sousveillance – en over wat er gebeurt als niet alleen de staat, maar iedereen elkaar kan bekijken. Dimitri Tokmetzis bespreekt. Lees hier: De inspiratiebron van 1984 toont de zachte dwang van technologie Aflevering 5: Corpus Delicti van Juli Zeh Bij surveillance denken we al snel aan toezicht, ingegeven door een obsessie met terrorisme en veiligheid. Maar het kan evengoed voortkomen uit de wens de gezondheid en het welzijn van burgers te dienen, schrijft Tomas Vanheste in zijn bespreking van Corpus Delicti van Juli Zeh. Lees hier: Dit meesterlijke boek laat zien waar een ziekelijk verlangen naar gezondheid toe leidt Aflevering 6: Minority Report van Steven Spielberg ‘Big Brother’ is de meest gebruikte metafoor wanneer we het over surveillance hebben. Maar surveillance kent vele gedaanten en heeft uiteenlopende consequenties. Daarom bespraken we vorige week boeken, en bespreken we deze week films, die de verschillende aspecten ervan in beeld brengen. Vandaag, in een gastbijdrage van stagiair Jeroen van Raalte, aflevering 6: de film Minority Report. Lees hier ‘In Minority Report veroordeelt technologie de verkeerden’