Rijke landen helpen arme landen niet. Het is juist andersom
Nieuw onderzoek van Global Financial Integrity laat zien dat de geldstromen van rijke naar arme landen in het niet vallen bij de geldstromen van arme naar rijke landen. Hoe kan dat?
De data die de onderzoekers presenteren zijn behoorlijk indrukwekkend. Ze telden niet alleen ontwikkelingshulp, buitenlandse investeringen en handelsstromen bij elkaar op, maar ook bijvoorbeeld schulden die kwijtgescholden worden en geld dat bedrijven via slimme belastingconstructies wegsluizen uit ontwikkelingslanden.
Wat blijkt? Ontwikkelingslanden staan - gemeten sinds 1980 - 16,3 biljoen dollar in de min ten gunste van rijke landen. Met andere woorden: arme landen gaven netto 16,3 biljoen dollar aan rijke landen. Dat is ongeveer evenveel als het bbp van de Verenigde Staten.
De grootste boosdoener: belastingontwijking van westerse multinationals.
Het onderzoek wordt door allerlei experts het meest volledige onderzoek naar financiële stromen van en naar ontwikkelingslanden ooit genoemd.
Het beeld van het gulle Westen wordt door deze cijfers omgekeerd, uitgewrongen, en afgedroogd. Wat overblijft is een beeld van uitbuiting en lafheid. Antropoloog Jason Hickel schreef er een indrukwekkend betoog over in The Guardian. Hij schrijft: ‘Poor countries don’t need charity. They need justice.’
Lees hier het stuk van Jason Hickel in The Guardian Hier vind je het originele rapport van Global Financial Integrity