Donald Tusks waardige woorden verbloemen zijn onwaardige daden

Tomas Vanheste
Correspondent Europa tussen macht en verbeelding

Aardig wat lof kreeg Donald Tusk afgelopen week voor aan de Europese leiders. Eindelijk beet de wat fletse Poolse voorzitter van de Europese Raad van zich af. Eindelijk kwam hij met passie op voor het Europese project. Eindelijk koos hij voor klare taal, durfde hij Donald Trump onomwonden onder de bedreigingen voor de Europese Unie te scharen.

Mijn blik bleef vooral haken bij het woord ‘waardigheid’ in zijn epistel.

Tusk schreef dat we op dit moment, na de verkiezing van Trump, in tijden van populisme en geopolitieke dreigingen ‘heel duidelijk moeten opkomen voor onze waardigheid, de waardigheid van een Verenigd Europa.’ Hoewel hij niet preciseerde wat hij onder ‘waardigheid’ verstond, leek er een echo in te klinken van de woorden uit het Europees Verdrag: ‘De waarden waarop de Unie berust, zijn eerbied voor de menselijke waardigheid, vrijheid, democratie, gelijkheid, de rechtsstaat en eerbiediging van de mensenrechten, waaronder de rechten van personen die tot minderheden behoren.’

Opnieuw winnen de belangen het van de principes

Het zijn prachtige frasen. Het wrange is dat Tusk zijn brief schreef als uitnodiging voor de Europese top op Malta afgelopen vrijdag. De belangrijkste beslissing die daar werd genomen: het intensiveren van de samenwerking met de Libische kustwacht om de vluchtelingenstroom uit Afrika een halt toe te roepen.

Deze deal met Libië schendt juist de kernwaarden van de EU, betoogde de directeur van Amnesty International Nederland in Want hoe kun je afspraken maken die de mensenrechten eerbiedigen met een uiterst instabiel land met drie regeringen, waar migranten en vluchtelingen vogelvrij zijn?

Om ze maar buiten te houden, zijn de Europese leiders bereid om hun morele principes maximaal te plooien. En als ze onverhoeds toch binnen weten te komen, blijken mensenrechten nog steeds niet het hoogste goed. Lees over de toestand in vluchtelingenkamp Moria op het Griekse eiland Lesbos dat afgelopen weekend in NRC Handelsblad stond. In de slotalinea richtte de Nederlandse arts, die de mensen daar onder zeer barre omstandigheden probeert te helpen, zich tot de Europese autoriteiten: ‘Als jullie de situatie hier zouden zien, dan zouden jullie het ermee eens zijn, dat het een schande is dat dit in Europa gebeurt.’

Maar in plaats van daar meteen poolshoogte te nemen en alles op alles te zetten om een eind te maken aan deze schandvlek, ving Tusk deze week aan met een ontmoeting met Ilham Aliyev, de dictator van Azerbeidzjan. Het was het startpunt van gesprekken over hoe straks gas uit Aliyevs contreien naar de EU kan stromen, via de Southern Gas Corridor, een nieuwe pijplijn van de Kaspische Zee naar Italië. Zesenzeventig organisaties Tusk alleen met Aliyev in zee te gaan wanneer hij concrete beloften deed over verbeteringen van de mensenrechtensituatie.

Het bleef bij vrijblijvende woorden. Opnieuw wonnen belangen het van principes.

Ik weet het: met het opgeheven vingertje alleen red je het niet in deze wereld. Maar pijnlijk blijft het dat je in dagen dat je ronkende retoriek bezigt over de waardigheid van Europa zo marchandeert met de Europese waarden. Onwaardig.

Lees ook: