Welke partijen nemen cultuur serieus?

Nina Polak
Correspondent Modern Leven
Illustraties: Maus Bullhorst (voor De Correspondent)

Wat zeggen de verkiezingsprogramma’s over kunst en cultuur? Ik zet het voor je op een rijtje. Het goede nieuws: er is reden tot optimisme.

Wat zeggen de verkiezingsprogramma’s over kunst en cultuur? Ik zet het voor je op een rijtje. Het goede nieuws: er is reden tot optimisme. Dat werd tijd.

‘Wat mij bijzonder steekt is de gedachte dat kunst een linkse hobby zou zijn. Dat is totaal belachelijk. Sinds wanneer ben ik links?’ Zo sprak oud-VVD-leider Frits Bolkestein in 2010. Hij verzette zich, samen met een boze menigte op het Amsterdamse Leidseplein, tegen de enorme bezuinigingen op kunst en cultuur die dat jaar werden aangekondigd door mede-VVD’er Halbe Zijlstra. ‘Ik wil niet minder geld voor kunst en cultuur,’ zei Bolkestein ‘maar meer.’

Wie de verkiezingsprogramma’s voor de komende verkiezingen erop naslaat zal zien dat de tijden wat veranderd zijn. Er is nog maar één partij die impliceert dat kunst een linkse hobby is en dat is de PVV. Met ‘ontwikkelingshulp, windmolens, kunst, innovatie, omroep enz.,’ wordt het in het verkiezingsprogramma in één regel afgeserveerd: geen geld meer naar kunst.

In de rest van de huidige verkiezingsprogramma’s vinden we over het algemeen meer aandacht voor kunst en cultuur dan in die van 2012. Bijna alle partijen benadrukken het maatschappelijk belang van kunst en cultuur en een aantal partijen komt met concrete plannen om de schade van de bezuinigingen te herstellen.

Wat willen de partijen?

Duidelijk is dat de nadruk in de verkiezingsprogramma’s van de cultuurminnende partijen ligt op aspecten die schade hebben opgelopen: talentontwikkeling, bijvoorbeeld, en de sociale zekerheid van kunstenaars. Ook nationaal erfgoed en een goede regionale spreiding van de middelen krijgen veel aandacht.

Hieronder kort een paar opvallende verkiezingspunten per partij. De rest van de punten vind je in de infocards. Voor een mooi overzicht van alle punten zie de zij vatten de cultuurstandpunten van alle partijen samen en maakten een overzichtelijk schema van de punten per thema.

  • 100 miljoen euro extra voor kunst en cultuur;
  • 100 miljoen euro extra voor de publieke omroep;
  • goed werkgeverschap wordt voorwaarde voor

  • In alle regio’s moet een volwaardig cultureel aanbod zijn;
  • cultuurmiddelen moeten beter verspreid worden over de regio’s;
  • laagdrempelige

  • 100 miljoen euro voor onderhoud kerkelijk erfgoed;
  • overheidssubsidies eerlijk verdelen over de

  • Schade van de bezuinigingen gericht herstellen;
  • ondernemerschap in de cultuursector blijven stimuleren;
  • ruimte voor vernieuwende kunst;
  • investeren in internationale positie van Nederlandse kunst en

  • Flink extra geld voor kunst en cultuur;
  • invoeren kunstenaarsvisum zodat kunstenaars van buiten de EU zich hier kunnen vestigen;
  • kunstvoucher cadeau aan iedereen die achttien

  • Geen geld naar kunst, innovatie, omroep

  • Investeren in kunst en cultuur;
  • bestrijden van stille armoede onder kunstenaars, door collectieve onderhandeling tussen zelfstandige kunstenaars en opdrachtgevers;
  • rijksmusea één dag per week

  • Met evenveel geld, meer cultuur tot stand brengen;
  • overheid moet zich neutraal opstellen ten opzichte van kunst en cultuur;
  • culturele instellingen stimuleren om meer met eigen middelen te

  • Meer voorstellingen en uitvoeringen overdag programmeren;
  • er moet cultuureducatie voor ouderen komen;
  • instructietaal van het hoger onderwijs moet Nederlands zijn;
  • culturele innovatie moet gestimuleerd worden;
  • omroepverenigingen zijn belangrijk voor de

  • Subsidies moeten naar ‘brede’ cultuur gaan;
  • meer budget voor lokale

  • Bij subsidies zijn vooral laagdrempeligheid en het bereiken van jongeren belangrijk;
  • fiscale aftrek voor woonhuizen in monumenten;
  • speciale aandacht aan grote monumenten zoals kerken, meer subsidie voor onderhoud kerken;
  • gezichtsbepalende rijksmonumenten moeten in overheidshanden blijven;
  • de toegankelijkheid van musea moet gewaarborgd

  • Budget voor kunst en cultuur moet structureel verhoogd;
  • cultuurparticipatie moet een vast onderdeel worden van regionaal welzijnsbeleid;
  • kunst en cultuur moeten toegankelijk zijn voor elke

Het zijn vooral de PvdA, GroenLinks, SP en de Partij voor de Dieren die met uitgebreide, constructieve plannen komen om de schade te herstellen. D66 lijkt met die nadruk op ondernemerschap iets gereserveerder over de taak van de overheid, maar heeft zich in de afgelopen periode wel een aantal keer ingezet voor cultuur.

Van deze vijf partijen lijken de plannen van de PvdA met een kleine voorsprong het meest compleet, concreet en toegespitst op de huidige situatie en de schade die de bezuinigingen hebben aangericht.

En de daden dan?

De omvang van die schade is inmiddels wel duidelijk. Vanaf 2013 voerde het kabinet-Rutte II de plannen van de inmiddels vervangen VVD-staatssecretaris Halbe Zijlstra door en schrapte 200 miljoen euro van de rijkssubsidie voor kunst en cultuur, ruim 21 procent van de begroting. En ook in de provincies en gemeenten werd in de jaren die volgden veel geschrapt. De hardste klappen vielen daar bij kunstcentra, bibliotheken en muziekscholen, plekken die cruciaal zijn voor talentontwikkeling en het culturele klimaat van de toekomst.

Uit een onderzoek van de Sociaal-Economische Raad (SER), uitgevoerd op verzoek van Zijlstra’s opvolger Jet Bussemaker (PvdA), bleek vorig jaar al dat de bezuinigingen ook op de arbeidsmarkt een kleine ravage hebben aangericht in de cultuursector. Er verdwenen 20 duizend vaste banen en de positie van het toegenomen aantal zzp’ers werd steeds zwakker. Velen van hen bleken onverzekerd te werken en geen pensioen meer op te bouwen.

Bussemaker maakte het een en ander goed met een andere toon en ze draaide enkele bezuinigingen terug, maar ook onder haar ministerschap bleef er te weinig geld beschikbaar voor echte verbetering. De PvdA, haar eigen partij, stelt in haar verkiezingsprogramma nu als enige een concrete investering van 100 miljoen extra voor. Dat is aanzienlijk meer dan Bussemaker heeft kunnen vrijmaken.

Nu heeft de partij mooie plannen, maar het is in de afgelopen kabinetsperiode niet de PvdA geweest die het meest heeft gedaan voor cultuur. Een blik op alle moties die tijdens Rutte II voorbij zijn gekomen op dit onderwerp, laat zien dat de PvdA zich als coalitiepartner vaak heeft geschikt naar de VVD, die de harde lijn van Zijlstra nooit meer echt heeft losgelaten. Veel vaker dan GroenLinks, SP en de Partij voor de Dieren stemde de PvdA dan ook tegen voorstellen die met kunst en cultuur te maken hadden.

Zo stemde de PvdA in 2016 aanvankelijk tegen van Jasper van Dijk (SP) en Alexander Pechtold (D66) om structureel 10 miljoen euro extra te investeren in cultuur. Ook van Van Dijk om het subsidiestelsel beter in balans te brengen – nadat de raad voor cultuur had geadviseerd dat het systeem te willekeurig was – werd door de PvdA verworpen. Eerder zei ze ook nee tegen een motie –wederom van Van Dijk – om zodra er ruimte voor zou zijn, meer middelen voor cultuur beschikbaar te maken.

Hieruit blijkt ook dat de SP zich, op initiatief van Jasper van Dijk, tamelijk onvermoeibaar heeft ingezet voor de kunst. Ze diende de afgelopen periode veruit de meeste cultuurmoties in en stemde het vaakst voor. Op de tweede plaats komt de Partij voor de Dieren. Die twee partijen lijken ook op elkaar in die zin dat ze een democratisch en sociaal cultuurbeleid voor ogen hebben, waarin laagdrempeligheid en gelijkheid de boventoon voeren.

En wat moeten we nu stemmen?

Natuurlijk, dat de SP en de Partij voor de Dieren meer voor cultuur stemden, is onder meer het verschil tussen een oppositiepartij en een coalitiepartij. De oppositie heeft niet de verantwoordelijkheid om vervolgens op iets anders te bezuinigen.

Het moet de PvdA bovendien gegeven worden dat de huidige plannen, net als die van GroenLinks, SP, PvdD en in iets mindere mate D66, passen bij een verbeterde economische situatie ten opzichte van een paar jaar geleden. Ze laten allemaal een grote welwillendheid zien om het culturele klimaat weer gezonder te maken. Reden voor enig optimisme dus, mits je op een van deze partijen stemt.

Kies je VVD, dan blijft het er karig uitzien, en als de PVV haar zin krijgt zullen de gevolgen op cultuurgebied waarschijnlijk niet te overzien zijn. CDA, 50plus, ChristenUnie en SGP tonen enige visie op gerichte onderwerpen zoals erfgoed, maar ze komen met weinig concrete plannen om de sector als geheel een impuls te geven.

PvdA, GroenLinks, SP, PvdD en eventueel D66 dus, als je van cultuur houdt en het ook een taak van de overheid vindt.

Meer over de verkiezingen?