Terwijl een centrum-rechtse regering in Finland een met het basisinkomen is begonnen, een conservatieve de drijvende kracht is achter een nog groter experiment in Canada en terwijl half Silicon Valley (inmiddels laaiend enthousiast is, verkeert rechts Nederland nog steeds in de veronderstelling dat het basisinkomen een eng links idee is. Zo’n idee waar je als hardwerkende Nederlander per definitie tegen moet zijn.

Iedere keer verbaas ik me er weer over hoeveel slechte journalistiek er in Nederland is over het basisinkomen. Natuurlijk, het is een nieuw idee. Maar dan mag je toch verwachten dat journalisten zich er enigszins in verdiepen voordat ze dingen overtikken die toevallig bij hun wereldbeeld passen.

Deze week bleek het nog, toen de OESO (een invloedrijke denktank waarin meer dan dertig landen samenwerken) ‘Basisinkomen leidt niet tot vermindering armoede,’ kopte meteen. ‘OESO is duidelijk: het basisinkomen is geen effectief instrument om armoede te bestrijden,’ gnuifde

Maar wat stond er eigenlijk in het rapport zelf? Simpel:

  • De OESO had eerst bedacht dat een echt basisinkomen niet kan, omdat het tot hogere belastingtarieven zou leiden.
  • Vervolgens had de denktank een kleine toelage ook maar gewoon een ‘basisinkomen’ genoemd. (Voor Italië ging de OESO bijvoorbeeld uit van 158 euro per maand.)
  • Daarna bedacht ze dat dit minuscule ‘basisinkomen’ gefinancierd moest worden door de huidige inkomensondersteuning uit te smeren over iedereen.
  • En voilà, de onvermijdelijke conclusie: ‘het basisinkomen’ zou de armoede niet verminderen.

Even voor de goede orde: er is sinds de achttiende eeuw niemand geweest in de hele beweging voor het basisinkomen die ooit voor deze variant heeft gepleit. Feitelijk gezien is dit niet eens een basisinkomen, aangezien een echt basisinkomen je per definitie uit de armoede zou moeten helpen.

Dus bij dezen even een spoedcursus.

Wat is het basisinkomen wél?

Laten we beginnen met het paraplubegrip: het ‘gegarandeerde basisinkomen,’ of gewoon: basisinkomen. Dit is een onvoorwaardelijke regeling die ervoor zorgt dat niemand onder de armoedegrens uitkomt.

Vervolgens zijn er twee varianten:

  1. Het universele basisinkomen (iedereen krijgt een zak met geld, precies genoeg om je boven de armoedegrens uit te tillen).
  2. De negatieve inkomstenbelasting (het inkomen van eenieder die onder de armoedegrens zakt, wordt door de belastingdienst aangevuld).

Het eerste idee klinkt misschien veel radicaler, maar het verschil is Bedenk: met een universeel basisinkomen zullen veel mensen een basisinkomen ontvangen, maar ook een vergelijkbaar bedrag aan extra belasting moeten betalen.

Daarom is het door en door misleidend als Elsevier schrijft dat ‘het basisinkomen’ in Nederland in totaal maar liefst 200 miljard euro per jaar zou kosten - en dus onbetaalbaar zou zijn.

Wat het blad niet schrijft, of niet begrijpt, is dat dit de bruto- in plaats van de nettokosten zijn.

En hoeveel zou dat dan kosten?

Als we willen weten wat het basisinkomen écht kost, moeten we naar de nettokosten kijken. De vraag is dan: wie zal er onder de streep op vooruitgaan en wie erop achteruit? Hoeveel herverdeling zal er plaatsvinden?

Het eerste wat we hierbij moeten onthouden is dat er natuurlijk niet - zoals Elsevier en het Financieele Dagblad suggereren - één variant is van het basisinkomen. Je kunt het op talloze manieren financieren, manieren die de totale ongelijkheid vergroten, verkleinen of gelijk houden.

Maar één groep zal er in ieder geval op vooruit moeten gaan: alle mensen die nu nog onder de armoedegrens leven. In Nederland hebben we het dan over ongeveer 1,4 miljoen mensen.

Wat kost het om die armoede uit te roeien? Het Sociaal en Cultureel Planbureau heeft dat 2,2 miljard euro per jaar. Dat is ongeveer 0,3 procent van ons nationale inkomen. Ter vergelijking: Nederland geeft jaarlijks 4 miljard uit aan sigaretten en aan de zorg. Het uitroeien van de armoede is, kortom, vrij goedkoop.

Bovenop die 2,2 miljard zal nog extra herverdeling komen, zodat diegenen die net boven de armoedegrens zitten hun basisinkomen niet helemaal terug hoeven te betalen. Hoe hoog die extra ‘kosten’ zijn, hangt af van hoe ver je de ongelijkheid in Nederland wil terugdringen. Daar zullen links en rechts het natuurlijk over oneens zijn, maar ze zullen zeker niet astronomisch zijn.

(Ter info: ik heb ‘kosten’ hier tussen aanhalingstekens gezet omdat dit natuurlijk geen overheidsuitgaven zijn in de traditionele zin van het woord. Het geld wordt niet uitgegeven door de overheid, maar verplaatst.)

Nog meer redenen voor een serieuze discussie

En dan nu het belangrijkste: als we alle kosten op een rijtje hebben, zouden we ook nog naar de baten van een basisinkomen moeten kijken. Het is natuurlijk lastig om deze precies te voorspellen, maar er zijn goede redenen om aan te nemen dat de baten groot zullen zijn. Misschien zelfs groter dan de kosten.

Neem alleen de armoede onder kinderen: in de VS worden de kosten van kinderarmoede (in termen van een duurdere zorg, meer criminaliteit, lagere productiviteit en lagere belastingopbrengsten) van het nationaal inkomen geschat. In het Verenigd Koninkrijk en in Nieuw-Zeeland Er is in Nederland geen vergelijkbaar onderzoek gedaan, maar stel, we zetten de kosten van kinderarmoede in Nederland heel conservatief op 1 procent van het bbp. Dat is alsnog 6 miljard euro per jaar: drie keer zoveel als het uitroeien van de armoede hier zou kosten.

Conclusie: het zou fijn zijn als we in Nederland - net als in Finland en Canada - een serieuzere discussie over het basisinkomen kunnen voeren. Wat je er ook van vindt, het is evident dat we in een tijd leven die snakt naar nieuwe ideeën. Ieder zichzelf respecterend bedrijf experimenteert voortdurend, waarom zou Vadertje Staat dan zo conservatief moeten zijn?

Meer lezen?

De utopie van gratis geld in 13 vragen en antwoorden Als je mensen zomaar geld geeft dan doen ze niks meer, denken we vaak. Maar in de afgelopen paar jaar is een revolutie in het denken over armoede, werk en welvaart op gang gekomen. Is het tijd voor een radicale hervorming van onze verzorgingsstaat? Lees hier mijn hele themapagina over het basisinkomen Kijken: mijn TED Talk over het onvoorwaardelijke basisinkomen Armoede is geen gebrek aan karakter, het is een gebrek aan geld. In mijn TED Talk leg ik uit waarom het basisinkomen dan ook zo’n goed idee is. Bekijk mijn speech hier! Met een groep mbo’ers ging ik in gesprek over de media. ‘Mevrouw, hoe weet ik dat u niet liegt?’ Hoe praten we op een vruchtbare manier over gelijkheid? Om daar achter te komen, ging ik in gesprek met een groep mbo-studenten uit Utrecht. Over één ding waren de jongeren het eens: journalisten zijn niet te vertrouwen. Waar komt hun wantrouwen vandaan? Lees het verhaal van Vera hier terug