Allereerst: ik heb je hulp nodig! Voor mijn volgende artikel stuur ik een vragenlijst rond over de gemiddelde mens (of, strikt genomen, de mediane mens).

Ik wil de vragen voorleggen aan groepen die begrensd zijn qua locatie en activiteit. Dat kan van alles zijn: moskeebezoekers in Rotterdam, korfballers in Leeuwarden of zorgverleners op het Zeeuwse platteland.

Heb jij toegang tot zo’n groep en vind je het leuk om te helpen? Stuur een mailtje naar Je hoeft alleen de link naar mijn vragenlijst door te sturen, dus het zal niet veel tijd kosten.

Alvast veel dank!

Het gaat niet om de mediaan

Door naar mijn nieuwe held: Stephen Jay Gould (1941 - 2002).

Deze evolutionair bioloog is in zijn vakgebied vooral bekend door zijn bijdragen aan Darwins ideeën - zijn theorie van het ‘punctuated equilibrium.’ Maar het grotere publiek kent hem van zijn populair-wetenschappelijke schrijfsels.

Ik kwam hem op het spoor door zijn essay The median isn’t the message. Gould vertelt daarin dat hij een mesothelioom heeft - een aggresieve tumor die je voornamelijk ziet na blootstelling aan asbest.

Vlak na de diagnose haast hij zich naar de bibliotheek om alles te lezen over zijn ziekte. Daar blijkt: zijn mediane overleving is acht maanden. Hij is verbijsterd. Tot hij de statistiek erbij pakt.

Wat er dan gebeurt kun je lezen in Of wacht nog even tot mijn artikel over het gemiddelde verschijnt.

Van de schoonheid en de troost

Fervente tv-kijkers zullen Gould misschien kennen van de VPRO-serie Van de schoonheid en de troost. Zo’n twintig jaar geleden interviewde journalist Wim Kayzer zesentwintig grote namen zoals Jane Goodall, Karel Appel en Martha Nussbaum.

De centrale vraag: Wat maakt dit leven de moeite waard? Waar zit de schoonheid en waar de troost?

Ik moet de andere interviews nog zien, maar het gesprek met Gould is alvast een parel. Hij praat over de schoonheid van Bach, zijn fascinatie met slakken, de dood van zijn vader en broer. Ondertussen zie je hem minutenlang - al grimassend - zingen in een koor.

Hieronder vind je het eerste deel. De hele aflevering bekijk je op

Youtube plaatst cookies bij het bekijken van deze video Bekijk video op Youtube

#NerdAlert

In The New York Review of Books las ik Het gaat over zijn honkbalheld Joe DiMaggio (waar hij het ook over heeft in het gesprek met Kayzer).

Maar, zoals met goede verhalen, gaat het over veel meer. Over heldendom, over sterven, over de menselijke behoefte aan betekenis. Om maar even wat te noemen.

Eén punt uit dit verhaal is trouwens onderuitgehaald: de ‘hot hand fallacy.’ Veel mensen geloven dat basketballers een ‘hete hand’ kunnen hebben, dat ze soms het ene na het andere punt kunnen scoren.

In 1985 je hebt géén grotere kans om een punt te scoren als je net een paar keer hebt gescoord. Dat een speler soms achter elkaar scoort, is geen magie. Het is toeval.

Maar nu blijkt dat die onderzoekers een denkfout hebben gemaakt. De onzin over de hete hand blijkt toch geen onzin. Hoe het precies zit? Wiskundige Jordan Ellenberg

Tot slot...

...kwamen er vorige week veel vragen over de grafiek met geluk en bbp. Wil je er meer over weten? Twee jaar geleden er uitgebreid over.

Een mooi week gewenst!

Met dank aan Michiel de Hoog.