Homohaat is een westers exportproduct

Maite Vermeulen
Correspondent Globalisering
Een demonstratie tegen homoseksuelen, onder leiding van de kerkelijke gemeenschap, in de Oegandese stad Jinja. Foto: Hollandse Hoogte

In Rusland, India en grote delen van Afrika is de positie van homoseksuelen ernstig verslechterd de afgelopen maanden. Hoe dat kan? Het antwoord vinden we dichter bij huis dan je in eerste instantie zou denken.

Het begon afgelopen zomer in Rusland. Op 30 juni werd daar de anti-homopropagandawet Kort daarna was het raak in Oeganda: een omstreden wet die een levenslange celstraf oplegt voor werd door het parlement ( Zojuist werd bekend dat president Yoweri Museveni van Oeganda de wet officieel heeft ondertekend.) Even later nam een wet aan die elke relatie tussen volwassenen van dezelfde sekse, net als elke vorm van openbare genegenheid, strafbaar stelt met tien jaar gevangenis. En in keurde het Hooggerechtshof kort daarop de afschaffing van het strafbaar stellen van homoseksualiteit af.

Het zijn kleine en grote krantenberichten die samen een schrikbarende conclusie vormen: het gaat wereldwijd niet maar juist steeds slechter met de Hebben de ontwikkelingen in al die verschillende landen iets met elkaar te maken?

Het antwoord is: ja. Dat hebben ze.

Om die wereldwijde verbanden zichtbaar te maken, is het verhelderend eerst te kijken naar de ontwikkeling van homohaat in Afrika. Wanneer je onderstaande kaart bekijkt - met daarop de landen die homoseksualiteit - is Afrika plots een Waarom dat zo is, zegt veel over de anti-homo-ontwikkelingen in de rest van de wereld.

In de landen waar homoseksuelen per wet beschermd worden is discriminatie op basis van seksuele geaardheid verboden. In de landen waar homoseksualiteit legaal zijn homo’s noch beschermd, noch strafbaar. Bron: UNAIDS. Illustratie: Momkai.

Homoseksualiteit is niet on-Afrikaans

De groeiende homofobie in de meeste landen in komt niet uit het niets. Het is gefundeerd op anti-westerse sentimenten in de samenleving. Homoseksualiteit, zo luidt het argument, is ‘on-afrikaans.’ De westerlingen hebben homoseksualiteit in de koloniale tijd meegebracht naar Afrika, en de ‘ziekte’ heeft zich sindsdien over het Afrikaanse continent verspreid. Vooral jongeren lopen risico om ‘gerekruteerd’ of ‘besmet’ te worden door de wereldwijde, westerse homobeweging.

Martin Ssempa, een van de bekendste predikanten van Oeganda en hét gezicht van Oeganda’s anti-homobeweging, zegt bijvoorbeeld in de tv-show ‘Homoseksualiteit groeit door actieve werving: ze rekruteren jouw kind, jouw zoon, jouw dochter voor een homoseksuele of lesbische club.’

Homoseksualiteit groeit door actieve werving: ze rekruteren jouw kind voor een homoseksuele of lesbische club

Dat homoseksualiteit niet Afrikaans is en meegebracht werd door de kolonisten - daar klopt historisch gezien natuurlijk helemaal niets van. Homoseksualiteit is, net als in de rest van de wereld, altijd al onderdeel geweest van de Afrikaanse samenlevingen. In hun boek Boy Wives and Female Husbands: Studies of African Homosexualities uit 1998 beschrijven de Amerikaanse wetenschappers Stephen Murray en Will Roscoe vormen van homoseksualiteit die de eerste westerse ontdekkingsreizigers aantroffen onder de ‘natives’ in Afrika. Zo werden vrouw-vrouwhuwelijken gedocumenteerd in meer dan veertig etnische groepen verspreid over Afrika.

In Zimbabwe is een muurschildering te vinden van meer dan 2.000 jaar oud, waarop twee mannen seks hebben met elkaar. En in de taal van het Shona-volk (dat nu in Zimbabwe, Zambia en Mozambique leeft), zijn woorden te vinden voor een man die de rol van een vrouw aanneemt - murumekadzi - en een vrouw die de rol van een man aanneemt -

Homoseksualiteit is dus niet ‘on-afrikaans.’ Sterker nog: niet de homoseksualiteit is door koloniale machten naar Afrika gebracht, juist de anti-homowetten werden door hen meegenomen. Pas sinds de koloniale tijd kent Afrika namelijk wetten die homoseksualiteit strafbaar stellen. In bijna alle stammen de huidige anti-homowetten nog uit Vaak zijn die wetten aan het eind van de negentiende of begin van de twintigste eeuw ingevoerd.

Slechts in enkele landen (Zuid-Afrika, Botswana) werden de wetten na de onafhankelijkheid afgeschaft. De Fransen implementeerden geen anti-homowetten in Afrika. In veel voormalig Franse koloniën werden zulke wetten na de onafhankelijkheid alsnog ingevoerd, bijvoorbeeld onder invloed van orthodoxe islamieten - zoals in Senegal in 1965 - of christenen - zoals in Kameroen in datzelfde jaar.

Evangelische christenen in onbedorven Afrika

Als er historisch gezien niets klopt van het argument dat homoseksualiteit ‘on-afrikaans’ is, waarom denken veel Afrikanen dat dan? Daar komt, vreemd genoeg, het Westen in het spel, namelijk de Amerikaanse protestanten die fundamenteel tegen homoseksualiteit zijn.

De fundamentalistische evangelische christenen trekken sinds het begin van de eenentwintigste eeuw de wereld over om hun boodschap te verkondigen. En hun focus ligt daarbij op Afrika. Waarom? Simpel: dat continent is nog niet bedorven. In Afrika groeit het aantal kerkgangers nog wel.

Fundamentalistische evangelische christenen boeken dubbele winst: hun Afrikaanse aanwas groeit en hun invloed binnen de hele protestantse kerk groeit

Lou Engle, een prominente evangelische kerkleider, zegt bijvoorbeeld in de documentaire - met ogen die glimmen van opwinding: ‘Het Westen is in verval. Ik denk dat Afrika de vuurkorf van spirituele vernieuwing en opleving is. Het is heel spannend om hier te zijn.’

Met zieltjes winnen in Afrika boeken de fundamentalistische evangelische christenen dubbele winst. Enerzijds in Afrika, waar hun aanwas groeit. Anderzijds buiten Afrika. Door Afrikaanse bisschoppen aan hun interpretatie van de Bijbel te binden, wint die interpretatie aan gezag en invloed in Zo zetten de fundamentalistische Amerikanen de strijd die ze thuis goeddeels verloren hebben voort in Afrika.

‘Homo’s zijn pedofielen en rekruteren jongeren’

De sleutel tot het succes van de fundamentalistische Amerikanen in Afrika is geld. Veel geld. Ze pompen miljoenen dollars - ingezameld in de Verenigde Staten - in het sturen van zendelingen naar Afrika. Zeker, deze zendelingen doen nobel werk. Ze zetten weeshuizen op, voeden de armen. Maar tegelijkertijd verspreiden ze hun fundamentalistische ideologie.

De Oegandese parlementariër David Bahati, die de anti-homowet opstelde, wordt gezegend onder leiding van Martin Ssempa, de bekendste predikant van Oeganda. Foto: Hollandse Hoogte
Op het moment dat wij ‘nee’ zeiden tegen homoseksualiteit, verdrievoudigden de donaties die wij ontvangen van westerse kerken

De leiders van de fundamentalistische evangelische kerk reizen ook zelf af naar Afrika om het podium te beklimmen. Kernfiguren zoals Scott Lively, Lou Engle en Mike Bickle spelen met hun speeches in op angsten in de samenleving. Angst één: homo’s zouden de en het huwelijk bedreigen. ‘We strijden tegen een complot dat de natie en families zal schaden,’ zegt Engle in een van zijn speeches. Angst twee: homoseksualiteit zou indruisen tegen de orde van de natuur en de orde van God. ‘Het idee van het homohuwelijk komt uit de dieptes van de hel,’ aldus Bickle, een van de oprichters van het in een Homo’s zijn eropuit de wereld over te nemen met hun seksueel immorele gedrag.

Op de website van Scott Lively is zijn speech met de titel The Global Threat of Homosexuality te Volgens de website is het ‘de meest verlichte speech die je over dit onderwerp zult horen. So powerful that it was banned by YouTube.’

Bovendien zijn homo’s per definitie pedofielen en rekruteren ze jongeren. ‘Homoseksuele mannen trekken tienerjongens mee in hun sodomie,’ zei Lively tijdens een conferentie in Kampala in 2009. Hij schreef het boek 7 Steps to Recruit-Proof Your Child - een zelfhulpboek om je kinderen weerbaar te maken tegen de ‘homobeweging.’ Oh, en wist je trouwens dat de Holocaust is ontstaan is omdat de nazi’s allemaal homo waren? Lees het in Lively’s boek

Hoe groot de Amerikaanse fundamentalistische evangelische beweging precies is, is lastig in cijfers te vatten. Om toch een indicatie te geven van hun invloed: ieder jaar gaan er duizenden Amerikaanse zendelingen naar Afrika om het anti-homo-woord van God te verkondigen. Ze worden gefinancierd met tientallen miljoenen dollars. De preken van de Amerikanen en hun Afrikaanse collega’s vullen stadions met tienduizenden luisteraars. Bovendien reikt hun invloed en geld tot in de Afrikaanse media en verkondigen ze hun boodschap op de publieke radio en in de krant (zo drukte de Oegandese krant Rolling Stone in 2010 de namen, adressen en foto’s van honderd homoseksuelen af, met op de voorpagina de kop ‘Hang Them’). Ook zitten de Amerikaanse fundamentalisten aan tafel met de hoogste politici in Afrika. Lively mocht bijvoorbeeld het Oegandese parlement direct toespreken. Niet gek dat er dan wetten uit voortvloeien.

Het was niet ‘Adam and Steve’

Hun argumenten voor homohaat slaan zo goed aan, omdat zij inspelen op één breed gedeelde, onderliggende angst in het Afrika van vandaag de dag. De angst dat het Westen Afrika naar haar hand wil zetten. In het Westen, zo prediken de fundamentalisten, is sprake van moreel verval. Normen en waarden verloederen, kerken lopen leeg, er is geen respect meer voor traditionele familiestructuren, en al helemaal niet voor de Bijbel. Homoseksualiteit en de roep om homorechten is de ultieme uitwas hiervan: een seksuele moraal die onverenigbaar is met het Woord van God. Het was ‘Adam and Eve,’ niet ‘Adam and Steve.

Dat seksueel immorele gedrag willen de westerlingen nu exporteren naar Afrika, roepen de fundamentalisten. En dit sluit weer naadloos aan bij de Afrikaanse angst voor neo-kolonialisme. Afrikanen willen hun eigen toekomst vormen en zich loszingen van het westerse keurslijf.

Afrikanen die zich storten op het strafbaar maken van homoseksualiteit, zien deze wetten als een manier om het Westen buiten de deur te houden en hun eigen normen en waarden te verdedigen

Antropoloog Patrick Akwondo beschrijft deze gevoelens als volgt in ‘Deze situatie roept herinneringen op aan het kolonialisme en plaatst homoseksualiteit centraal in een post-koloniale controverse. Afrikanen wordt voorgehouden dat homoseksualiteit een uiting is van westerse decadentie.’

En zo is homoseksualiteit plots het zwaartepunt geworden in de discussies over de Afrikaanse onafhankelijkheid van westerse hulp, normen en waarden. De anti-homostrijd is in feite een anti-Westenstrijd. Afrikanen die zich storten op het strafbaar maken van homoseksualiteit, zien deze wetten als een manier om het Westen buiten de deur te houden en hun eigen normen en waarden te verdedigen.

Ook wij zijn slachtoffer

Maar ho even. De Afrikaanse homofobie is geënt op anti-westerse gevoelens. Die worden gepredikt door… westerlingen? Inderdaad, dat klinkt vreemd. Amerikaanse fundamentalisten realiseren zich dit en doen er alles aan zich aan de zijde van de Afrikanen te scharen. Ze expliciet als een minderheid in het Westen, die als enige niet bedorven is door de propaganda van de homobeweging. Ze zetten zich af tegen meer progressieve kerkbewegingen door die als typisch ‘westers’ te bestempelen. Fundamentalistische evangelische christenen zijn daar de directe tegenhanger van - en daarmee net zozeer slachtoffer van de homo-expansie als de Afrikanen.

In Amerika is hij niemand, in Afrika is deze extremist opeens de woordvoerder van de Amerikaanse evangelische kerk

Nu lijkt het misschien alsof alle homohaat in Afrika door Amerikaanse zendelingen is gebracht. Dat is natuurlijk niet zo. Maar hun invloed moet niet onderschat worden. Een belangrijk moment is de Seminar on Exposing the Homosexual Agenda, beter bekend als de Anti-homoconferentie, die in maart 2009 door onder meer wordt georganiseerd in de Oegandese hoofdstad Kampala. De Amerikaanse sprekers worden gepresenteerd als experts op het gebied van homoseksualiteit. Drie dagen lang luisteren duizenden Oegandezen naar ze - van leraren, tot politieagenten, tot politici. In de podcast hieronder is Lively’s toespraak terug te horen. De connectie met wat een paar maanden later in Oeganda gebeurt is onmiskenbaar: de omstreden anti-homowet - inclusief doodstraf - wordt ingediend bij het Oegandese parlement.

Kapya Kaoma, een Anglicaanse priester uit Zambia die al jaren onderzoek doet naar de Amerikaanse evangelische christenen in Oeganda, zegt in de documentaire God Loves Uganda over Scott Lively: ‘In Amerika is hij niemand, in Afrika is deze extremist opeens de woordvoerder van de Amerikaanse evangelische kerk geworden.’

Homo’s eten poep

Prominente Afrikaanse kerkleiders nemen de fundamentalistische retoriek intussen gretig over - waardoor de boodschap niet alleen door de westerse evangelische christenen, maar ook door hun Afrikaanse collega’s wordt verkondigd. Die kunnen fortuinen vangen, mits ze de anti-homoboodschap overnemen. David Bahati, de Oegandese parlementariër die de anti-homowet opstelde, zegt in een interview bij de tv-show ‘Op het moment dat wij ‘nee’ zeiden tegen homoseksualiteit, verdrievoudigden de donaties die wij ontvangen van westerse kerken.’ De Afrikaanse kerkleiders worden bovendien op cursussen en zomerkampen gestuurd, waarbij het lesmateriaal wordt geleverd door de Amerikanen.

De retoriek van de Amerikanen is bijvoorbeeld direct terug te horen in de woorden van Martin Ssempa, de voorman van het Oegandese anti-homo-activisme. In toespraken laat waar mogelijk beelden van homoporno zien, om zijn publiek ervan te overtuigen hoe ‘onnatuurlijk’ homoseksualiteit is. ‘Ze doen aan anaal likken,’ vertelt hij tijdens ‘Ze likken de anus van een man, en dan komt er poep uit, en dat eten ze op. Ze steken hun vuist in de anus van de ander. Dat doet zoveel pijn dat ze drugs moeten nemen, maar ze genieten ervan. Wil Barack Obama dat naar Afrika brengen, als mensenrecht? Dat mensen de poep van onze kinderen mogen eten?’

Ook Afrikaanse politici benutten de anti-homoretoriek, want er valt wat te winnen. Politici die hun punt op de agenda willen krijgen, gebruiken harde anti-homo-uitspraken om de Terwijl ze eigenlijk iets anders willen bereiken - aandacht voor onderwijs, anti-corruptie wetgeving, et cetera. En voor de zittende macht is de homogemeenschap een gemakkelijke zondebok om problemen als corruptie en misbruik op af te schuiven. Presidenten Yoweri Museveni van Oeganda, Robert Mugabe van Zimbabwe en Sam Nujoma van Namibië gaven homoseksuelen onder meer de schuld voor kindermisbruik, rituele moorden en

Een anti-homodemonstratie in de Oegandese hoofdstad Kampala. Foto: Marc Hofer/Hollandse Hoogte

Onhandig activisme

Als anti-homowetten gefundeerd zijn op anti-westerse sentimenten, is het geen verrassing dat westers homo-activisme de Afrikanen verder in de gelederen jaagt. Hoe harder westerse activisten schreeuwen, hoe meer de Afrikanen overtuigd worden van een westers homo-complot om Afrika over te nemen.

Peter Geschiere, emeritus hoogleraar antropologie aan de Universiteit van Amsterdam, deed onderzoek naar homofobie in Afrika en noemt het westerse homo-activisme ‘onhandig.’ ‘Het niet-subtiele westerse activisme werkt homofobie in de hand,’ zegt Geschiere. ‘Het laat heel onvoorzichtig blijken hoe goed ‘wij’ vinden dat ‘wij’ zijn, en hoe slecht ‘zij’ zijn.’

President Museveni van Oeganda maakte dit punt ook tijdens een Hij vertelde het publiek over Oeganda, voordat de blanken kwamen. ‘Ik weet van twee koningen en een dorpshoofd die homoseksualiteit uitoefenden. Ze werden niet vervolgd, gediscrimineerd of vermoord. [...] Maar tegenwoordig wordt homoseksualiteit gepromoot alsof het iets goeds is, en dat kunnen we niet accepteren.’

Ook in Rusland willen homo’s je kinderen pakken

Terug naar het begin van dit artikel. Want wat voor de Afrikanen geldt, geldt voor vrijwel alle landen waar de afgelopen jaren strengere anti-homowetten zijn aangenomen. India, delen van de Cariben, Rusland - de rode draad van de aangescherpte anti-homowetten in al deze landen, zijn de anti-westerse gevoelens die er spelen. En: de fundamentalistische evangelische retoriek,

In Rusland zegt president Vladimir Poetin met de anti-homopropagandawet Russische kinderen te beschermen. Homo’s zijn welkom op de Olympische Spelen, maar moeten van Poetin wel

Waar we dat eerder hebben gehoord? Juist, in Oeganda. De Oegandese parlementariër David Bahati heeft de anti-homowet ingediend om ‘onze kinderen te beschermen.’ Hoe hij daarbij komt? Door Scott Lively. ‘Homoseksuelen zoeken mensen om op te azen,’ zegt Lively in zijn speeches op internet. ‘Homoseksualiteit is historisch gezien ook niet iets van een volwassene met een volwassene, maar van een volwassene met een tiener.’ Lively is dan ook niet alleen actief in Afrika, maar ook volop in en

In Rusland wordt het anti-homosentiment - net als in Afrikaanse landen - gebruikt als anti-westerse propaganda. Nergens wordt dat beter zichtbaar dan in Oekraïne, een land dat worstelt met de vraag of het zich moet alliëren met de Europese Unie of met Rusland. Pro-Russische activisten uit Oekraïne gebruikten tijdens hun demonstraties banners met teksten als ‘Alliantie met de EU betekent homohuwelijk.’

Tijdens een demonstratie in de Oegandese stad Jinja zijn overal anti-homoleuzen opgehangen. Foto: Hollandse Hoogte

Kleine stappen

Landen steken elkaar bovendien aan. De Zambiaanse Kapya Kaoma schrijft in een ‘Poetins anti-homo-acties hebben Afrikaanse landen een momentum gegeven. Ze hebben de anti-homowetten omhoog getild uit de marges van internationale politiek, naar de mainstream.’

Eenzelfde effect zal de nieuwe wetgeving in Nigeria hebben. Dat land is een economische reus in de regio. Omringende, kleinere landen zien Nigeria als voorbeeld.

De nare crux van dit verhaal is: hoe drukker wij ons in het Westen maken over de toenemende homohaat, hoe erger het waarschijnlijk wordt. Het westerse activisme bevestigt de rest van de wereld slechts in het geloof dat homoseksualiteit een westers complot is.

Wat we dan wel moeten doen? Samenwerken met lokale activisten - die vaak helemaal niet oproepen tot homohuwelijk, maar slechts een beetje willen kweken in hun omgeving. Kleine stappen werken beter dan grote woorden.

Dit artikel heb ik geschreven met stagiaire Daphné Dupont-Nivet.