Waarom alle journalistiek een vorm van activisme is (ook al bevestigt het vaak juist de status quo)

Rob Wijnberg
Oprichter

‘Zijn jullie van journalisten veranderd in activisten?’

De vraag, bereikt ons de afgelopen weken vaker. En aan de formulering kun je horen wat de dominante opvatting is bij veel nieuwsmedia: journalistiek en activisme gaan niet samen.

Aanleiding is van correspondent Jesse Frederik, documentairemakers Sarah Sylbing en Ester Gould (Schuldig), Annemarie Gehrels (lobbyist) en Pieter Hilhorst (Amargi), die samen een manifest hebben opgesteld om iets te doen aan de misstanden in de Nederlandse schuldenindustrie. Tientallen bedrijven, maatschappelijke organisaties en meer dan 19.000 burgers (leden!)

Het is een vorm van actievoeren die op gespannen voet staat met het gangbare beeld dat de journalistiek van zichzelf heeft. Dat luidt: wij registreren, beschrijven, verslaan de wereld - wij ‘veranderen’ haar niet. Verandering, dat is het domein van politici en activisten, niet van journalisten.

Zelf behoor ik geenszins tot deze school.

In de eerste plaats - en trouwe volgers van De Correspondent weten dit - omdat ik dat ten grondslag ligt aan de scheiding tussen ‘journalistiek’ en ‘activisme.’

Ten tweede, omdat ik dientengevolge álle journalistiek als een vorm van activisme beschouw.

En ten derde: omdat ik ervan overtuigd ben dat het bij uitstek de rol van journalistiek is om verandering teweeg te brengen.

De vraag is alleen: wat voor soort verandering?

Journalistiek begint altijd bij een moraal

Journalistiek is een door en door moreel vak.

Zélfs voor de verslaggever die alleen de wereld wil ‘beschrijven,’ geldt dat een moraal noodzakelijk is: je moet een idee hebben van wat er wel en niet toe doet óm te beschrijven.

Zonder zo’n idee blijft iedere voorpagina leeg: zet ik erop dat de douche in mijn badkamer lekt, of dat het oorlog is in Syrië? Die vraag beantwoorden, is een standpunt innemen.

In alle journalistiek zit dus al, per definitie, een sóórt activisme besloten. Waar de journalist zijn aandacht op richt, en dus waar de aandacht van de samenleving naar uitgaat, is een activistische daad. Nieuws ‘komt niet tot ons,’ nieuws wordt gemaakt. Nieuws is geen gebeurtenis, nieuws is een beslissing.

De vraag naar de verhouding tussen journalistiek en activisme is dus een vraag over soort, niet over scheiding. De vraag is niet óf journalistiek activisme is, de vraag is welke vórm van activisme het aanneemt.

Geaccepteerde vormen van journalistiek activisme

Geaccepteerde vormen van activisme in de journalistiek zie je elke dag terug in kranten, tijdschriften en op radio en tv. Vormen als: mensen een stem geven via interview of portret; misstand of onrecht, zoals corruptie of aanslagen, in beeld brengen via nieuwsbericht of reportage; uitspraken van machthebbers controleren op feiten in een factcheck; beleid uitleggen en van context voorzien middels een explainer.

Al deze ‘traditionele vormen’ van journalistiek zijn activistisch in de zin dat ze agendazettend en discoursbepalend zijn. Ze beïnvloeden hoe wij onszelf, de samenleving en de wereld zien; waar we ons druk om maken en wat we ervan vinden. Al deze vormen hebben een standpunt en een consequentie. Ze bezien de wereld vanuit een perspectief en oefenen er invloed op uit.

Neutraliteit leidt juist eerder tot oppervlakkigheid

Op dat spectrum van activisme bevinden zich ook de minder geaccepteerde, of zelfs ronduit afgewezen, vormen van journalistiek activisme: die van de campagne, de petitie, het aandragen van oplossingen en het bijeenbrengen van belanghebbenden om ze te bewegen tot actie. Vormen die allemaal onderdeel zijn van onze Schuldvrij-serie.

Die vormen zijn explicieter en daardoor herkenbaarder als activisme - en stroken daardoor minder met de mythe van neutraliteit waar veel gevestigde media op varen. Dat levert kritiek of weerzin op: ‘Journalisten die actievoerder worden, hebben minder tijd voor het opdiepen en uitdiepen van nieuws,’ afkomstig van Jeroen Trommelen, hoofdredacteur van het onderzoeksjournalistieke platform Investico.

In mijn ogen is niet alleen dat onderscheid ongefundeerd, het tegendeel is bovendien waar: hoe meer je jezelf als journalist dwingt de vraag te beantwoorden hoe je verandering teweeg kunt brengen in het onrecht dat je beschrijft, des te méér je moet weten (en komt te weten) over het onderwerp ter sprake.

Vermeende neutraliteit biedt juistde ruimte om oppervlakkig te blijven: je hoeft niet te doorgronden wat je niet wilt veranderen.

Waarom Watergate-journalistiek de status quo juist bestendigt

Dat is dan ook precies de reden waarom veel dagelijks nieuws in de kern een status quo bevestigend soort informatie is. De combinatie tussen streven naar objectiviteit en de druk om snel, kort en sensationeel te zijn, maakt van nieuws een veranderings-avers product: het beoogt geen verandering, het bericht negatief over verandering en het maakt de ontvanger cynisch over verandering.

Daar komt bij: het soort verandering dat de klassieke journalistiek zichzelf wel permitteert teweeg te brengen (sterker nog: bejubelt als hoogste doel van het vak), is juist het soort verandering dat onze samenleving fundamenteel onveranderd laat. Ik heb het over de gevolgen van ‘de scoop.’

Laat ik dat met een voorbeeld illustreren. Begin deze week (een gewaardeerd collega en een geweldige onderzoeksjournalist): ‘Ook zonder activisme hebben verhalen soms gevolg. Gewoon, geweldige journalistiek van Arjen Ribbens en @DaanvanLent,’ verwijzend naar het opstappen van Beatrix Ruf als artistiek directeur van het Stedelijk Museum in Amsterdam na een publicatie over belangenverstrengeling in NRC Handelsblad.

Dit is het type activisme - want dat is het - dat, binnen de objectiviteitsschool, juist wél als de bedoeling wordt gezien: de onthulling van corruptie van een machthebber die leidt tot aftreden.

Als summum van dit type journalistiek wordt vaak het Watergate-schandaal opgevoerd: de onthulling van The Washington Post die leidde tot de ondergang van president Nixon. Nu had Watergate meer gevolgen dan alleen het vertrek van Tricky Dicky, maar in de journalistiek staat deze ‘val van de machthebber’ als schoolvoorbeeld van succesvolle onderzoeksjournalistiek te boek.

En nu is dat ook een bewonderenswaardige vorm van journalistiek - recentelijk nog won platform Follow The Money terecht een prijs voor hun ‘Watergate-scoop’ die leidde tot de val van VVD-voorzitter Henry Keizer.

Controle van de machthebber versus controle van de machtsstructuur

Maar, anders dan je misschien zou denken, is dit type journalistiek in fundamentelere zin juist een status quo bevestigende vorm van activisme, omdat het weliswaar personele verandering teweegbrengt (het corrupte individu moet het veld ruimen), maar meestal geen systemische of structurele verandering veroorzaakt.

Boud gesteld: het poppetje maakt plaats, het systeem blijft intact.

Het soort verandering dat een campagne als Schuldvrij beoogt is inderdaad een andere dan gemeengoed is in de traditionele journalistiek: de bedoeling is niet om ‘corrupte individuen’ te laten vallen, maar om juist de structuur (of zo je wil: het systeem) van de schuldenindustrie als geheel te veranderen.

Ook dat is een volstrekt zuivere vorm van journalistiek. Niet méér activistisch dan de ontmaskering van een corrupte museumdirecteur, maar ánders activistisch: door de ontmaskering van een corrupte structuur.

Dat veel journalisten dat niet tot hun vakgebied rekenen, is logisch. Van oudsher zijn journalisten opgevoed met het idee dat journalistiek ‘controle van de macht’ is, waarbij ‘macht’ gelezen moet worden als ‘machthebber.’ Vandaar de filosofie: aftreden museumdirecteur = journalistiek, hervorming schuldenindustrie = activisme.

Maar macht ligt niet alleen bij een directeur of president. Macht is ook: de industrie, het systeem, de structuur waarin zij hun macht uitoefenen.

Díé macht aankaarten en, bij wijze van spreken, tot ‘aftreden’ dwingen, is evengoed een functie van de journalistiek. De achterliggende definitie van macht is anders, de middelen van controle zijn anders, maar het doel is precies hetzelfde: journalistiek als waakhond.

Als activist, kortom.

Lees verder: