Wat rest na het dividenddebat: de vraag wie Nederland écht bestuurt

Marc Chavannes
Correspondent Politiek
Illustratie: Jip Piet (voor De Correspondent)

Voor de derde keer moest premier Mark Rutte de voorgenomen afschaffing van de dividendbelasting verdedigen. Hij won alleen dankzij het gesloten frontje van de coalitie, maar overtuigde niemand daarbuiten. Politiek Dagboek over Hollandse hypocrisie over groot geld en werkelijke macht.

Gewone mensen betalen geen dividendbelasting. is een traktatie voor buitenlandse beleggers en bedrijven die internationaal hun werkkapitaal verzamelen. Maar dat gebaar kost hier wel 1,4 miljard per jaar. Daar kunnen veel leraren en wijkverpleegkundigen beter van worden betaald, huren betaalbaarder van worden gemaakt.

Dat is de binnenlandse tegenstelling waar de oppositiepartijen van SP tot en met PVV eensgezind op inhaken. Voorlopig tevergeefs. Zij hebben beet: hoogstens intuïtief beargumenteerd geld gaat naar toch al rijke instellingen en buitenlandse schatkisten. De machteloosheid van burgers wordt even heel pijnlijk zichtbaar.

De nauwelijks gestelde maar onderliggende vraag: is zo’n kabinet zelf wel baas in eigen land? Of komt de oude antikapitalistische overtuiging steeds meer uit: het grootkapitaal doet wat het wil, regeringen zijn slechts hun butlers en beschermers.

Nederland gaat nu openlijk de belastingconcurrentie aan

Er is ook een buitenlandse tegenstelling waar het deze week in de Tweede Kamer weer weinig over ging. Nederland, de nobele padvinder onder de EU-landen, gaat met afschaffing van de dividendbelasting openlijk de belastingconcurrentie aan met Frankrijk en Duitsland, die wel dividendbelasting heffen, en het post-Brexit-Verenigd Koninkrijk dat deze belasting nu al niet kent.

Die daad van straatvechten volgt op de recente publicatie van de Die bevestigden de toch al bestaande indruk van Nederland als een betrekkelijk gewetensarme makelaar in fiscale handigheden die veel grote internationale bedrijven helpt om hun wereldwijde belastingafdracht te minimaliseren.

De Paradise Papers bevestigden de indruk van Nederland als een betrekkelijk gewetensarme makelaar in fiscale handigheden

In de binnenlandse politiek heeft vrijwel niemand overzicht van de rol die Nederland hierin speelt. Opeenvolgende kabinetten zijn bijzonder weinig scheutig met details. Een ongehoord schandaal - als het niet zo gebruikelijk was.

In het relevante buitenland wordt Nederland gezien als een soort Kaaimaneiland aan de Noordzee. Een uiterst dubieuze eer, als je bedenkt dat Nederland het in hoge mate moet hebben van een open handelsverkeer met Europa en de rest van de wereld. Sinds pleiten we daarbij voor transparante, voor iedereen geldende rechtsregels. Zelf matsen en rommelen we bij het leven.

Om het gebrek aan nationale subtiliteit te onderstrepen beging premier Mark Rutte in een vorig Kamerdebat de brutaliteit zijn eigen te verdedigen met een anti-Belgen-opmerking: Excuses zijn daarvoor inmiddels gevraagd en gemaakt, maar hij meent het wel.

Het beetje nieuwe argument: Brexit

In de Nederlandse politieke arena was woensdag het derde Kamerdebat over afschaffing van die door al z’n uitzonderingen ondoorzichtige wet een momentje van de waarheid. De oppositie bleef lekker vereend, zonder veel nieuwe argumenten te kunnen aandragen, of scheurtjes in de verdediging te kunnen oprekken.

Premier Rutte had zich verzekerd van de solide steun van de bevriende fractievoorzitters. Zoals minister Kajsa Ollongren (D66, Binnenlandse Zaken) met lange tanden en enig uitstelgedrag de afschaffing van het raadgevend referendum stond te verdedigen, zo moest haar geestverwante fractievoorzitter Alexander Pechtold de dividendbelastingmaatregel verdedigen.

Pechtold verzette zich ook tegen nadere studie en uitstel, want dan ontnemen we het bedrijfsleven juist de zekerheid die we nu hebben gegeven over de aantrekkelijkheid van vestiging in Nederland. Als oppositiewoordvoerder wist hij wel raad met zulke gouvernementele praatjes.

Bij gebrek aan stemmen om een doorbraak te forceren vroegen PvdA-leider Lodewijk Asscher en anderen ook tevergeefs om de adviezen op grond waarvan de onderhandelaars aan de formatietafel hadden besloten tot deze kostbare afschaffing van de dividendbelasting. Ik heb alle 1.500 formatiestukken al aan de Kamer gestuurd, bezwoer de premier: persoonlijke beleidsopvattingen van ambtenaren en andere notities horen daar niet bij en daar sta ik voor.

Het was een verdedigbaar standpunt, maar het gebrek aan nieuwe argumenten wekte de schijn dat zulke stukken met een concrete afweging van voor- en nadelen er misschien ook wel niet waren geweest. Als enigszins nieuw argument bracht de coalitie naar voren dat het een defensieve én offensieve maatregel was, uitgelokt door de naderende afscheiding van de Britten.

De bestuurlijke elite komt elkaar overal tegen

Niet alleen Shell en Unilever, met dubbele hoofdkantoren in Nederland en Londen, moeten verleid worden hier te blijven. Ook bedrijven die na Brexit overwegen hun hoofdvestiging naar het vasteland te verhuizen, worden door de veronderstelde smakelijkheid van de maatregel verleid voor Amsterdam te kiezen. Het kabinet heeft daartoe ongetwijfeld min of meer officiële verzoeken gekregen, maar de vraag om stukken door de Kamer heeft iets naïefs, of machteloos.

De besturende elite komt elkaar permanent tegen in de smeerzones tussen openbaar bestuur en bedrijfsleven

De werkelijkheid van de besturende elite in Nederland is er een van elkaar permanent tegenkomen, veelal in Amsterdam, in de smeerzones tussen openbaar bestuur en bedrijfsleven, aangevuld met intermediaire beroepen als bankwereld en advocatuur. Het heeft niet zo veel zin daarbij te wijzen op individuele ontmoetingen, bijeenkomsten of plaatsen van samenkomst.

Men kent elkaar en weet wat men wenst en verstandig vindt. Het blijft voor de geschiedschrijving wel boeiend te weten wat dit jaar de beslissende stoot gaf tot het opnemen van het idee in het regeerakkoord. Maar essentieel is dat die overweldigende consensus omtrent het Nederlands belang een zeer gebrekkig nationaal zelfbeeld oplevert.

Waar het kabinet zich beter mee bezig kan houden

Nederland als prediker van internationaal fatsoen is zelf een piraat op de woelige zee van belastingconcurrentie. Of dat het ultieme Nederlands belang dient is zeer de vraag en wordt niet of nauwelijks besproken.

Het relatieve succes van de oppositie bij het aan de orde stellen van het onwaarschijnlijke, en door geen verkiezingsprogramma aangekondigde thema, van de afschaffing van de dividendbelasting komt ongetwijfeld voort uit de wereldwijd gevoelde onmacht om via democratische middelen de loop der dingen te beïnvloeden.

Steeds meer mensen, juist ook in rijke westerse landen, zien hun leven bungelen, zien dat hun kinderen het niet beter krijgen. Sociale grondrechten worden met moderne smoesjes naar de prullenbak verwezen. En de vraag wordt steeds nijpender of nationale regeringen nog wel bij machte zijn de grote vragen van deze tijd op te lossen.

In het wereldwijde fiscale free for all wordt die democratische machteloosheid en rechteloosheid misschien het meest bandeloos zichtbaar.

Het wordt hoog tijd dat de Nederlandse regering een fiscalecoming-outvoorbereidt. Een soort Anonieme Fiscale Fixers. Dit is wie wij zijn. Het bevalt ons niks, maar we meenden zo de nationale welvaart te bevorderen. Wij willen ervan af. Beste Europese en overige partners, democratische voorop, excuses voor onze hypocrisie, doet u mee met een opschoning van de spelregels én de praktijken?

Afschaffing van de dividendbelasting. Dat gaat over Nederland en zijn fiscale #metoo.

In mijn Politiek Dagboek probeer ik achtergrond te geven bij het nieuws over politiek en democratie. Het zijn persoonlijke notities bij de actuele gang van zaken. Volgende week kan de invalshoek weer anders zijn.

Meer lezen?