Op donderdagavond 6 maart aanstaande organiseren correspondent Ewoud Poerink en ik een over babyopvang. Hoogleraar gezinspedagogiek Rien van IJzendoorn gaat ons vertellen hoe hij aankijkt tegen de groepsopvang van baby’s. Serv Vinders van Childcare International gaat in op de vraag hoe in het buitenland wordt omgaan met de zorg voor de allerjongsten – gaan baby’s daar naar de crèche, naar een gastouder of is er langer ouderschapsverlof? Ten slotte praten we met ondernemers uit de sector zelf. Wat kost babyopvang nu eigenlijk precies? En is het wel mogelijk om kwaliteit voor een acceptabele prijs aan te bieden?

Dit debat organiseren we samen met de Nederlandse kinderombudsman, Marc Dullaert. Dullaert wil weten of het recht van baby’s op goede zorg wordt nageleefd. Handelen we in Nederland wel conform de Rechten van het Kind, die stellen dat bij alle maatregelen die kinderen aangaan, het belang van het kind altijd voorop moet

Zo nee, dan willen we met de aanwezigen een manifest opstellen waarin wij betogen dat het anders moet. En dan kun je denken aan langer betaald verlof voor ouders - een halfjaar voor de moeder en een halfjaar voor de vader bijvoorbeeld – of aan een flinke verbetering van de kwaliteit van de babyopvang.

En dan nu het dilemma. Als wij met een manifest komen, idealiter ondertekend door een groep wetenschappers en andere deskundigen, zeggen we dat de huidige situatie niet deugt. Als er goede alternatieven waren voor de babyopvang, was dat niet zo’n probleem. Maar die alternatieven zijn zeer schaars.

Een van de mogelijkheden is het inschakelen van een goede gastouder of oppas. Maar wat ik hoor van mensen die de opvang van hun baby op deze manier willen organiseren, is dat het behoorlijk lastig is om een geschikt iemand te vinden. Een andere mogelijkheid is gebruikmaken van je recht op onbetaald ouderschapsverlof. Maar dat moet je je financieel maar net kunnen veroorloven – los van het feit dat je mogelijkerwijs je carrièrekansen aan het verspelen bent.

Je zadelt ouders dus op met een probleem waar eigenlijk nog geen oplossing voor is. Het is goed voor te stellen dat ouders zich schuldig gaan voelen als ze horen dat de Nederlandse babyopvang niet ideaal is voor hun kind. Daarnaast zou het schuldgevoel ertoe kunnen leiden dat vrouwen zich (weer) terugtrekken van de arbeidsmarkt.

Anti-emancipatoir effect

Wie de van het Centraal Bureau voor de Statistiek erop naslaat, kan lezen dat bijna 60 procent van de mannen en 30 procent van de vrouwen vindt dat vrouwen méér geschikt zijn om voor jonge kinderen te zorgen dan mannen. Ook vinden ‘we’ - mannen en vrouwen - dat vrouwen beter (veel) minder kunnen gaan werken als er kinderen komen. Voor vaders geldt dat niet. Zij blijven idealiter vier à vijf dagen werken. Kortom, als ouders besluiten hun kinderen van de babyopvang te halen, is het wel duidelijk wie zich om hen zal gaan bekommeren. Kritiek op de babyopvang heeft een anti-emancipatoir effect.

Ondanks deze serieuze, niet te bagatelliseren neveneffecten denk ik dat zo’n manifest er wel moet komen. Want door het probleem uit angst voor deze neveneffecten uit de weg te gaan, verandert er niks.

Kijk hoe het is vergaan met het (0 tot 1 jaar) van het Nederlands Jeugdinstituut (NJI). In dit ‘themabericht,’ zoals het NJI het noemt, concluderen de makers dat er van de vijf ‘noodzakelijke voorwaarden’ voor babyopvang slechts aan één voorwaarde wordt voldaan. Zo is de adequate verzorging (voeden, verschonen, laten slapen, pijn opheffen) volgens het NJI over het algemeen wel goed.

Maar over de rest van de noodzakelijke voorwaarden – onder andere stressreductie, het bieden van emotionele veiligheid en het stimuleren van de ontwikkeling – bestaan serieuze twijfels. Na een flinke uiteenzetting van waar dit allemaal aan ligt, komt het NJI met een lijst van wat er allemaal zou moeten veranderen in Nederland om baby’s de kans te geven zich optimaal te ontwikkelen.

Ouders moeten minimaal een halfjaar tot negen maanden betaald verlof kunnen opnemen, er moeten meer aparte slaapruimtes voor baby’s komen en – heel belangrijk - er moeten meer vaste en beter opgeleide crècheleidsters komen die echt de tijd krijgen om hun werk op een goede manier te kunnen uitvoeren.

Dit ‘themabericht babyopvang’ werd geschreven in 2009. Nu, vijf jaar later, hebben we nog steeds een van de slechtste ouderschapsverlofregelingen van de OESO - alleen Griekenland, Australië, Ierland en Nieuw-Zeeland geven minder uit aan verlofregelingen dan wij. Daarnaast is er niets veranderd in de praktijk van de babyopvang. Sterker nog, het is eerder slechter geworden. Eén leidster mag nu, naast vier baby’s, ook nog voor een peuter zorgen. Kortom, de werkdruk van crècheleidsters is niet gedaald maar gestegen.

Hoe kan het dat er niet geluisterd wordt naar zo’n belangrijk rapport? Heel illustratief is de disclaimer die het Nederlands Jeugdinstituut boven dit kritische ‘themabericht’ heeft gezet. Onder het kopje ‘Gebruik van deze notitie’ schrijven zij het volgende:

‘Het Nederlands Jeugdinstituut vindt dat deze notitie niet opgevat mag worden als een motie van wantrouwen tegen de huidige opvang van baby’s in kinderdagverblijven. Onrust bij ouders is onnodig. Verbeteringen zijn wel nodig. Hiernaar willen wij samen met kinderdagverblijven op zoek gaan.’

‘Waarom geven jullie niet meer ruchtbaarheid aan aan wat er mis is met de babyopvang? Waarom zo voorzichtig?’, vroeg ik aan een voormalig NJI-medewerker na afloop van het in 2010 door het NJI georganiseerde congres ‘Babyopvang kan beter.’ Het antwoord was precies wat ik vermoedde: het NJI wilde geen onrust zaaien bij ouders zolang er nog geen passende oplossing was.

Ouders vragen er niet om

Tot op heden is die oplossing er niet gekomen. Los van het feit dat een goede verlofregeling duur is, voelt de overheid de urgentie niet. En ook voor de kinderopvangondernemers is het niet aantrekkelijk om iets te veranderen. Babyopvang is nu al duur – je hebt meer leidsters nodig dan bij een groep peuters - en de geadviseerde maatregelen maken het voor een kinderopvangondernemer alleen maar ingewikkelder en duurder. En waarom zou je investeren in meer kwaliteit als ouders er toch niet om vragen?

Waarom vragen ouders er dan niet om? Omdat ze niet weten hoe belangrijk het is - ze gaan ervanuit dat de basiskwaliteit goed is. En waarom weten ze niet dat er aan die basiskwaliteit nog heel veel schort? Omdat niemand ze dat vertelt. En waarom vertelt niemand ze dat? Omdat ouders dan stress krijgen en vrouwen minder gaan werken.

Deze vicieuze cirkel moet doorbroken worden. Niet alleen om het voor baby’s beter te maken, maar ook om de vrouwenemancipatie een stap verder te helpen. Door te investeren in goede verlofregelingen én in kwaliteit, zorg je er namelijk ook voor dat kinderopvang maatschappelijk meer wordt geaccepteerd, zo valt te lezen in het rapport dat in 2011 werd uitgevoerd door het onderzoeksbureau SEO Economisch Onderzoek. Dat leidt niet alleen tot het eerder krijgen van kinderen - wat om allerlei gezondheidsredenen wenselijk is - maar vermoedelijk ook tot een grotere arbeidsparticipatie van de vrouw.

Lees hier het stuk van Rutger Bregman over het Nederlandse vaderschapsverlof De meeste pleidooien voor vrouwenemancipatie richten zich op de vrouw. Maar er is een tovermiddel dat steevast over het hoofd wordt gezien: het vaderschapsverlof. Lees: zo krijg je mannen achter het aanrecht