In de ganghoofdstad van Amerika houden vijfhonderd ex-criminelen elkaar van de straat

Vera Mulder
Correspondent Emotie
Foto: Nolwen Cifuentes (voor De Correspondent)

Er is maar één andere Amerikaanse stad met zoveel bendegeweld. Als je opgroeit in een arme wijk in Los Angeles, is de keuze soms snel gemaakt. Of je moet bij Greg Boyle aankloppen, die een bakkerij startte voor mensen die het bendeleven proberen achter zich te laten. De man houdt inmiddels vijfhonderd mensen van de straat, met de hulp van heel veel ex-bendeleden.

Wil je een tattoo van je gezicht laten verwijderen? Toets één. Voor onze bakkerij, toets twee.

Bel naar Homeboy Industries in Los Angeles en dat zijn de opties die je krijgt. Eerst in het Engels, dan in het Spaans.

Bezoek vervolgens het hoofdkantoor en je wordt verwelkomd door een receptioniste met twee tattoos onder haar ogen. Onder het ene: ‘fuck’, onder het andere: ‘you.’

Al kijk je waarschijnlijk niet op van die permanente verwensing. Je bent aan de deur al begroet door een jongen die nog geen baardgroei heeft en stilletto’s liet tatoeëren op zijn kaken.

Je hebt al koffie gekregen van een vrouw die de cijfers van haar postcode in haar arm gekerfd heeft staan, inclusief de woorden ‘tot de dood.’

En alle drie zullen ze je hartelijk hebben verwelkomd, interesse hebben getoond, gevraagd of ze je nog ergens mee kunnen helpen.

Want je bent bij een reïntegratieprogramma voor en door voormalig bendeleden. Mannen en vrouwen die een leven van geweld en verstikkende groepsdruk achter zich proberen te laten en hier - aan de deur, in het café, achter de receptie - een kans op werk krijgen die de reguliere arbeidsmarkt hun nooit zou geven.

Want: strafblad. Of: zichtbare tattoo. Maar toch vooral: betrokkenheid bij een bende - iets waar geen enkel bedrijf zich mee wil associëren. Toch?

Foto’s: Nolwen Cifuentes (voor De Correspondent)

Hier bidden de mannen en vrouwen die vluchtten voor het geweld

Juist wel, vindt pastoor Greg Boyle (63), liefkozend Father G of G genoemd door de mensen die hij helpt.

Hij is de oprichter van Homeboy Industries en leidt vanochtend de dagelijkse bijeenkomst in de lobby van hun hoofdkantoor. Een gebouw op een straathoek in Chinatown, een van de weinige wijken waarin geen dominante bende actief is: redelijk neutrale grond, kortom.

De dagopening is bedoeld voor alle mannen en vrouwen die bij Homeboy Industries werken, zo’n vijfhonderd in totaal. Om het gevoel te versterken dat ze er niet alleen voor staan.

Wanneer we oordelen, lijken we het minste op God

Boyle put uit zijn eigen ervaringen als hij een dankwoord uitspreekt. Hij vertelt over zijn tijd als pastoor in de kansarme en door bendegeweld geteisterde wijk waar hij zag hoe talloze jongeren zich aansloten bij een bende. Hij vertelt dat hij zag hoe weinig keuze ze hadden, hoe weerloos de jeugd eigenlijk was, toen ze kozen voor geweld.

Na de voorbede deelt hij de ‘gedachte van de dag’ met de groep. Die is, gebaseerd op die ervaringen: ‘Wanneer we oordelen, lijken we het minste op God.’

De ongeveer 150 werkers van vandaag zijn om Boyle heen gaan staan terwijl hij voorgaat in gebed. Ondertussen komt een man in ziekenhuishemd met een infuus de lobby binnengelopen. Hij is een paar dagen geleden neergeschoten, maar wil het gebed niet missen.

Hij gaat naast het altaar staan, waar werknemers foto’s neerzetten van door bendegeweld omgekomen familieleden en vrienden. Honderden lijstjes staan er, zoveel dat van sommige geportretteerden alleen nog een wang of pluk haar zichtbaar is.

Toch zie je een babyfoto, een foto van een zwangere vrouw, een beeld van een volledig gezin. Slachtoffers van hetzelfde geweld als waar de mensen rond het altaar voor vluchtten. Nadat ze zich daar eerst schuldig aan hebben gemaakt.

Foto’s: Nolwen Cifuentes (voor De Correspondent)

Toen Boyle besloot de negatieve spiraal te doorbreken

Boyle vertelt verder. De kerk die hij in Boyle Heights leidde, lag precies tussen de honken van een paar grote bendes in, wat zorgde voor constante spanningen en gevechten om te bepalen wie de baas was.

In vrijwel elke kansarme buurt in Los Angeles heeft een de overhand, legt Boyle uit. Je daarbij aansluiten is geen vrije keuze en eruit geraken vaak onmogelijk. Jongere na jongere sloot zich voor Boyles ogen aan, om niet veel later in de gevangenis of een urn te eindigen.

Hij vertelt hoe dat in zijn werk ging. Vanaf het moment dat de jongeren begonnen te puberen, werd er van alle kanten aan ze getrokken. Want aan wie waren ze eigenlijk loyaal? En ze wilden toch zeker wel beschermd worden tegen die rivaliserende bendes?

Boyle: ‘Als het kiezen is tussen aansluiten of een kogel tussen jouw ogen of die van je geliefden, wordt de keuze om toe te stemmen ineens een stuk makkelijker.’

Zij die na verloop van tijd aan hun bendeleven wisten te ontsnappen, bleken later alsnog verloren: aan het werk kwamen ze niet met die opzichtige gangtattoos, studiefinanciering kregen ze niet en hun stemrecht werd ontnomen als ze een strafblad hadden.

En dan heeft Boyle het nog niet gehad over het trauma, dat onbehandeld vaak eindigt in drugsmisbruik, meer geweld en zelfdoding.

Deze negatieve spiraal wilde de pastoor doorbreken toen hij Homeboy Industries startte, nu 25 jaar geleden. Er moest een plek komen waar iedereen aan de slag kon, ongeacht hun verleden of eerdere gebrek aan kansen.

Een slogan had Boyle al: ‘Nothing stops a bullet like a job.’ Daarna bedacht hij de bakkerij, zodat kansarmen hun eigen dagelijks brood konden verzorgen. Een kleinschalig, laagdrempelig leer-werkbedrijf waar de pastoor mensen meteen aan het werk kon zetten.

Foto’s: Nolwen Cifuentes (voor De Correspondent)

Waarom dit juist in Los Angeles zo hard nodig is

Ongelijkheid begint bij een gebrek aan kansen. Bepaald op basis van kleur, geld, leeftijd of geslacht.

Nergens in Amerika zijn meer inwoners lid van een bende dan in die twee steden. Van de tot de van de tot de elke kansarme wijk heeft zijn officieuze machthebbers.

Nergens in Amerika zijn meer inwoners lid van een bende

Toch is het lastig te zeggen waarom het juist in Los Angeles zo erg is. De oorzaken verschillen van sociale ongelijkheid en een gebrek aan kansen tot drugsproblematiek en een groot wantrouwen in de instituties.

De gevolgen zijn duidelijker. Groepen criminelen, soms tientallen, soms duizenden, die de officiële handhavers ondermijnen en met geweld (verkrachting, mishandeling, moord) en groepsdruk (als je niet loyaal aan ons bent, beschermen we je ook niet) de rest van de buurt onder de duim proberen te houden.

Ganglidmaatschap en -activiteit zijn lastig in kaart te brengen omdat veel onder de radar blijft. De lokale politie ongeveer 450 verschillende bendes met in totaal 45.000 actieve leden.

Hoe Homeboy Industries jongeren uit de bendes houdt

Genoeg werk voor Homeboy Industries dus. Wat begon met brood bakken en verkopen op lokale markten, werd een enorm bedrijf met meer dan vijfhonderd werknemers. Er zijn intussen vier Homegirl Café’s en een enorme industriële bakkerij, die ook door eigen werknemers wordt schoongemaakt en onderhouden.

Verder zijn er fulltime werknemers aangesteld voor het begeleiden van de zogenaamde trainees. Zij volgen een anderhalf jaar durend interventieprogramma, waarbij je wordt opgeleid om je leven vorm te kunnen geven nadat je een bende verlaat - of om te voorkomen dat je je er in de eerste plaats bij een aansluit.

Foto’s: Nolwen Cifuentes (voor De Correspondent)

Zo iemand is Jesus Juarez (18), die als enige van zijn familie nooit lid van een bende werd en het programma volgt om van de straat te blijven. Het ontluikende snorretje op zijn bovenlip heeft overal verschillende lengtes, maar de twaalf haren lijken hem allemaal te veel waard om af te scheren.

In de zon voor een van de Homegirl Café‘s, die aan het hoofdkantoor van Homeboy Industries vastzit, vertelt hij over zijn vader Robert. Die zat ooit ook bij een bende en is nu zaakwaarnemer bij Homeboy Industries. Hij nam Jesus als kleine jongen mee naar de organisatie, ter bescherming. De achttienjarige: ‘Mijn moeder zit dan weer niet bij een bende. Ze prostitueert zichzelf en zit aan de crack.’

Met die bescherming is het goed gekomen: Juarez leidt je rond als je een gratis tour boekt bij Homeboy Industries. Die leidt door het hoofdkantoor, waar Juarez per project toelicht wat er precies gebeurt. ‘Hier heb je de wachtkamer van onze laserkamer, deze mensen laten vandaag tattoos van hun gezicht verwijderen.’

Dan naar het ruime café, waar je kunt ontbijten en lunchen. Het wordt, zoals alle onderdelen van het bedrijf, volledig bestierd door ex-bendeleden. Die rennen rond in shirts met ‘Homegirl’ op de borst en ‘kindness is the only strength’ op de rug.

Het café leidt weer naar de grote lobby, waar elke ochtend de dagopening is. Een verdieping daarboven zitten tien klaslokalen en een aantal kleine kamers waarin persoonlijke begeleiding en therapie worden gegeven.

Juarez praat met iedereen die hij tegenkomt, maakt slimme grappen, is charmant. Maar als we bijna rond zijn, zegt hij ondanks zijn begeleiding bij Homeboy Industries depressief te zijn en soms aan zelfdoding te denken.

Zijn vader en hij hebben het bendeleven dan wel ontvlucht; het wordt hen niet altijd in dank afgenomen. In hun buurt worden ze soms gezien als verraders, als heilige boontjes. Geld om te verhuizen is er niet, daarbij zegt Jesus dat zijn vader gelooft dat juist zij in de buurt moeten blijven om als voorbeeld te dienen.

Wat je verder allemaal leert bij Homeboy Industries

En zo zijn ze overgeleverd aan Homeboy Industries, waar de dagopening inmiddels voorbij is en het tijd is voor scholing. Vandaag op het programma: omgaan met de lokroep van de straat en weerstand bieden aan mensen die willen dat je terugkeert.

Het klaslokaal zit afgeladen vol, de jongste is veertien, de oudste rond de vijftig. Elke deelnemer stelt zijn of haar rooster samen en streng op absentie zijn de begeleiders niet: veel van de kandidaten hebben gezinnen of privéproblemen waardoor ze niet altijd kunnen komen opdagen.

Juarez zegt dat streng controleren op aanwezigheid ook niet zou werken: ‘Mensen die op straat werkten, zijn gewend aan hun vrijheid en hebben weinig op met autoriteit. Ze zouden meteen afhaken.’

Een klassiek schoolrooster biedt Homeboy dus niet: alle lessen zijn toegespitst op de praktische behoeften van de ex-bendeleden. Er zijn lessen over omgaan met huiselijk geweld, zakelijk Engels en meditatie. Voor wie geen middelbareschooldiploma heeft zijn er tutoren die ze helpen die alsnog te halen.

De deelnemers betalen niks voor het programma: de lessen worden betaald uit fondsen, collectes, de opbrengsten van de bakkerij en het café. Regelmatig organiseert Homeboy Industries grote campagnes en fondsenwervingen.

Foto’s: Nolwen Cifuentes (voor De Correspondent)

Vóór de lessen maakt Homeboy Industries tijd voor tattoo-verwijdering: vaak de eerste stap op weg naar een normaler leven. In veel bendes wordt een gezichtstattoo met de naam van je buurt of bende beschouwd als ultiem symbool van loyaliteit, maar voor wie vlucht wordt het een permanent souvenir aan een giftig verleden.

Alle vakken worden vrijwillig gegeven door mensen uit het veld, een dag per week naast hun reguliere baan. Zo zijn er plastisch chirurgen die tatoeages weglaseren, psychiaters die helpen met mentale problemen en tandartsen die naar gebitten kijken.

Grootste punt van zorg: verslaving. Bijna alle trainees komen verslaafd bij Homeboy Industries binnen. Door trauma’s, stress en schuldgevoelens hebben veel ex-bendeleden een drugsprobleem.

Richard (25) was een van die mensen. Hij pleegde een moord (‘het was hij of ik’), raakte verslaafd, kwam in de gevangenis terecht. Omdat hij berecht werd als jongere kwam hij redelijk snel vrij. Een vriend vertelde hem over het reïntegratieprogramma en Richard klopte aan bij Homeboy Industries.

Nu hij er vier maanden zit, is hij vooral verontwaardigd. Op zijn bovenlip staat ‘Dogtown’ in donkerblauwe inkt, in zijn nek ook, op zijn knokkels eveneens. Dogtown is de bijnaam van Venice Beach, waar hij vandaan komt. Hij spert zijn ogen open en vertelt dat hij sinds een paar maanden ‘de leugen doorheeft.’

Dat het ongegronde, achterlijke haat is, zie je pas als je in de gevangenis zit

Richard: ‘Op straat wordt ons wijsgemaakt dat we elkaar moeten haten omdat we uit andere buurten komen en andere kleren dragen. Als je opgroeit, dan leer je op een gegeven moment wat wel of niet waar is. Je leert dat de kerstman niet bestaat, je leert dat liefde niet onvoorwaardelijk is.’

‘Maar dat die haat waarmee je wordt opgevoed een leugen is, dat leer je van niemand omdat iedereen in je omgeving hetzelfde handelt. Dat het ongegronde, achterlijke haat is, zie je pas als je in de gevangenis zit tussen honderden andere mensen die om precies dezelfde domme reden iemand anders van het leven hebben beroofd.’

‘Ik ben opgelucht dat ik de leugen nu doorzie. Ik wilde iedereen op straat meteen gaan vertellen wat ik heb ontdekt, maar ze luisterden niet. Dus ik ga mijn programma afmaken, werken, sparen en ergens wonen waar niemand me kent.’

Het schuldgevoel en de zelfhaat van Richard zien ze veel bij Homeboy Industries, vertelt Juarez. Daarom is er ook op dat gebied ondersteuning. Elke deelnemer heeft een uur (of meer, afhankelijk van hoe zwaar de problemen zijn) therapie bij een psycholoog per week. Verder is er een hulplijn die de trainees dag en nacht kunnen bellen.

‘Mensen sluiten zich aan omdat ze bang zijn,’ zegt Greg Boyle. ‘Omdat zijzelf, of hun familie, neergeschoten zouden worden. Omdat ze niet beschermd worden als rivaliserende bendes door de buurt trokken. Om zichzelf te beschermen tegen verdachtmakingen: wanneer iemand de politie tipt over bende-activiteit, zijn niet-leden natuurlijk de eerste verdachten.’

Foto’s: Nolwen Cifuentes (voor De Correspondent)

Waarom deelnemers afhaken - en weer terugkomen

Niet dat dit allemaal soepel gaat. Ongeveer de helft van de kandidaten die zich bij Homeboy Industries meldt, haakt binnen twee maanden af. Omdat de straat weer roept, maar vaak ook omdat ze niet geloven dat de hulp belangeloos is, zeggen vrijwel alle mannen en vrouwen bij Homeboy Industries.

Zo ook Marcos (42). Hij volgde het reïntegratieprogramma, verdween, en kwam - als een van de weinigen - terug. ‘Waarom zijn deze mensen zo aardig tegen me?’, verwoordt hij zijn wantrouwen. ‘Als ik deze hulp accepteer, wat moet ik dan straks voor ze terugdoen? Over welke grenzen gaan ze me dan dwingen? Het voelde alsof ik weer betrokken raakte bij een bende, bij mensen die me gouden bergen beloofden.’

Toen hij zag dat mensen die voorheen in dezelfde situatie zaten als hij via Homeboy Industries een beter leven konden opbouwen en nu topfuncties binnen het bedrijf mochten bekleden, groeide zijn vertrouwen.

Marcos: ‘De meeste mensen die je willen helpen, kennen de strijd niet van binnenuit. Ze zijn geprivilegieerd. Privilege is ervan uitgaan dat de politie er is om je te beschermen, de wet om het voor je op te nemen, de maatschappij om je te ondersteunen. Maar als je ervaring is dat de politie je in gevaar brengt, de wet je naait en de maatschappij z’n rug naar je toedraait, is het helemaal niet meer logisch om iemand die zegt je te willen helpen te vertrouwen.’

Dat werd dus aanzienlijk beter toen in de afgelopen jaren steeds meer voormalig bendeleden ook hogere posities binnen het bedrijf begonnen te bekleden. Hoewel de leiding in handen blijft van Boyle, wordt een groot deel van de programmering, de pr en de aanmeldingen gerund door mensen die zelf ooit als ex-bendelid aan het programma deelnamen. Volgens Jesus Juarez haken mensen nu minder snel af, vertrouwen ze meer op het proces.

Hoe Homeboy Industries naar de toekomst kijkt

Om het vertrouwen verder te vergroten en nog beter samen te werken met andere organisaties die ex-bendeleden willen helpen, organiseren ze vanuit Homeboy Industries sinds vier jaar de jaarlijkse waarbij maatschappelijke organisaties, wetshandhavers, religieuze leiders en vrijwilligers samenkomen om te praten over hoe je gemarginaliseerde groepen het beste kunt helpen.

Nog drie sessies. Dan zitten de littekens alleen nog van binnen

Omdat de aanwas van nieuwe kandidaten groter was dan het aantal, bedacht Boyle er de laatste jaren iets bij: je kunt je via Homeboy Industries nu ook gratis (dat heet: de organisatie betaalt je schoolgeld) laten opleiden tot installateur van zonnepanelen.

Omdat Homeboy Industries al zo lang loopt weet het precies hoe geld te verdienen om het project draaiende te houden. Rondleidingen zijn er gratis, maar bij het verlaten van de bakkerij of inlopen van het caf kom je langs de giftshop. Bekers, shirts, thermoskannen, cupcakes.

Op weg naar buiten wil Juarez me nog voorstellen aan iemand. ‘Dit is Gabriel. Die heeft een gespleten tong. Laten doen in de gevangenis. Hé Gabriel, laat eens zien!’ Hij steekt zijn tong uit, de punt is zoals die van een slang. Boven zijn wenkbrauw staat ‘Sereno’, de naam van zijn buurt en bende. Hij begint te vervagen.

Gabriel wrijft eroverheen en zegt: ‘Nog drie sessies. Dan zitten de littekens alleen nog van binnen.’

Marcos, Richard en Gabriel wilden vanwege hun veiligheid hun achternamen niet vermeld zien. Die zijn bekend bij de redactie.

Eerder in dit dossier: