Als de Italiaanse Vijfsterrenbeweging eurosceptisch is, zijn we het bijna allemaal
Het eurosceptische populisme heeft gewonnen in Italië, lees en hoor je overal. Maar is dat wel zo?
De week begon met een kater voor degevestigde orde in Brussel. De voorzitter van de Europese Commissie Jean-Claude Juncker en de zijnen hoopten dat in Italië het in hun ogen minste kwaad de verkiezingen zou winnen: de voor corruptie veroordeelde ex-premier Silvio Berlusconi. Maar het waren de extreemrechtse Lega en vooral de anti-establishmentbeweging Vijf Sterren die zegevierden.
Alom was te lezen dat de ‘eurosceptische populisten’ de winnaars waren. Over de betekenis van het woord ‘populisme’ zijn op De Correspondent al vele noten gekraakt. Maar wat is euroscepsis eigenlijk? En waarom zou de Vijfsterrenbeweging, de grote winnaar van de verkiezingen, in die categorie vallen?
Een democratischere EU
Laten we er eens op naslaan wat de partij heeft opgetikt in het hoofdstukje over de Europese Unie* van haar programma.
Voor een democratischer Europa, schrijft de partij, is het nodig de macht en rol van het Europees Parlement te versterken. Dat is immers de enige EU-instelling die directe democratische legitimiteit heeft.
Het had zo in het partijprogramma van de ‘eurofiele’ D66 kunnen staan.
Ook bepleit de beweging meer transparantie. Onder meer door de verslagen van de Raad, de vergadering van de ministers van de lidstaten, openbaar te maken.
Het is precies wat de Europese Ombudsman adviseert. Die vindt dat burgers door de schimmigheid van de onderhandelingen in de Raad onvoldoende mogelijkheden hebben hun regeringen te controleren.
Kernpunt voor de beweging is versterking van de directe en participatieve democratie, ook via internetraadplegingen.
Wat de Vijfsterren-beweging zegt over democratisering van de EU kan zó in het programma van de ‘eurofiele’ D66
Dat is weer geheel in lijn met wat Luc Van den Brande, speciaal adviseur van de Europese Commissie, eind vorig jaar aanraadde. Om de kloof tussen Brussel en burger te dichten, stelde hij, moest de EU onder meer nieuwe vormen van participatieve democratie ontwikkelen, geïnspireerd door experimenten als de G-1000 burgertop.
‘Zonder de burger heeft Europa betekenis noch toekomst,’ zei Van den Brande vorige week donderdag tijdens een bijeenkomst van de Europese Beweging. In wat toch allesbehalve het hol van de eurosceptische leeuw was, gaven hij en andere deskundigen de EU adviezen als: peil kort voor elke Europese top de mening van Europese burgers over een speciaal thema.
De ideeën van Vijf Sterren voor versterking van de Europese democratie sporen dus juist met wat eurofielen willen. Alleen geeft de Europese Commissie er vooralsnog geen blijk van daar open voor te staan. Als zij het heeft over versterking van de band met de burger, denkt ze in eerste instantie aan nog eens beter uitleggen hoe heilzaam haar prestaties zijn.
Sociale en migratiepolitiek Europees
De EU democratiseren, dat kinkt alvast niet bijzonder eurosceptisch. Zijn er dan andere fronten waarop die vermeende euroscepsis tot uiting komt?
In het programma is te lezen dat de Vijfsterrenbeweging het vermogen van de EU wil versterken om beleid te voeren op sociaal gebied. Ze wil ‘herverdelen’ via belastingpolitiek en een basisinkomen invoeren.
Het lijkt wel of de vroegere sociaaldemocraten aan het woord zijn.
Als de EU handelsverdragen afsluit, moet daarbij het zogeheten voorzorgsbeginsel altijd voorop staan, vindt Vijf Sterren. Ook wil ze een verbod op zulke verdragen met landen die mensenrechten schenden.
Verder bepleit de partij de directe afschaffing van alle subsidies voor fossiele brandstoffen en een snelle en volledige overgang naar hernieuwbare energie.
In duurzame ambities doet Vijf Sterren niet onder voor GroenLinks
In duurzame ambities doet ze niet onder voor GroenLinks.
Tevens is de beweging voorstander van de verplichte en automatische herverdeling van asielzoekers over Europa.
Het is een standpunt dat een grote meerderheid van het Europees Parlement huldigt.
Vijf Sterren wil méér Europa op het terrein van migratie en sociaal beleid. Daar staat tegenover dat de partij een aanzienlijke verkleining van het budget bepleit.
De eerste manier om dat te bereiken, is een korting op de salarissen en bijzondere regelingen voor europarlementariërs, stelt ze voor. Ook wil ze het heen-en-weer-reizen tussen Brussel en Straatsburg beëindigen.
Dat is opnieuw een standpunt dat velen, van links tot rechts, huldigen.
Zachte en harde euroscepsis
Wat is er nu eigenlijk eurosceptisch aan al deze standpunten? Wetenschappers onderscheiden twee vormen van euroscepsis: hard en zacht.
Aanhangers van de harde euroscepsis hebben principiële bezwaren tegen de Europese integratie. Deze vorm is herkenbaar bij partijen die, zoals UKIP in het Verenigd Koninkrijk, of de PVV in Nederland, terugtreding van hun land uit de EU nastreven.
De zachte eurosceptici hebben geen weerzin tegen de EU op zich, maar vinden dat het Europese beleid op een of meer terreinen verkeerd is of botst met het nationale belang. Daarom verzetten ze zich tegen de Unie zoals die nu is.
Uit niets blijkt dat de Vijfsterrenbeweging ‘harde’ euroscepsis verkondigt. En die softe vorm dan? De definitie daarvan is zo ruim dat je daar al onder valt wanneer je bepaald EU-beleid verkeerd vindt. Zo’n beetje alle politieke partijen in Nederland herbergen dan eurosceptici.
Maar Vijf Sterren zit toch in het Europees Parlement in dezelfde fractie als de hard core eurosceptici van de Britse UKIP?
Maar de Vijfsterrenbeweging zit toch in het Europees Parlement in de fractie ‘Europa van de Vrijheid en Directe Democratie’? Die herbergt ook de leden van UKIP, de Britse partij van hard core eurosceptici.
Dat is waar. Maar in stemgedrag voegt de partij zich niet naar de UKIP. In de praktijk stemt ze vaker mee met Verenigd Links (waar de SP in zit) en de Groenen dan met UKIP.
Ook de ministerskandidaten die partijleider Luigi Di Maio al voor de verkiezingen presenteerde, wekken niet meteen de indruk dat de eurosceptische hordes oprukken.
Neem de kandidaat voor de portefeuille Buitenlandse Zaken, Emanuela Del Re. Zij is een in vluchtelingen en migranten gespecialiseerde sociologe. Ze gaf een naar Jean Monnet, een van de founding fathers van de EU, vernoemde cursus over Europese cultuur, burgerschap en beleid. Haar jongste boek* ging over de militarisering van grenzen en de gevolgen daarvan voor vrouwen. Ze is de bedenker van het My Future Project* dat onder meer Syrische vluchtelingen een toekomst wil geven.
Vanwaar die angst?
Waar komt de angst voor de Vijfsterrenbeweging in Europese kringen dan toch vandaan?
Wellicht is de bron het intussen door de partij afgezworen plan om een referendum over de euro te organiseren. Het is altijd beangstigend voor de powers that be als het volk moet oordelen over iets waar zij heilig in geloven.
Misschien is het ook angst voor gedoe met mensen die ze nog niet kennen. Rondom Del Re was er meteen een relletje. Ze zou het in haar cv* opgevoerde promotie-onderzoek aan de Europese universiteit in Florence nooit hebben afgemaakt. Maar ja, op dat soort affaires hebben nieuwe partijen bepaald niet het alleenrecht.
Mogelijk beven de gevestigde partijen voor Vijf Sterren omdat de beweging de reputatie heeft het establishment stevig aan te pakken
Mogelijk beven ze ook voor Vijf Sterren omdat de partij de reputatie heeft het establishment stevig aan te pakken.
Nu is het bestaan van een luis in de pels van de gevestigde orde juist wel gezond. Afgelopen week ontstond er in Brussel veel commotie* over de benoeming van Martin Selmayr, de gevreesde en omstreden kabinetschef van commissievoorzittter Juncker, tot secretaris-generaal, de hoogste functie in de Brusselse ambtelijke pikorde.
Bij de voorgekookte benoeming in sneltreinvaart leken alle gangbare regels opzij te zijn gezet. Het had alles van het gedrag van een macht die zich boven regels verheven acht, die denkt dat ze haar eigen goddelijke gang kan gaan in de overtuiging dat ze het beste met de mensheid voorheeft.
Zeker, er is reden genoeg om met grote bezorgdheid naar Italië te kijken. De regeringsvorming zal gezien het verdeelde politieke landschap uiterst lastig worden. Maar de angst voor de Vijfsterrenbeweging lijkt vooralsnog een voorbeeld van wel de splinter zien in andermans oog, maar niet de balk in het eigen oog.