Stel, je hebt een kind met Asperger dat de drukte van school niet goed aankan maar wel goed kan leren. Of een kind dat zijn vmbo-t diploma heeft gehaald, graag wil doorstromen naar de havo maar door de school waarop hij zit niet wordt toegelaten omdat zijn eindexamengemiddelde lager is dan een 6,8.

Dan ga je praten met de school en dan komt er wel een oplossing, denk je. Maar dat niet altijd, en dan kan er een conflict ontstaan waarin het schoolbestuur meestal aan het langste eind trekt.

Dat is in elk geval de achtergrond bij een aantal van de vele ‘thuiszitters’: in 2017 gingen bijna 4.300 kinderen langer dan drie maanden niet naar school en stonden 5.100 kinderen niet eens op een school omdat geen school hen meer opneemt. Ondanks de

Ook zijn er nog steeds scholen die kinderen weigeren toe te laten op de havo, al hebben ze het benodigde Ondanks de wet die stelt dat een behaald diploma recht geeft op doorstroom naar een hoger niveau.

Als ouder sta je in dit soort gevallen vrij machteloos tegenover een schoolbestuur, zelfs als dit in jouw ogen de wet overtreedt. Zij hebben financiële middelen om zonodig juridische hulp in te schakelen, een ouder meestal niet. In zulke gevallen is het handig als je als ouder ergens terecht kunt met vragen.

De Stichting Ouder en Onderwijs (O&O) is de enige organisatie die substantiële subsidie krijgt om in die behoefte te voorzien. In de praktijk faalt ze daarin, zeggen en deskundigen, zoals onderwijsjurist Katinka Slump. Toch is een zeer positieve evaluatie van de stichting naar de Tweede Kamer gestuurd, die binnenkort beslist of de subsidie wordt voortgezet. Tot ongenoegen van zeker zes

Wat ging eraan vooraf?

Tot 2014 kon je bij zeker vijf organisaties terecht voor zulke adviezen. Ze verwezen je door naar de juiste instantie, maar konden je ook behoeden voor valkuilen. Want vechten voor je kind is vaak een emotionele aangelegenheid, waarbij je gemakkelijk uit de bocht vliegt.

De organisaties waren vaak door ouders gerund, soms rondom een specifiek leerprobleem, zoals dyslexie of autisme. Wie hen benaderde, kreeg door de wol geverfde ouders te spreken die veel ervaring hadden met die problematiek. Zij hadden een heel netwerk aan deskundigen opgebouwd, waar zij terecht konden met specifieke vragen.

De ouderorganisaties hadden nóg een belangrijke taak: ze wisten veel problemen en wensen van ouders op de politieke agenda te krijgen. Denk aan te grote te grote scholen, toegenomen prestatiedruk bij peuters en kleuters, pesten en van kinderen. Zij waren officiële gesprekspartner van politici en beleidsmakers.

In 2013 besloot staatssecretaris van Onderwijs Sander Dekker de subsidie voor de ouderorganisaties in te trekken. Er was voor hen ‘geen taak’, redeneerde Dekker, die in één klap 2,9 miljoen euro bezuinigde.

Te kort door de bocht

Tweede Kamerleden vonden dit te kort door de bocht. Ouderorganisaties vervulden volgens hen een ‘belangrijke rol als informatiepunt’. Daarnaast hadden ze ‘een duidelijke rol binnen het systeem van checks-and-balances’. Want ouders ervaren aan den lijve waar het overheidsbeleid rond schoolgaande kinderen tekortschiet.

Een drong erop aan ouders toch een stem te geven, waarmee Dekker instemde. Zo ontstond op 1 januari 2014 de stichting Ouders & Onderwijs (O&O).

Sinds de oprichting kreeg de organisatie veel kritiek van de eerder genoemde ouderorganisaties. Ze verwijten Ouders & Onderwijs gebrek aan deskundigheid, gebrek aan transparantie en een te meegaande houding tegenover hun broodheer, het ministerie van Onderwijs. Daarmee voldoet de stichting volgens hen niet aan de opdracht die ze van de Tweede Kamer kregen: een kritische gesprekspartner zijn van regering en het onderwijsveld.

Omdat Ouders & Onderwijs in de ogen van de ouders gaf in haar uitgaven, deed onderwijsjurist Katinka Slump een beroep op de Wet Openbaarheid van Bestuur namens een aantal ouderpartijen. Dat mondde uit in een rechtszaak, waarin de ouders grotedeels gelijk kregen en de rechter O&O opdroeg inzage te geven in al haar uitgaven.

Wat bleek daaruit: de stichting besteedde haar geld vooral aan informatieverstrekking aan ouders, terwijl het budget om ouderorganisaties te ondersteunen amper werd benut.

Een erg positieve evaluatie

Dit voorjaar buigt de Tweede Kamer zich over de vraag of Ouders & Onderwijs goed functioneert en of de subsidie aan de ouderclub moet worden voortgezet. Dat oordeel vellen ze op basis van het dat onderzoeks- en adviesbureau Oberon heeft uitgevoerd in opdracht van het Ministerie van Onderwijs.

Die evaluatie valt bijzonder positief uit. De meerderheid van de ouders die aanklopten bij Ouders & Onderwijs, schrijft Oberon, ‘is tevreden over informatie en advies’ van de stichting.

‘Samenwerkingspartners’ vinden de stichting ‘initiatiefrijk, laagdrempelig, vertrouwenwekkend en constructief’. En de meeste van hen vinden dat de stichting zich ‘coöperatief en constructief opstelt en dat dit bevordert dat er naar hen wordt geluisterd’. Vandaar dat Oberon concludeert dat er ‘voldoende basis’ is voor ‘een meer structurele financiering van Ouders & Onderwijs’.

De kritiek

In het rapport is echter weinig terug te vinden van de felle kritiek van ouderorganisaties op de stichting. Zo wordt de rechtszaak van de ouderpartijen tegen de stichting niet genoemd.

En wat het rapport evenmin vermeldt is dat Ouders & Onderwijs de thuiszittersproblematiek weigerde op te nemen in haar jaarlijkse rapport ‘De staat van de

Verder lijkt Oberon het geen probleem te vinden dat in het bestuur van Ouders & Onderwijs geen vertegenwoordigers zitten van door ouders gerunde ouderorganisatie. ‘Alle bestuurders zijn zélf ouder’, krijgen de ouderverenigingen te horen als ze dit aan de orde stellen.

Ook het bezwaar dat een stichting ouders niet kán vertegenwoordigen, anders dan een vereniging waarvan ouders lid kunnen worden, wuift Oberon weg. Deze rechtsvorm is ‘goed werkbaar’ voor de organisatie, in weerwil van de ‘kanttekeningen van sommige stakeholders’, schrijft Oberon erover.

Een matig functionerende oudervakbond is voor bijvoorbeeld schoolbesturen bijzonder aangenaam

Onderwijsjurist Katinka Slump, een van de critici van de evaluatie, constateert dat de meeste positieve kwalificaties in de evaluatie afkomstig zijn van partijen die niet opkomen voor de belangen van ouders maar van schoolbesturen of het ministerie van Onderwijs. ‘Het verbaast me niets dat die partijen heel tevreden zijn over Ouders & Onderwijs. Een matig functionerende oudervakbond is voor deze partijen bijzonder aangenaam’, zegt Slump.

Werner van Katwijk, jurist en woordvoerder van Ouders van Waarde, valt haar bij: ‘Bij de bespreking van het conceptrapport bij Oberon waren er maar drie onafhankelijke ouderorganisaties aanwezig’, mailt Van Katwijk. ‘Dat waren de enigen die kritische vragen stelden over het onderzoek.’

Belangenverstrengeling

Maar met die kritische vragen is te weinig gedaan, vinden beiden. Ook wijzen ze op het gevaar van belangenverstrengeling: één ‘ouderpartij’ die gehoord is door Oberon is een werkgroep van de stichting zelf, een andere ouderpartij wordt geleid door mensen die op de loonlijst staan van de stichting.

Gevraagd naar een reactie schrijft Oberon ‘elf ouderorganisaties en ouderinitiatieven’ te hebben geraadpleegd, en bovendien een enquête te hebben gehouden onder twee groepen ouders: ouders die O&O om advies vroegen, en ‘een representatieve steekproef ouders van schoolgaande kinderen’. Oberon: ‘De stem van de ouders is dus zeker gehoord.’

Van Katwijk, van Ouders van Waarde: Slechts 1,5 procent van de ouders kende de stichting O&O. Wat zegt hun oordeel over de stichting dan?

‘Van die tweede groep bleek slechts 1,5 procent van de ouders de stichting O&O te kennen’, zegt Van Katwijk. ‘Wat zegt hun oordeel dan?’

Oberon wijst er verder op dat ze wel degelijk ‘mogelijkheden tot verbetering’ zien. Zoals de versterking van de Raad van Advies. Slump reageert daar verbaasd op: ‘Welke Raad van Advies? Ik heb er op de website van Ouders & Onderwijs niets over kunnen vinden. Wie zitten daar in? En hoe kan ik solliciteren naar een plaats in die raad?’

Peter Hulsen, de directeur van Ouders & Onderwijs wil deze vraag niet beantwoorden. Ook andere vragen over de evaluatie wil hij alleen behandelen ná de reactie te hebben ontvangen van de minister.

Een wenselijke conclusie

‘Ik krijg sterk de indruk dat dit hele rapport naar een wenselijke conclusie toe geredeneerd is’, vat Van Katwijk het evaluatierapport samen. ‘Er wordt niets kritisch bekeken of geanalyseerd. Het geheel is een opsomming van citaten met aan het eind een plompverloren conclusie: maak de subsidie maar structureel. Die conclusie kunnen ze op basis van dit rapport helemaal niet trekken.’

De Tweede Kamer zal het evaluatierapport dit voorjaar bespreken en over de subsidie beslissen. Wanneer is nog niet bekend.

Lisa Westerveld, onderwijswoordvoerder van GroenLinks, zal de minister dan ‘scherp bevragen’ op dit ‘belangrijke onderwerp’, zegt ze.

Ze verbaast zich erover zelden of nooit door Ouders & Onderwijs te worden benaderd. ‘Je zou verwachten dat de landelijke belangenbehartiger voor ouders vaker op de stoep zou staan of zou mailen naar Kamerleden zoals ik, die alles wat met kinderen te maken heeft in de portefeuille hebben.’

Het stoort haar dat ouders geen invloed kunnen hebben op de koers van de club die hen moet vertegenwoordigen, omdat het ‘geen vereniging’ met leden is. ‘Dat deugt natuurlijk niet’, zegt ze. ‘De constructie die nu is bedacht heeft er in ieder geval de schijn van dat het ministerie haar eigen gesprekspartner heeft georganiseerd.’

Meer lezen?

Het ministerie van Onderwijs luistert nauwelijks nog naar ouders. Worden ze buitenspel gezet? Het ministerie van Ouderwijs probeert te voorkomen dat ouders inspraak hebben op zijn beleid, zeggen ouderorganisaties. Klopt dat? En zo ja, probeert het ministerie dat te verdoezelen? Die vragen staan centraal in een rechtszaak die deze week begint. Lees mijn verhaal van hier terug Waarom veel slimme kinderen het toch niet redden op school Het Nederlandse onderwijs geeft te weinig steun aan kinderen die opgroeien in kansarme gezinnen. Zo dragen scholen bij aan de toenemende ongelijkheid in de samenleving. Dit kan pas veranderen als we het hardnekkige idee loslaten dat écht talent vanzelf wel komt bovendrijven. Lees mijn verhaal hier terug