Hij voorzag wel enige ‘weerstand’, de president-directeur van ProRail Pier Eringa, toen hij dinsdag door de Volkskrant liet dat de spoorbeheerder de buitenlandse markt op wil.

‘ProRail is een goed export-product’, aldus Eringa. Vanuit de hele wereld zouden spoorbeheerders geregeld naar Nederland komen om te leren hoe wij er hier in slagen zoveel treinen op een kluitje door elkaar heen te laten rijden.

Afgaande op de woorden van Eringa is het van de zotte dat we de Australiërs, Noren, Turken, Fransen, Zuid-Koreanen, Denen, Taiwanezen en Litouwers nu gratis en voor niets een kijkje in de Nederlandse spoorkeuken geven. Vol bewondering komen ze kijken hoe we hier zes intercity’s per uur over drukke trajecten als Amsterdam-Eindhoven jassen.

Het geheim zit hem goeddeels in de nieuwste snufjes die wij hier volgens Eringa ontwikkelen op het gebied van de implementatie van het pan-Europese veiligheidssysteem ERTMS.

En er ligt nog veel meer in het verschiet.

Zo experimenteert ProRail vanuit het zogeheten Railcenter in Amersfoort met velerlei nieuwe spoorproducten, zoals zelfsturende treinen.

De wereldmarkt lonkt

Eringa, als voormalig ziekenhuisdirecteur en korpschef van de politie in Flevoland een relatieve nieuwkomer in de spoorwereld, staat te trappelen om met al deze kennis de wereldmarkt op te gaan. Of zoals hij het in de Volkskrant formuleert: ‘Ik vind het slap als we geen ambitie tonen.’ En: ‘We kunnen beter onze kennis en ervaring in het buitenland te gelde maken.’

ProRail is vast van plan al in juni de eerste stappen over de grens te zetten. Dan reist Eringa in het gevolg van koning Willem-Alexander en koningin Máxima mee op handelsmissie naar de Baltische Staten.

Juridisch zou het allemaal moeten kunnen, aldus de spoorbeheerder. Staatsbedrijf NS verdiende afgelopen jaar ook 58 miljoen euro aan spoorvervoer, in onder meer het Verenigd Koninkrijk en Tsjechië.

Netbeheerder TenneT timmert stevig aan de weg in Duitsland. Het Nederlandse staatsbedrijf betaalde in 2009 een slordige 885 miljoen euro voor de overname van het Duitse Transpower, en werd in één klap een voorname speler op de Duitse stroommarkt.

De toenmalige minister van Economische Zaken Maria van der Hoeven (CDA) was enthousiast over het buitenlandse avontuur van TenneT. De toekomstige Duitse winsten zouden het bedrijf helpen betrouwbare en betaalbare stroomzekerheid te garanderen voor Nederlandse huishoudens en bedrijven.

Waarom vrezen voor weerstand?

Gezien de enorme kosten van het spoorbeheer valt er best iets voor te zeggen om onze spoorkennis internationaal te verpatsen. Zo ontvangt ProRail nu nog een slordige 2 miljard euro per jaar uit de schatkist om ons spoor te beheren en onderhouden.

Niemand kan er toch iets op tegen hebben als de ondernemende ProRail-topman dit bedrag weet te drukken met buitenlandse inkomsten? Dus waarom zou Eringa dan moeten vrezen dat zijn voorstel tot weerstand gaat leiden?

Is het omdat Eringa wel weet dat hij een markt wil betreden die zich niet leent voor gezonde marktwerking?

Is het omdat Eringa zelf ook wel weet dat hij een markt wil betreden die zich op geen enkele manier leent voor gezonde marktwerking? Spoorbeheer is tenslotte het werk van verlieslatende monopolisten met een lange adem. Zonder miljardenbijdragen van de overheid kan het spoor niet voortbestaan.

Investeringen in spoorlijnen doe je bovendien voor vijftig tot honderd jaar, en het is praktisch onmogelijk om meerdere bedrijven één spoorlijn te laten beheren. Het openbaar aanbesteden van spoorconcessies lijkt daarmee evenmin zinvol. De termijnen op basis waarvan je de kwaliteit van aanbieders kunt meten, zijn simpelweg te lang.

Het is dan ook niet voor niets dat zelfs de marktadepten uit de Paarse kabinetten in de jaren negentig oordeelden dat spoorbeheer typisch een overheidstaak is, en niet aan de markt kan worden overgelaten.

En dan hebben we het nog niet over de risico’s voor de schatkist van avonturen van ProRail in het buitenland. Zo de Algemene Rekenkamer in 2015 dat de Nederlandse belastingbetaler in de toekomst mogelijk moet opdraaien voor tegenvallers op het Duitse stroomnet.

Tegenvallers zijn voor de staat

Hoe dat zit? TenneT is in Duitsland wettelijk gebonden broodnodige investeringen te doen in het hoogspanningsnet. Wanneer deze door tegenvallers niet gefinancierd kunnen worden uit de opbrengsten van de Duitse dochter van TenneT, wordt de rekening doorgeschoven naar de aandeelhouder van TenneT. Ofwel, de Nederlandse staat.

Als het rapport van de Algemene Rekenkamer ons één les moet leren, is het wel dat buitenlandse avonturen van publieke bedrijven ons geld kunnen kosten.

Niet dat de kans groot is dat Eringa zijn overzeese ambities kan realiseren. Uit onvrede over de prestaties van de spoorbeheerder in eigen land is het kabinet voornemens om ProRail, nu nog een zelfstandige BV, om te vormen tot een zelfstandig bestuursorgaan. De spoorbeheerder boet daarmee fors in aan autonomie.

Bij monde van staatssecretaris Stientje van Veldhoven (D66) heeft het kabinet bovendien al laten weten weinig te zien in Eringa’s voorstellen. ProRail heeft volgens haar wel wat anders aan zijn hoofd dan te dromen over extra internationale activiteiten. Zonder de steun van het kabinet rest Eringa weinig anders dan zijn ambities bij te stellen.

Het blijft natuurlijk zonde als ProRail alle door de Nederlandse belastingbetaler gefinancierde kennis over spoorbeheer zomaar gratis moet delen met andere landen. Wellicht moet Eringa daarom entree heffen op zijn rondleidingen door de keuken van het Nederlandse spoor.

Meer lezen?

Maak een vuist tegen #misluktemarktwerking In ‘Er zijn nog 17 miljoen wachtenden voor u’ beschrijft Sander Heijne waarom marktwerking in de publieke sector een goed idee lijkt, maar dat in de dagelijkse praktijk vaak niet is. Toch blijft de politiek erin geloven. Het is aan ons om de problemen te blijven agenderen. Lees het verhaal van Sander hier terug