Wat je terugkrijgt als je wél op je bek mag gaan
‘Gewoon doorgaan juf, vallen hoort erbij.’ Het zijn wijze woorden van Sami, een elfjarige jongen die ik jaren geleden bijles gaf. Hij had zichzelf in een week leren longboarden en gaf me tips.
Al weken probeerde ik mezelf toen te leren skateboarden, zonder succes. Na een flinke valpartij ging het al helemaal niet meer. Knikkende knietjes, angst om weer te vallen. Falen.
Ik ben niet de enige die daar last van heeft.
Een mens lijdt dikwijls het meest...
Ik moest laatst weer aan Sami denken, toen ik las dat kinderdagverblijven extra hun best doen* om te voorkomen dat kinderen vallen. Van bange ouders en verzorgers mogen ze niet van trappetjes springen of klauteren op het klimrek, om boomstronken worden hekjes neergezet.
Alles om ervoor te zorgen dat ze geen risico’s lopen tijdens het spelen, terwijl Sami gelijk heeft: vallen hoort erbij. Kinderen krijgen veel terug voor die schram of buil.
Ouders die willen dat hun kind nooit een kapotte knie heeft, schieten door
Zo vergroot ‘risicovol spelen’ de onafhankelijkheid en het zelfvertrouwen van kinderen,* heeft het een positieve invloed op hun fysieke en mentale gezondheid, draagt het bij aan de ontwikkeling van hun sociale vaardigheden en worden ze ook nog motorisch vaardiger.
Het is lastig inschatten wanneer een spelactiviteit risicovol of gevaarlijk is. Maar ouders die willen dat hun kind nooit met een kapotte knie thuiskomt, schieten door.
Goedbedoeld beschermend ouderschap heeft niet alleen op kinderdagverblijven een averechts effect. Ook bij oudere kinderen zijn er ouders die met alle goede bedoelingen moeite hebben met loslaten. Grasmaaierouderschap wordt dit wel genoemd, door de constante neiging* alle mogelijke obstakels voor het kind te verwijderen.
Hoe angst de samenleving vormt
Zo is het hier niet altijd geweest. De Vlaamse psychiater en filosoof Damiaan Denys, die in 2000 naar Nederland verhuisde, viel het toen juist op hoeveel open water er was en hoe weinig hekjes.
We leren kinderen liever zwemmen dan dat we hekken plaatsen, en hangen hun zwemdiploma’s trots boven het bed. Jaren later merkt Denys dat we ons toch steeds meer laten leiden door angst en er een angstcultuur ontstaat.
‘Angst is een affect, een emotie’, zei hij onlangs in de Volkskrant. ‘Maar Sartre zei al: een emotie verandert de wereld totáál. De blik waarmee je naar de wereld kijkt, bepaalt hoe die wereld eruitziet. Je kunt je kinderen een zodanige opvoeding geven dat ze angstig naar de wereld kijken. Je kunt angst induceren, je kunt mensen bang máken.’
Maar het is niet alleen opvoeding die angstig kan maken, dat doen ontwikkelingen in de samenleving ook. Zo krijgen studenten last van angststoornissen, stress en burn-outverschijnselen, onder meer omdat ze bang zijn voor een hoge studieschuld of studievertraging.
De Raad voor Volksgezondheid en Samenleving (RVS) concludeert* dat het hier niet enkel om individuele problemen gaat. Het zijn ook de knellende maatschappelijke verwachtingen die leiden tot mentale druk bij jongeren.
Zo stelt de arbeidsmarkt veel eisen: stages, bestuurservaringen, projecten in het buitenland, constateert ook Tom van den Brink van het Interstedelijk Studentenoverleg (ISO).* ‘En dus word je als schapen in een kudde gedreven om aan al die eisen te voldoen.’
Kusje erop
J.K. Rowling is met haar Harry Potterreeks ontzettend succesvol, wereldwijd zijn ruim 400 miljoen van haar boeken verkocht.* Toen ze door Harvard werd gevraagd studenten toe te spreken, besloot ze niet te vertellen over dat succes, maar over het belang van falen en hoe tegenslagen haar hebben gemaakt tot wie zij is.*
Ze herinnert ons eraan dat het voor een gezonde ontwikkeling belangrijk is om af en toe op je bek te kunnen gaan. Dat is makkelijk vergeten als je kind net van een klimrek dondert en in huilen uitbarst. Of als je baan door een onzekere en veeleisende arbeidsmarkt constant onder druk staat.
Maar in een samenleving die wordt gevormd door angst en prestatiedruk, leren we niet vallen en opstaan, skateboarden en zwemmen. Verwachten we succes en is er kuddegedrag om aan eisen te voldoen, zijn studenten depressief en werknemers bang om hun baan te verliezen. En worden er ook geen Harry Potterboeken geschreven.
Ik weet niet hoe het voor jou is, maar in zo’n samenleving wil ik niet leven.