De maatregelen in dit stuk komen uit Drawdown. Het meest veelomvattende plan ooit om klimaatontwrichting te keren. In dat worden om klimaatverandering tegen te gaan gepresenteerd en gerangschikt op basis van hoe kosteneffectief ze zijn, hoe snel ze geïmplementeerd kunnen worden of hoe gunstig ze zijn voor de samenleving.

Gevraagd naar de oorzaken van de opwarming van de aarde denk je waarschijnlijk aan fossiele brandstoffen en minder snel aan ontbijt, lunch en diner als klimaatveranderaars. Maar de impact van ons voedselsysteem op het klimaat is immens. Als we de uitstoot van de veestapel en andere voedselgerelateerde uitstoot (landbouw, ontbossing, voedselverspilling) bij elkaar optellen, dan blijkt wat we eten, samen met onze energievoorziening, de belangrijkste oorzaak van de opwarming van de aarde.

In gesprek met de man die Drawdown naar Nederland haalde Hoe kwam ‘Drawdown’ tot stand en welke maatregelen staan er nog meer in? We gingen in gesprek met Sven Jense van Climate Cleanup, die de bestseller naar Nederland haalde. Lees het artikel hier

Momenteel ben ik met verlof om zelf een boek te schrijven, waardoor ik de komende tijd geen artikelen over het klimaat publiceer. Wel deel ik maatregelen uit Drawdown met jullie om het gesprek voort te zetten. Gespreksredacteur nodigt per artikel relevante experts uit, zodat zij in de bijdragesectie met jullie kunnen discussiëren over de voorgestelde maatregelen.

Maatregel 1: Zie vlees als delicatesse

Boeddha, Confucius en Leonardo da Vinci en Gandhi en en In de geschiedenis zijn talloze bekende voorvechters van het plantaardige dieet te vinden.

Recenter gaf alleseter schrijver van de wereldwijde bestseller The Omnivore’s Dilemma, het bondige advies: ‘Eet echt voedsel. Niet te veel. Vooral planten.’ Volgens sommigen moet dat ‘alleen planten’ zijn.

Aan ons populaire, en bewerkte producten hangt een fors klimaatprijskaartje. Volgens conservatieve ramingen is de veehouderij verantwoordelijk voor gedetailleerde berekeningen van directe en indirecte uitstoot komen uit op meer dan 50 procent. Herkauwers, zoals koeien, zijn de grootste boosdoeners: hun spijsvertering levert is die qua emissie het op twee na grootste land ter wereld.

Bij elke maaltijd kunnen we het verschil maken

Aan overconsumptie van dierlijke proteïne hangt ook voor de menselijke gezondheid een stevig prijskaartje. Te veel dierlijk proteïne bepaalde soorten kanker, beroertes en hartziekten, en daarmee tot hogere zorgkosten.

Bij elke maaltijd hebben we de kans het verschil te maken. Het kan prima: gezond eten én genieten van ingrediënten die lager in de voedselketen geoogst worden en zodoende de uitstoot van broeikasgassen verlagen. Volgens de Wereldgezondheidsorganisatie hoeft slechts 10 tot 15 procent van onze dagelijkse calorie-inname Met een plantenrijk dieet is dit uitstekend haalbaar.

Allemaal veganist betekent 70 procent minder uitstoot

Wat als de hele wereldbevolking nog voor 2050 overstapt op een plantaardig dieet? Welke voordelen levert dat op voor klimaat, gezondheid en economie? Een baanbrekend onderzoek uit 2016 van de University of Oxford zet dat uiteen. Bij een veganistisch dieet Bij een vegetarisch dieet met kaas, melk en eieren daalt de uitstoot met 63 procent. Het effect op onze gezondheid is ook waard. Volgens het onderzoek neemt de wereldwijde sterfte met 6 tot 10 procent af.

Het World Resources Institute deed in 2016 Uit een analyse van voedingspatronen blijkt dat ‘een ambitieuze afname van de consumptie van dierlijk proteïne’ de beste waarborg is voor een duurzame toekomst, zowel voor de wereldvoedselvoorziening als voor de planeet.

Vooral in gebieden waar mensen dagelijks meer dan 60 gram proteïne en 2.500 calorieën consumeren zit de winst. ‘Tussen 2006 en 2050 stijgt de vraag naar voedsel met meer dan 70 procent, de vraag naar dierlijke voedingsproducten met bijna 80 procent en die naar rundvlees zelfs met 95 procent’, stellen de auteurs. Vooral de toenemende vleesconsumptie maakt het halen van internationaal gestelde doelen op het gebied van hongerbestrijding, gezondheid, waterbeheer, land-ecosystemen en klimaatverandering schier onmogelijk.

Een dieetrevolutie organiseren is verre van eenvoudig

maar een dieetrevolutie organiseren is verre van eenvoudig, omdat onze eetgewoontes persoonlijk en cultureel zijn bepaald. Aan vlees wordt veel status toegedicht; het is verweven met tradities en we zijn er dol op. Die gecompliceerde en diepgewortelde relatie met het eten van dierlijk proteïne vereist doordachte strategieën voor het beïnvloeden van de vraag. Om mensen te verleiden vlees te verruilen voor plantaardige alternatieven, moeten die alternatieven zichtbaar, beschikbaar en aantrekkelijk zijn.

Plantaardige vleesvervangers spelen een belangrijke rol in een geleidelijke verandering van traditionele manieren van koken, omdat ze de smaak, textuur en aroma van dierlijk proteïne benaderen en zelfs de aminozuren, vetten, koolhydraten en sporenelementen nabootsen. Bedrijven als en (en in Nederland bedrijven als Vivera en nemen het voortouw: hun voedzame alternatieven zijn aantrekkelijk voor vleesliefhebbers en bewijzen dat het mogelijk is om

Een aantal plantaardige alternatieven is al beschikbaar op de vleesafdeling van supermarkten. Deze marktontwikkeling kan onze eetgewoontes veranderen. Dankzij de snel toenemende kwaliteit van vleesvervangers, onderzoek aan topuniversiteiten, durfkapitaalinvesteringen en toenemende interesse onder consumenten, verwachten experts dat de markt voor plantaardige alternatieven snel zal uitbreiden.

Vegetarisch is de norm

Ook het opwaarderen van groenten, granen en peulvruchten (in hun natuurlijke vorm) tot hoofdact in plaats van bijrol, kan bijdragen aan een andere kijk op eten. Topchefs en alleseters als Mark Bittman (journalist en auteur van How to Cook Everything Vegetarian) en Yotam Ottolenghi (restauranthouder en auteur van Plenty) promoten gevarieerd én lekker eten zonder vlees. Vegetarische opties moeten de norm worden, niet de uitzondering, vooral in openbare instellingen zoals scholen en ziekenhuizen.

Naast het promoten van dan wel vegetarisme, is het belangrijk dat vlees als delicatesse wordt gezien, in plaats van als basisvoedsel. Te beginnen met de prijs, en dus met het afschaffen van Alleen zo worden de echte kosten van dierlijke eiwitten in de prijzen zichtbaar. In 2013 keerde de Organisatie voor Economische Samenwerking en Ontwikkeling (OESO) in 35 lidstaten

Sommige deskundigen pleiten voor een vleestaks, vergelijkbaar met accijns op sigaretten

Sommige experts pleiten voor hardere maatregelen, vergelijkbaar met accijns op sigaretten, om de sociale en milieutechnische gevolgen te benadrukken en aanschaf te ontmoedigen. Financiële ontmoediging, overheidsbeleid voor het verminderen van de vleesconsumptie en campagnes waardoor de maatschappelijke normen over vleesconsumptie en gezonde voeding verschuiven, maken vlees minder aantrekkelijk.

De omschakeling naar een plantenrijk dieet is Een kleinere ecologische voetafdruk beperkt de uitstoot van broeikasgassen, is gezonder en vermindert de kans op chronische ziektes. Tegelijkertijd is het minder schadelijk voor zoetwaterbronnen en ecosystemen. Denk bijvoorbeeld aan ontbossing ten behoeve van veehouderij en enorme ‘dode zones’ in oppervlaktewater, ontstaan door afvloeiing en uitspoeling van meststoffen van boerderijen.

Een afname van de vlees- en zuivelconsumptie vermindert het leed van miljarden dieren in de intensieve veehouderij; maar desondanks veelal wordt genegeerd. Een plantaardig dieet maakt het ook mogelijk om land te behouden dat anders wordt ingenomen door veehouderij, en om bestaande landbouwgrond in te zetten voor het vastleggen van koolstof.

Zoals zenleraar Thich Nhat Hanh is de overstap naar een plantaardig dieet misschien wel de effectiefste manier waarop een individu klimaatverandering kan tegengaan. Recent onderzoek suggereert dat hij gelijk heeft: er zijn maar weinig klimaatoplossingen die zoveel effect hebben en die tegelijkertijd zo duidelijk in handen van het individu liggen, of beter nog,

Impact van deze maatregel

We schatten de toename van de mondiale voedselconsumptie tot 2050 in aan de hand van nationale gegevens van de Food and Agriculture Organization van de Verenigde Naties. Hierbij gaan we ervan uit dat lagelonenlanden meer voedsel en dus meer vlees consumeren naarmate hun economieën groeien.

Als 50 procent van de wereldbevolking niet meer dan 2.500 calorieën per persoon per dag eet en de vleesconsumptie vermindert, schatten we dat alleen al de verandering in ons voedingspatroon minimaal 26,7 gigaton aan uitstoot kan voorkomen. Als we daarbij de vermeden ontbossing door veranderingen in landgebruik optellen, komt daar 39,3 gigaton bij. Zo zorgt een gezond, plantenrijk dieet, als een van de meest invloedrijke oplossingen, voor een totale vermindering van 66 gigaton.

Maatregel 2: Composteer!

In het begin van de twintigste eeuw voerde de Engelse landbouwkundige Sir Albert Howard van Engeland tot India experimenten uit die bewezen dat gezonde, levende aarde Hij begreep weliswaar niet precies hoe die wisselwerking in elkaar stak, maar toch wist hij dat op de een of andere manier organisch materiaal, bodemvruchtbaarheid en de gezondheid van planten intrinsiek verweven waren.

Om dat verband te begrijpen, startte hij grootschalige composteringsinitiatieven en onderzocht hij wortelstructuren. Wellicht, dacht Howard, stimuleert compost de mycorrhiza: de symbiotische band tussen de wortels van planten en schimmels in de grond. Gedurende zijn leven ging hij in tegen de gevestigde orde, die pleitte voor het gebruik van kunstmest om planten van de benodigde voedingsstoffen te voorzien.

De mens maakt al lange tijd gebruik van compost en mest om zijn gewassen en tuinen te bemesten, zonder te begrijpen waarom het werkt. De oudst bekende Latijnse prozatekst, van Cato de Censor, bevat adviezen over compost die als een must voor boeren werden gezien.

Ook Shakespeare was bekend met de macht die schuilt in ‘het ware zwarte goud’. ‘Spreid de mest niet over het onkruid uit’, Rond 1670 zag de Nederlandse wetenschapper Antoni van Leeuwenhoek voor het eerst ‘kleine beestjes’ Nu pas beginnen we de rol van microben in de bodemecologie te begrijpen.

In een theelepel gezonde aarde leven meer microben dan er mensen op de planeet rondlopen

Vruchtbare grond, zo is ooit bedacht, moet het hebben van een combinatie van verweerd gesteente en langzaam ontbindend organisch materiaal; in één theelepel gezonde aarde leven Deze bodemorganismen vervullen twee aan elkaar gerelateerde taken: ze helpen organisch materiaal van dode planten en dieren af te breken en brengen zo belangrijke voedingsstoffen weer in omloop.

Ze helpen ook met de toevoer van die voedingsstoffen naar de wortels, precies daar waar ze nodig zijn, in ruil voor ‘exsudaat’, koolhydraten die door planten worden vrijgegeven en voedsel voor bacteriën en schimmels vormen. Van stikstof tot fosfor en nog veel meer: microben houden met hun bijdrage de plantenwereld draaiende

Zuurstofloos vergaan betekent methaan

Zoals alle levende wezens produceren mensen afval, maar bij ons loopt het vaak de spuigaten uit. Bijna de helft van het vaste afval wereldwijd is wat inhoudt dat het binnen enkele weken of maanden ontbindt. Voedselresten vormen een van de grootste afvalgroepen, net als bladafval uit tuinen en parken.

Vele millennia vond dit afval zijn weg terug naar de natuurlijke economie, maar tegenwoordig komt organisch afval op veel plekken in de wereld op de vuilstortplaats terecht. Daar vergaat het onder zuurstofloze omstandigheden, waarbij het krachtige broeikasgas methaan ontstaat. Gemeten over een periode van honderd jaar, is dit gas Een kwart van de door mensen veroorzaakte opwarming van de aarde is

Hoewel veel vuilstortplaatsen aan een vorm van methaanbeheer doen, is het stukken effectiever om organisch materiaal van ander afval te scheiden en te composteren. Dit vermindert de uitstoot aanzienlijk en zet de microben aan het werk.

Met voldoende beluchting voorkomt het composteringsproces de uitstoot van methaan; zonder goede beluchting is de uitstootreductie van composteren veel geringer.

Compost staat voor een transformatie van afval naar rijkdom

Composteren kan zowel op kleine schaal in de groenbak, als op commerciële, industriële schaal. De basis van het proces is hetzelfde, ongeacht de schaal: er moet voldoende vocht, lucht en hitte aanwezig zijn om een onafgebroken feestmaal van organisch materiaal te bereiden voor de microben.

Bacteriën, en schimmels doen zich tegoed aan organisch, koolstofrijk materiaal. Dit is een afbraakproces dat constant in elk ecosysteem plaatsvindt. De aarde heeft zelf een dunne composthoop die uitgespreid is over verschillende gebieden.

In plaats van methaan te produceren, zoals op een vuilstortplaats, zet dit afbraakproces organisch materiaal om in stabiele koolstof in de grond en zorgt het ervoor dat planten toegang hebben tot die koolstof. Compost is een zeer waardevolle mestsoort, omdat het water en voedingsstoffen van het oorspronkelijke organische materiaal vasthoudt, en bovendien kan bijdragen aan de Het is, met andere woorden, een transformatie van afval naar rijkdom.

Met dank aan het werk van Howard en anderen, is industriële compostering sinds het begin van de twintigste eeuw gemeengoed. Vooral in steden biedt het uitkomst. Door de hoge bevolkingsdichtheid is het een enorme opgave om de organische afvalstroom in goede banen te leiden.

In 2009 werd in San Francisco een Seattle houdt de inhoud van de vuilnisbakken die aan de straat staan in de gaten en beboet mensen die de verplichte scheiding voor compostering In Kopenhagen is al meer dan 25 jaar geen organisch afval Daar wordt driedubbel voordeel gehaald uit compost: kostenbesparing, mestproductie en koolstofreductie.

Leonardo da Vinci verklaarde: ‘We kunnen wel stellen dat groei de levenskracht van de aarde is, Composteren versterkt dat lichaam, haar levenskracht én houdt broeikasgassen uit de atmosfeer.

Impact van deze maatregel

In 2014 werd naar schatting 2,1 miljoen ton voedselafval in de EU was dit circa Als alle lagelonenlanden het niveau van de VS zouden behalen en alle landen met een hoog inkomen dat van de EU, dan zou composteren in de komende dertig jaar een hoeveelheid uitstoot van methaan op vuilstortplaatsen kunnen vermijden die gelijk staat aan het effect van 2,3 gigaton CO2.

Daarin is de extra winst die behaald wordt door compost in de landbouw te gebruiken, niet meegerekend. Composteringsinstallaties zijn goedkoper in bouw, maar duurder in gebruik; dat is wel meegenomen in de berekeningen.

Maatregel 3: Herstel landbouwgrond om koolstof op te slaan

Overal ter wereld wordt landbouwgrond opgegeven De bodem is onvruchtbaar geworden, de grond geërodeerd en grondwater opgebruikt. Daarnaast veroorzaakt overmatige irrigatie bodemverdichting en een verhoogd zoutgehalte.

Andere oorzaken om weg te trekken zijn klimaatverandering en woestijnvorming, zoals in de Gobi in China en de Sahel in Afrika, en de gevolgen van landbouw op kwetsbare steile hellingen.

Sociaal-economische redenen om het land op te geven zijn migratie, de lokroep van een hoger inkomen in de stad, beperkte toegang tot de markt en hoge productiekosten voor kleinschalige boerenbedrijven Voor velen is het simpelweg goedkoper om het land de rug toe te keren dan het te bewerken.

Het gaat hier niet om braakliggende akkers, maar om land dat in de vergetelheid raakt. Het is lastig om vast te stellen hoeveel land het betreft en in welk tempo het fenomeen uitdijt. Uiteenlopende onderzoeken komen tot verschillende conclusies.

gaat het wereldwijd om 385 miljoen tot 0,45 miljard hectare aan grond die ooit voor gewassen of veehouderij werd gebruikt, en die niet weer tot bos is omgezet of een andere, totaal nieuwe bestemming kreeg. Deze ‘ontakkering’ is een trend van de laatste honderd jaar.

Onbeheerde grond als koolstofputten

De hoeveelheid verlaten landbouwgrond blijft toenemen, terwijl het herstellen en verduurzamen van deze bodem juist essentieel is om aan de groeiende vraag naar voedsel te voldoen en om ontbossing voor nieuwe landbouwgrond tegen te gaan. De onbeheerde gronden weer in gebruik nemen, biedt de mogelijkheid om ze als ‘koolstofput’ te benutten.

In theorie ligt juist in verarmde grond een potentieel om daar meer koolstof in te brengen; planten halen CO2 uit de atmosfeer en geven dit door aan de uitgeputte grond. Maar als erosie vrij spel heeft, kunnen de voormalige akkers netto juist méér broeikasgassen uitstoten. Volgens professor Rattan Lal van Ohio State University heeft de landbouwgrond wereldwijd al 50 tot 70 procent van z’n koolstofvoorraad verloren,

Herstel van landbouwgrond kan betekenen dat inheemse vegetatie terugkeert. Ook kunnen boomplantages worden aangelegd en regeneratieve (biologische) landbouwmethoden worden toegepast. In het algemeen geldt dat hoe erger het land is aangetast, hoe omvangrijker de initiële herstelwerkzaamheden. In minder extreme gevallen kan het herstel worden overgelaten aan de natuur (passief herstel).

Passieve methoden kosten weinig geld, maar veel tijd. Actief herstel is arbeidsintensief en duurder, maar wel nodig om de teelt nieuw leven in te blazen. Actief herstel versnelt de productiviteit, vergroot de mogelijkheden voor koolstofopslag en zorgt dat de grond weer sneller ecosysteemdiensten kan leveren aan de mens. Een combinatie van deze twee strategieën beperkt de kosten.

Landbouwgronden kunnen 88 tot 110 miljard ton koolstof opnieuw vastleggen, is de schatting

Er zijn weinig prikkels om het herstel van landbouwgrond te bespoedigen. De kosten zijn aanzienlijk en op de korte termijn is het rendement op de investering laag, omdat het een tijdrovend proces is. Om het voor grondbezitters aantrekkelijk te maken de noodzakelijke veranderingen door te voeren zonder hun bedrijf op het spel te zetten, is financiële steun in de vorm van subsidies noodzakelijk.

Verlaten landbouwgronden bieden de mogelijkheid om de voedselzekerheid, het levensonderhoud van boeren en de gezondheid van ecosystemen te verbeteren en tegelijkertijd koolstof aan de atmosfeer te onttrekken. Professor Lal schat dat landbouwgronden wat bijdraagt aan de kwaliteit van het land, de bodemvruchtbaarheid, de biodiversiteit en de waterkringloop.

De bodem herstelt zich ook zonder menselijk ingrijpen, maar dat kan lang duren. Met hulp van experts kunnen de economische, sociale en ecologische voordelen van grondherstel sneller worden bereikt. Op dit moment raakt te veel voormalige landbouwgrond in volledige vergetelheid. De wereld en toekomstige generaties boeren hebben baat bij het herstel en herontginnen van deze verwaarloosde aardse activa.

Impact van deze maatregel

Momenteel is 0,4 miljard hectare landbouwgrond opgegeven vanwege bodemdegradatie. Volgens onze schatting kan in 2050 172 miljoen hectare worden hersteld en geschikt gemaakt voor regeneratieve, duurzame landbouw, dan wel voor andere productieve, koolstofvriendelijke landbouwsystemen. Dit leidt tot een totale afname van de CO2-uitstoot van 14,1 gigaton.

Met een investering van 72 miljard dollar zou deze oplossing een financieel rendement van 1,3 biljoen dollar over een periode van dertig jaar kunnen opleveren en daarnaast nog eens 9,5 miljard ton aan voedsel.

Deze maatregelen zijn aangepast en ingekort voor publicatie op De Correspondent. De van Drawdown is verschenen bij uitgeverij mauritsgroen•mgmc.

Meer lezen?

Dit recept tegen ontbossing klinkt te mooi om waar te zijn (en toch is het dat niet) Een simpel plan van een Nederlandse suikerexpert kan een einde maken aan de rampzalige ontbossing in Ethiopië. Een proefproject bij een voormalige Nederlandse fabriek zou de haalbaarheid demonstreren. Een hooggeplaatste Ethiopische adviseur heeft het plan deze maand enthousiast omarmd. Lees het verhaal van Dick hier terug Zo kunnen we fossiele brandstoffen verruilen voor schone energie Om klimaatverandering tegen te gaan, moeten we over op ‘een volledig ander systeem’, wordt vaak geroepen. Overweldigend – maar dat hoeft niet. Het boek Drawdown, dat onlangs in het Nederlands verscheen, geeft een overzicht van honderd concrete klimaatmaatregelen. Komende weken publiceren we de interessantste. Deze week: drie manieren om over te gaan op schone energie. Lees het verhaal van Jelmer hier terug Dit gigantische onderzoek gaat niet over het klimaatprobleem, maar alléén over oplossingen ‘Drawdown’ is een onderzoek – en een bestseller – waarin honderd maatregelen zijn beschreven die klimaatontwrichting tegengaan. Daarvan zullen we er de komende maanden een aantal presenteren op De Correspondent. We gingen in gesprek met Sven Jense, die het boek naar Nederland haalde. Lees het verhaal van Johannes hier terug