‘In Europa zijn mensen die migranten helpen niet langer helden maar criminelen’, kopten mijn collega Tomas Vanheste en ik enkele maanden geleden. Want, zo ontdekten we, in toenemende maten lopen mensen die migranten helpen in Europa het risico een rechtszaak aan hun broek te krijgen. In 2017 werden er 20 mensen voor de rechter gesleept, in 2018 al 89.
Vandaag gaat een groep advocaten in de tegenaanval. Ze klagen Griekenland aan bij het Europees Hof voor de Rechten van den Mens, voor het vervolgen van reddingswerkers.
De zaak wordt gebracht namens de Deense Salam Kamal-Aldeen, oprichter van de ngo Team Humanity, die op het Griekse eiland Lesbos lekke rubberbootjes naar de kust hielp.
Op 14 januari 2016, in de vroege ochtend, gaat Aldeen met zijn crew op zoek naar twee rubberbootjes die een noodsignaal hebben afgegeven. Aldeen seint, zoals altijd als ze zulke reddingspogingen doen, de Griekse kustwacht in. Maar voor ze de boten in nood vinden, komt een militair schip langszij dat hen naar de kust begeleidt. Eenmaal aan land worden de vrijwilligers gearresteerd voor mensensmokkel.
Ruim twee jaar mogen Aldeen en zijn Spaanse collega’s in afwachting van het proces het Griekse eiland niet verlaten. Op 8 mei 2018 worden ze vrijgesproken.
Nu klagen ze Griekenland aan.
Een uitspraak van het Europees Hof in Straatsburg kan jaren duren. Maar het zou de politieke discussie of migranten redden hulp of smokkel is, voor eens en voor altijd kunnen beslechten.
Volgende week breng ik op De Correspondent een groot verhaal over een andere, eveneens zeer explosieve zaak, die dezelfde advocaten in Straatsburg hebben aangespannen. Net als deze zaak zou die grote gevolgen kunnen hebben voor het Europees migratiebeleid.