Bedenk maar eens een beter doelpunt dan de 4-0 van Liverpool tegen Barcelona
Ergens deze zomer landt hopelijk het besef dat Ajax dit seizoen een schitterende, inspirerende prestatie heeft neergezet, die een groot deel van het land op een of andere manier verenigde – tot woensdagavond laat.
Het cliché dat niets onmogelijk is – een cliché waarin ik niet echt geloofde – blijkt toch waar. Liverpool bewees het tegen Barcelona, Tottenham bewees het tegen Ajax, en Ajax bewees het tegen de economische wetten – al het hele seizoen. N.B.: in augustus vorig jaar werd het bereiken van de groepsfase al als een puike prestatie beschouwd.
Er was na afloop wat kritiek te horen op wat keeper André Onana (‘dat krijg je van het tijdrekken’) en verdediger Lisandro Magallan (‘glijdt op het cruciale moment uit’) deden vlak voor de 2-3 van Lucas Moura. (Matthijs de Ligt tikt de bal trouwens voor de voeten van Dele Alli, die daarna Moura inspeelt, maar daarover niets.) Ik snap die reacties wel, maar toch vind ik het denkfouten. Het is zinloos om alleen of vooral te kijken naar fouten vlak voor het einde van de wedstrijd.
Als de tegenaanval van Spurs bij de 2-1 meteen ongedaan was gemaakt, als Onana en Schöne elkaar bij de 2-2 niet in de weg hadden gestaan, en als Lucas Moura niet alles goed had gedaan in een onmogelijk kleine ruimte, of als Nick Viergever in december Mauro Icardi niet van scoren had afgehouden, dan was datgene wat misging bij de 2-3 niet van belang geweest.
De ochtend van de wedstrijd publiceerde ik een stuk waarin ik met Sjors Ultee keek naar Ajax’ focus op de omschakeling en de tactische concepten restverdedigen en restaanvallen. International Stefan de Vrij gaf onder het stuk ook commentaar.
Een van de beste goals ooit?
Lucas Moura* gaat niet snel een gedenkwaardigere wedstrijd spelen of een gedenkwaardigere goal scoren dan woensdag, al krijgt hij op 1 juni in de finale tegen Liverpool weer een goede gelegenheid. Maar wat bepaalt eigenlijk de ‘kwaliteit’ van een doelpunt?
Als je doelpunten rangschikt aan de hand van drie criteria, te weten 1) het belang van de wedstrijd, 2) het belang van het doelpunt in de wedstrijd, en 3) de schoonheid van het doelpunt, dan is het moeilijk een betere goal te bedenken dan de 4-0 van Divock Origi tegen Barcelona.
Voor de fictieve lezer die het doelpunt niet heeft gezien: Origi scoorde uit een plotseling door Trent Alexander-Arnold genomen corner, tot verrassing van vrijwel iedereen, behalve Alexander-Arnold en Origi. Het was de beslissende** goal, in een onwaarschijnlijke comeback, tegen de ploeg van de beste speler van wereld, in de halve finale van het zwaarste voetbaltoernooi ter wereld.
In het algemeen wordt het heden overgewaardeerd, in het voetbal wordt het eerder ondergewaardeerd. Ik zou zeggen: een betere goal dan die van Origi is lastig te vinden. (Moura’s goal tegen Ajax scoort wel erg hoog op criteria 1 en 2.) Ongetwijfeld zie ik diverse goals over het hoofd. Ken je een betere goal, of betere criteria? Ik hoor het graag.
En nu we toch bezig zijn: was er ooit een betere editie van de Champions’ League dan die van dit jaar?
Wat is mooier: opzet of intuïtie?
Er was na afloop discussie over de opzet van Origi’s goal. De discussie ging over de vraag of de goal ‘ingestudeerd’ was, of een spontane actie. ‘TAA’ verschafte na afloop duidelijkheid: het was instinctief.
Jammer, kun je zeggen, maar ik vind het mooi. Je kunt veel plannen en een deel van de goal was ook gepland. De ballenjongens van Liverpool waren geïnstrueerd om de bal zo snel mogelijk klaar te leggen, omdat de videoanalisten van Liverpool hadden gezien dat Barcelona’s spelers continu aan het zeuren waren na beslissingen van de scheidsrechter.
Maar binnen die randvoorwaarden, waar Alexander-Arnold zich niet bewust van was, moeten de spelers het zelf doen. Voetbal is nu eenmaal veel meer een spelerssport dan een trainerssport, waarin niet alles te controleren is en het initiatief vooral bij de spelers ligt. En als een van de belangrijkste wedstrijden van het jaar wordt beslist door een niet-ingestudeerde trapveldjesslimheid, dan vind ik dat toch mooier.
Gezien mijn scheidsrechtersfetisj van de laatste tijd bekeek ik de goal trouwens ook vanuit het perspectief van de scheidsrechter, Cüneyt Çakir. Die was, in tegenstelling tot de spelers van Barcelona, wel alert. Hij twijfelde geen seconde om de goal toe te kennen.
Dat lijkt heel gewoon, en natuurlijk heb je de VAR nog achter de hand, maar stel je eens voor dat je als scheidsrechter een paar tienden van een seconde je concentratie laat verslappen, omdat je moe bent. Nog meer scheidsrechterswaardering: het sprongetje dat Felix Brych maakt om de situatie bij Moura’s derde goal te kunnen zien – check de foto in dit stuk van de New York Times over Ajax-Spurs.
Werkloze coaches zijn de beste coaches
Harde overgang #1: als een trainer bij een club zit, is het lastig om als journalist een afspraak met hem te maken. Laat staan een rustig en diepgaand gesprek te hebben. Trainers zonder baan zijn veel beter benaderbaar. Tenminste, als je meer interesse hebt in hun werkwijze dan in hun baan op dat moment.
Vandaar dat ik vorig jaar december met Nikos Overheul en Pieter Zwart een gesprek hadden met de toen nog werkloze Peter Bosz. The Coaches’ Voice deed iets soortgelijks: het benutte José Mourinho’s ledigheid om hem een wedstrijd te laten analyseren. In deze video legt hij uit hoe hij in 2010 met Inter Milan in de Champions League Barcelona versloeg. Zeer de moeite.
Ik stuitte op een struikelsteen
Harde overgang #2: ik heb een beetje last van rsi-achtige klachten, en ben daarom wat gaan wandelen in de wijk waar ik woon, Oog in Al in Utrecht. Toevallig zag ik in de Franz Schubertstraat het onderstaande bronzen tegeltje.
Het bleek een zogeheten Stolperstein, een struikelsteen, bedoeld als hommage en herinnering aan slachtoffers van de nazi’s. Overal in Europa liggen zulke steentjes. In Oog in Al bleken er acht te liggen, en ze deden precies waarvoor ze zijn bedoeld.
Namelijk: dat je de mensen die erop staan, herdenkt. Over Klaas Postma was meer te vinden dan over andere slachtoffers, omdat hij oprichter was van de verzetsgroep de Oranje Vrijbuiters.
Lees-, kijk-, en luistertips
- David Epstein is een van mijn favoriete journalisten. Weinigen schrijven zo boeiend over wetenschap en sport als hij. Eind mei verschijnt zijn nieuwe boek Range, waarin hij uitlegt waarom het beter is om een generalist dan een specialist te zijn. The Atlantic publiceerde een voorpublicatie uit het boek, over de moeilijkheid van voorspellen. Een aanrader.
- Omar Chaudhuri van voetbalconsultancy 21st Club (volgtip) werd geïnterviewd over de vraag of sport een cijferspel is.
- De Wall Street Journal schreef over de brain drain bij de Houston Astros, de slimste ploeg van de Major League Baseball.
- Simpel idee, goede uitvoering, prachtig resultaat: The Athletic sprak met Wayne Rooney over zijn vrijetraptechniek.
- Michel Doodeman van Vice Sports – waar ze met een mooie serie opmerkelijke verhalen bezig zijn – ontdekte niet alleen dat AG Caen zijn trainer had vervangen door fans die de opstelling maakten – hij werd zelf zo’n fan die de opstelling maakte.
- Het momentum is onze kant opgedraaid: de Duitse voetbalbond DFB maakte een tactische analyse van Frenkie de Jong.
- Frank Heinen schreef een ode aan de groetjes van Frenkie.
- Rosanne Hertzberger wil haar kinderen niet als slachtoffer opvoeden, legde ze in haar prachtige 5 mei-lezing uit. Ze schreef trouwens ook een nieuw boek over wetenschap, waarover ze vertelde op Radio 1.
- De nieuwe aflevering van Michael Lewis’ podcastserie Against the Rules gaat over rechters, met onder meer primatoloog Frans de Waal en het tot voor kort rechterloze Oezbekistan.
- Lewis recenseerde trouwens het boek dat schrijfster Harper ‘To Kill A Mockingbird’ Lee had moeten schrijven, maar niet schreef: het onwaarschijnlijke verhaal van de moordenaar-oplichter Willie Maxwell.
- Ik zou zeggen: kijk Liverpool-Barcelona integraal terug. Jonathan Liew van The Independent schreef een uur na de wedstrijd dit schitterende verslag. Jack-Pitt Brooke schreef een prima stuk na Ajax-Tottenham.
- John Lanchester schreef twaalf jaar geleden een geweldig stuk over klimaatverandering.
Met de groetjes van ons.
*Feit: Lucas Moura is rechtsbenig, schoot dit seizoen in de Champions’ League drie keer met zijn linkerbeen, en dat waren de drie goals tegen Ajax.
**De laatste, ‘beslissende’ goal van Moura is niet per se belangrijker dan de eerste of de tweede. De 2-3 heeft wel hogere dramatische waarde, mede door de timing, want het was effectief een knock-out doelpunt. (Die van Origi weer niet, want er waren nog tien minuten te spelen toen.)