Deze topambtenaar uit Ivoorkust houdt Europa een spiegel voor: het migratiedebat zit vol hypocrisie, leugens en racisme
Issiaka Konate is gefrustreerd. Het Europese migratiedebat heeft racisme salonfähig gemaakt. En dat terwijl iedereen baat kan hebben bij migratie. Gesprek met een uitgesproken diplomaat, die vindt dat de EU veel van Ivoorkust kan leren.
‘De minst corrupte ambtenaar van West-Afrika.’ Zo werd Issiaka Konate voor het eerst aan mij omschreven, door een hooggeplaatste Europese diplomaat in Ivoorkust. En in de volgende zin als ‘gefrustreerd’. Gefrustreerd over de manier waarop Europese media zijn vakgebied, migratie, verslaan.
Betrouwbaar en gefrustreerd. Die man moet ik spreken, dacht ik direct.
Konate staat aan het roer van de Direction Générale des Ivoiriens de l’Extérieur. Een directoraat van het ministerie van Afrikaanse Integratie. Hij is hét aanspreekpunt voor alle Ivorianen in het buitenland.
En hij is, zo blijkt zodra ik hem ontmoet, boos. Boos over hoe er in Europa over migratie wordt gesproken. Over de onwaarheden die er verspreid worden. En vooral: over de manier waarop het thema ‘migratie’ een manier is geworden om openlijk racistisch te zijn.
Konate tapt uit twee ervaringsvaten: allereerst is hij zelf migrant geweest. Hij studeerde in Frankrijk, woonde in het Verenigd Koninkrijk. Trouwde met een Française. En is nu zo’n zes jaar terug in de grootste stad van Ivoorkust, Abidjan.
Daarbij is hij als baas van zijn directoraat in feite de hoogste migratieambtenaar in Ivoorkust. De Ivoriaanse overheid kent geen apart ministerie voor migratie. Er is het ministerie van Binnenlandse Zaken, waarvoor migratie vooral een veiligheidsprobleem is, het ministerie van Buitenlandse Zaken, dat de diplomatieke kant doet en het ministerie van Planning en Ontwikkeling, dat over het verband tussen migratie en ontwikkeling gaat. Dan heb je de speciale commissie voor kinderhandel en mensensmokkel, die direct onder de First Lady valt en het ministerie van Afrikaanse Integratie, waar Konate onder valt.
Al die versnippering kan nogal verwarrend zijn, geeft Konate lachend toe. ‘Maar we hebben in Ivoorkust een gezegde: als er veel vlees in de soep zit, kan het nooit misgaan. Met andere woorden: hoe meer mensen op migratie werken, hoe beter dat zou moeten zijn.’
In de praktijk betekent de versnippering: iedereen die iets wil doen op het gebied van migratie, komt bij Konate terecht. De go-to person voor elke Europeaan die migratiebudgetten moet uitgeven in Ivoorkust, noemt een internationale hulpverlener hem. Ik zie het in de paar uur die ik in zijn kantoor doorbreng: zijn secretaresse komt meermaals binnen met roze mappen vol papieren over internationale meetings en workshops die getekend moeten worden.
Tussen die mappen door leer ik een indrukwekkende man kennen, die Europa een pijnlijke spiegel voorhoudt.
Een gesprek over de menselijke natuur, over beeldvorming, en over waarom Afrikanen wel huilen om de Notre Dame, maar Europeanen niet om Timboektoe.
Niet alle Afrikanen komen naar Europa
‘De grootste misvatting over migratie is dat alle Afrikanen naar Europa willen komen’, steekt Konate van wal, nog voor ik goed en wel ben gaan zitten. We ontmoeten elkaar in zijn bescheiden kantoor in de chique wijk Cocody, in Abidjan. Aan de muur een foto van Konate die de president een hand schudt.
‘Kijk om je heen, kijk naar het verkeer hier! We zijn niet allemaal op weg naar Europa, we leven hier. Bijna 90 procent van alle migranten blijft binnen de eigen regio.* Dat is bekend, onderzocht. Maar toch laten de media en rechtse politici in Europa een heel ander beeld zien.’
Waar komt dat beeld dan vandaan, denkt u?
‘Gevaarlijke rechts-populisten houden dat beeld in stand. En ze worden geholpen door journalisten als Stephen Smith, die beweren dat de huidige bevolkingsgroei in Afrika ertoe leidt dat Afrikanen in de toekomst massaal naar Europa komen. Ik zat in december met Smith in een debat op de Franse radio, en heb letterlijk tegen hem gezegd: “Bedankt voor het schrijven van een handboek voor extreemrechts, gebaseerd op geen enkel feit!” Er zijn zoveel experts in dit veld die gaten in zijn verhaal schieten.* Maar hij blijft gewoon onwaarheden verspreiden en geeft ons de schuld: wij krijgen te veel kinderen.’
Is dat dan niet zo?
‘Natuurlijk, we hebben demografische problemen in Afrika: mensen moeten niet meer kinderen krijgen dan ze kunnen voeden. Maar als die kinderen gewoon in Afrika blijven, is het onze eigen zaak, niet die van Europa.’
Maar ik bedoel: is dat dan niet zo, dat de oorzaak van de migratie naar Europa in Afrika ligt?
‘Wat mensen de migratiecrisis noemen, is pas ontstaan nadat Libië in chaos uiteenviel na de val van Kadhafi. En welk Afrikaans land is daarvoor verantwoordelijk? Geen enkel. Er woonden meer dan 63 nationaliteiten in Libië, Ivorianen werkten er een paar jaar en kwamen dan terug. Die wilden helemaal niet naar Europa. Al deze “migratieproblemen”, tussen aanhalingstekentjes, zijn begonnen toen de Europeanen Kadhafi eruit gooiden.’
‘Wat mij steeds het meest verbaast, is dat ontwikkelde landen nooit in de spiegel kijken. Neem milieuvervuiling: Afrikanen zijn niet de grootste vervuilers, dat is het Westen. Maar wij merken wel het eerst de gevolgen van die vervuiling, wij betalen de prijs. Dus zullen mensen hier zich blijven verplaatsen. Als zelfs dieren intelligent genoeg zijn om te migreren als er geen water meer is, waarom zouden mensen niet hetzelfde doen? Je kunt niet verwachten dat mensen op dezelfde plek blijven als hun grond verdroogt en hun gewassen sterven.’
Ziet u klimaatverandering dan als een van de grondoorzaken van migratie?
‘Nee! Als er één grondoorzaak van migratie is, is het de menselijke natuur. Mensen verplaatsen zich nu eenmaal.’
Elk mens streeft naar hetzelfde
‘Wat mij betreft zijn nationaliteiten en grenzen passé, het zijn oude concepten’, vervolgt Konate. Hij trekt zijn grijs-gestreepte colbert uit, doet de airco aan en leunt voorover in zijn stoel. Hij is op stoom.
‘Er is niet meer zoiets als “de” Afrikaanse jeugd of “de” Europese jeugd. Er is gewoon jeugd. Punt. Want ongeacht je wortels, je huidskleur, waar je vannacht hebt geslapen: alle jongeren willen hetzelfde. Of ze nu geld hebben of niet, ze willen een lekkere croissant, een mooie iPhone, een toffe auto. Dat is geen Afrikaans verlangen, het is een menselijk verlangen. Iedereen streeft ernaar iets beters van zichzelf te maken. Of dat nu Polen zijn die in Nederland gaan werken, Ieren die naar Amerika gaan of Ivorianen die door de Sahara naar Italië reizen. Ze willen allemaal hetzelfde.’
‘Natuurlijk wil ik niet dat Ivorianen misbruikt worden door mensensmokkelaars, of doodgaan onderweg naar Europa. En daar werk ik ook hard aan, om dat tegen te gaan. Maar ik accepteer dat het een menselijke basisbehoefte is om je sociaal-economische conditie te verbeteren. Ik snap dat en respecteer dat.’
‘Het idee dat we migratie kunnen stoppen is zot, dat kan niet. We zouden de Italiaanse premier hier eens moeten uitnodigen zodat hij kan zien hoeveel Italianen hier in Ivoorkust wonen. Of neem de Polen. Er wonen 900.000 Polen in het Verenigd Koninkrijk. Er zijn niet eens zoveel Ivorianen over de hele wereld verspreid! En toch klaagt Polen over ons, Afrikanen…’
‘We moeten stoppen met dat soort hypocrisie, zodat we kunnen zorgen dat iedereen baat heeft bij migratie – landen van oorsprong, doorreislanden én bestemmingslanden.’
Waar komt die hypocriete houding vandaan, denkt u?
‘Er is één filmpje dat ik nooit zal vergeten. Het is gefilmd met een mobieltje. Je ziet een kleine opblaasboot met zo’n twintig migranten aankomen op het strand van Ceuta, die Spaanse enclave in Marokko. De mensen die op het strand liggen te zonnen zien de boot, springen op en rennen gillend weg.’
‘Wat als er twintig witte mensen in een klein bootje op het strand zouden aankomen? Zouden zonaanbidders dan wegrennen? Nee, natuurlijk niet. En daar word ik dus verdrietig van. Want dat is waar het hele migratiedebat op neerkomt: racisme.’
Racisten kunnen zich verstoppen achter migratie
U zegt dat wie tegen migratie is, een racist is?
‘Zeker niet. Wat ik zeg, is dat het migratiedebat racisme salonfähig heeft gemaakt. Dat het racisme als het ware bevrijd heeft uit het verdomhoekje. Racisten verstoppen zich achter het woord “migratie”. Ze zeggen tegen migratie te zijn, maar ze bedoelen dat ze tegen meer zwarte mensen in hun land zijn. Maar dat hoeven ze dan niet hardop te zeggen, ze kunnen gewoon tegen “migranten” zijn. Alsof dat geen mensen zijn.’
‘En hoe normaler het wordt om allerlei beledigingen tegen “migranten” te uiten, hoe makkelijker het wordt om bijvoorbeeld een zwarte minister – die gewoon Frans is – met een chimpansee te vergelijken. Het migratiedebat heeft daar de brandstof voor geleverd.’
Mensen zijn bang voor verandering, bang voor wat ‘anders’ is. Dat is toch ook menselijk?
‘Maar we zijn niet anders, dat is nu juist het hele punt. We willen precies hetzelfde in het leven. Als je zegt, racisme is menselijk, zeg je in feite dat mensen er niks aan kunnen doen. Dat weiger ik te accepteren. Mensen noemen iemand niet een aap omdat ze onwetend zijn, ze doen dat omdat ze die persoon pijn willen doen. We moeten stoppen met excuses te verzinnen voor racisten. Ik heb dingen in de Europese media gehoord die je in Ivoorkust nóóit op televisie over een buitenlander zou kunnen zeggen. En woorden doen pijn – het is hetzelfde als iemand neerschieten met een pistool.’
Doet het u ook pijn?
‘Nee. Mij persoonlijk doet het geen pijn. Ik heb hier in mijn land geweldige kansen gekregen. Ik kan tegen mensen zeggen: Google mij maar. Dan zie je geen foto van een aap, zal ik maar zeggen.’
‘Maar het doet me wel pijn dat mensen steeds banger voor elkaar worden. Soms maak ik me zorgen over mijn dochter. Mijn vrouw is Frans, mijn dochter heeft een Afrikaanse én een Franse achternaam. Ik wil niet dat ze zich een kleur hoeft te voelen – zwart of wit. Ik wil dat ze gewoon een mens kan zijn.’
Creëert Europa zo vijanden in Afrika?
‘Kijk, op dit moment houden Afrikanen nog steeds van Europeanen alsof het hun broers en zussen zijn. Wij zijn opgegroeid met het zingen van de Marseillaise, met het idee dat we een Franse auto moeten kopen en Franse wijn moeten drinken. We vieren nog altijd Franse feestdagen. Hier huilden ook mensen toen de Notre Dame afbrandde.’
‘Maar niemand beantwoordt die liefde. Heb jij Europeanen zien huilen toen Timboektoe in de fik stond? Toen er eeuwenoud erfgoed verloren ging? Heb je ook maar één Europees bedrijf horen zeggen: wij helpen bij de wederopbouw? Ik zou willen dat er een meer wederzijdse liefde zou opbloeien.’
Heeft Europa die liefde nodig?
‘Je moet niet denken dat Afrikanen geen westerse media volgen. In elk afgelegen dorpje in Ivoorkust ontvangen mensen Canal+. En de mensen begrijpen wat Europeanen over hen zeggen. Er zijn tegenwoordig geen grenzen meer voor woorden. De rechts-populisten bij jullie geven Afrikanen redenen om Europa te haten – jullie maken het makkelijk voor terroristen om mensen te rekruteren.’
‘Jullie zijn iets aan het kapotmaken wat jullie nodig hebben. Europeanen denken altijd dat Afrika Europa nodig heeft, maar ik durf te zeggen dat Europa Afrika méér nodig heeft. Wij hebben de hulpbronnen. Wij hebben de groeiende markt, de groeiende economie. Kijk naar Air France: hun belangrijkste vlucht gaat naar Abidjan, zeventien keer per week! En denk maar niet dat die vluchten vol zitten met illegale migranten – die zitten vol met zakenmensen.’
‘Bovendien’, voegt hij bijna terloops toe, ‘kunnen jullie van ons leren.’
Ivoorkust als voorbeeld voor Europa
Wat kan Europa van Ivoorkust leren op het gebied van migratie?
‘Ik hou van Ivoorkust, niet omdat ik hier vandaan kom, maar om hoe we omgaan met iedereen die hier niet vandaan komt. Ivoorkust is een soort klein Afrika: bijna een kwart van onze bevolking komt uit het buitenland. Omdat we deel uitmaken van de ECOWAS, die net als de Europese Unie de vrije beweging van haar burgers toelaat, mag elke ECOWAS-burger in Ivoorkust komen wonen en werken. En die buitenlanders zijn verantwoordelijk voor zo’n 20 procent van ons bnp! Zij ontwikkelen ons land.’
Met ‘buitenlanders’ doelt Konate hier niet alleen op grote westerse oliebedrijven of multinationals, maar ook op kleine boeren en handelaren uit Burkina Faso, Mali, Guinea en andere West-Afrikaanse landen.
De eerste president van Ivoorkust, Félix Houphouët-Boigny, gaf het startschot voor deze ontwikkeling toen hij direct na de onafhankelijkheid in 1960 verklaarde dat het land in Ivoorkust toebehoort aan wie erop werkt. Met andere woorden: buitenlanders werden uitgenodigd om in Ivoorkust de akkers te telen, in ruil voor grond.
Tienduizenden boeren uit buurlanden gingen cacao verbouwen in het zuidwesten van het land, en met succes: Ivoorkust groeide in de jaren zeventig uit tot de grootste exporteur van cacao wereldwijd, de economische groei die dit met zich meebracht leverde haar de bijnaam ‘het Wonder van Afrika’ op.
‘Wij danken onze ontwikkeling ook aan buitenlanders’, zegt Konate. ‘Als we onze hersenen een beetje gebruiken, zien we dat we niet elke buitenlander een dief kunnen noemen. Migranten werken en ze geven meer dan 85 procent* van wat ze verdienen uit in het land waar ze wonen. Dat is dus een gigantische economische impuls.’
Maar Ivoorkust heeft toch ook een geschiedenis van buitenlanderhaat?
‘Ja, dat klopt, wij hebben ook zo onze problemen gehad. De buitenlandse boeren werden natuurlijk steeds rijker, en toen de economie in de jaren tachtig stokte, zagen politici in hen een makkelijke zondebok en werden ze steeds meer gediscrimineerd. Politici gingen de term ‘Ivorité’ gebruiken – Ivoriaansheid – om aan te geven hoe ‘puur’ Ivoriaans iemand was. Het was in feite een haatcampagne tegen buitenlanders en noorderlingen.’
Toen Laurent Gbagbo in 2000 werd verkozen tot president, moedigde hij ‘echte’ Ivorianen aan hun land terug te nemen van de ‘buitenlandse’ boeren. Met een burgeroorlog tot gevolg.
De belangrijkste oppositiekandidaat, Alassane Ouattara, werd door Gbagbo ook beschuldigd een ‘buitenlander’ te zijn. Inmiddels is Ouattara sinds 2010 president.
Is die buitenlanderhaat nu helemaal verdwenen in Ivoorkust?
‘Voor een groot deel wel, geloof ik. Het zijn nooit gewone mensen die zomaar hun buren gaan haten, het zijn politici die zondebokken creëren om hun eigen fouten te maskeren. De gewone Ivoriaan heeft geen enkel probleem meer met buitenlanders. '
Maar in de Ivoriaanse media hoor je toch nog altijd ‘la migration est un fléau’. Ofwel: migratie is een pest. Dat klinkt nog erg negatief, toch?
Konate geeft geen direct antwoord. ‘Kijk’, zegt hij dan, ‘de automonteur op de hoek is geen Ivoriaan, die vrouw die voor de deur mango’s verkoopt is geen Ivoriaan, maar dat kan mensen niets schelen. Als je hier in een ziekenhuis komt, vragen ze niet om je paspoort voor ze je behandelen. In de moskee of in de kerk vraagt niemand waar je vandaan komt. In mijn appartementencomplex zijn twee beveiligers in dienst en een schoonmaakster die niet uit Ivoorkust komen. Dat is ook niet belangrijk, het gaat erom dat ze hun werk goed doen. Ik ben trots op dit land, iedereen kan zich hier thuis voelen.’
Migratie kan een win-winsituatie zijn
‘Het idee dat er een land kan zijn waar alleen witten leven, en een land met alleen zwarten, is onzinnig. We moeten onze ogen openen en kijken hoe we migratie het beste kunnen managen’, vervolgt Konate. Hij zucht, en leunt achterover met zijn handen op zijn hoofd. De houding houdt het midden tussen ‘duidelijk toch?’ en ‘man, wat een werk gaat dat zijn’.
En hoe moet dat dan volgens u, migratie goed managen?
‘We moeten win-winsituaties creëren, en dat is echt niet zo moeilijk. Heeft Frankrijk vijftigduizend mensen nodig om in verzorgingstehuizen te werken? Die hebben wij hier. Die mensen kunnen gaan werken, geld verdienen en weer teruggaan naar hun families. Als deze opties er zijn, zullen Afrikanen ook betere beslissingen maken over wel of niet migreren. Migratie moet een keuze zijn, niet een wanhoopsdaad.’
Meer tijdelijke werkvisa. Het standaard antwoord hierop is in Europa: daar is geen politiek draagvlak voor.
‘Dan moeten wij dat draagvlak creëren. Als wij kunnen aantonen dat het voor iedereen beter is, en het goede voorbeeld geven, kunnen we het gesprek veranderen. Migranten zullen er altijd zijn, dus moeten we het hebben over hoe we migranten het beste kunnen integreren. Zodat er geen wantrouwen tussen gemeenschappen ontstaat. Ik wil in een wereld leven waarin ik geen wit persoon over straat zie lopen, maar een persoon. Als dat lukt, volgt de rest vanzelf.’
Europa stuurt nu veel ontwikkelingsgeld naar landen als Ivoorkust om ‘potentiële migranten’ hier te houden. Wat vindt u daarvan?
‘Volgens mij is er een fundamenteel verschil tussen hoe de EU naar migratie kijkt en hoe wij in Afrika naar migratie kijken. De EU ziet migratie als een veiligheidsprobleem. Wij zien het als een ontwikkelingskans en een hulpbron.’
‘Ik ben nu volop bezig een coherent migratiebeleid op te stellen voor Ivoorkust. We worden hierin gesteund door Europa. Maar wat mij betreft is het cruciaal dat Afrikaanse landen migratiebeleid invoeren dat ze zelf kunnen financieren. Want zolang de EU ons beleid betaalt, zal zij de aanpak bepalen.’
‘Kijk, wij zijn geen ontwikkeld land, we hebben nog altijd problemen met schoon drinkwater, onderwijs, etcetera. Maar we zijn écht op de goede weg de afgelopen jaren. Kijk om je heen naar de infrastructuur in Abidjan: goede wegen, goede elektriciteitsvoorziening. En toch zijn er meer Ivoriaanse migranten die naar Europa gaan, dan bijvoorbeeld migranten uit het straatarme Niger. Van die Ivoriaanse migranten had 80 procent een baan voordat ze vertrokken. Ons beeld dat mensen vertrekken uit pure armoe klopt niet – migratie is veel complexer dan dat. En ontwikkelingshulp – hoewel we dat goed kunnen gebruiken – gaat dat dus niet oplossen.’
Europa moet eens in de spiegel kijken
Gedurende het gesprek begin ik me steeds ongemakkelijker te voelen. Ook ik ben een Europeaan. En Konate heeft met zijn pijnlijke spiegel groot gelijk. Dat ik misschien anders naar migratie kijk dan de grote rechtse partijen in Europa – daar heeft hij geen boodschap aan.
‘Als je nu in Frankrijk komt, kun je nauwelijks meer het verschil zien tussen rechts, links en centrumpartijen’, gaat hij verder. ‘Iedereen praat op dezelfde manier over migratie. Als een bedreiging. Een bedreiging voor wie, vraag ik me steeds af? Hoeveel immigranten nemen de banen van Europeanen in? Ze doen werk dat Europeanen zelf niet willen doen.’
Hoe kan dat beeld worden bijgesteld – van bedreiging naar kans?
‘Door feiten. Dat is moeilijk in deze tijd van sociale media en nepnieuws. Maar ik ben opgegroeid met honderden uren Europese televisie, met geweldige documentaires over de Tweede Wereldoorlog. Nu is het tijd voor Europese journalisten zoals jij om ook fantastisch onderzoek te doen naar migratie. Om de feiten bloot te leggen. Wij hebben vijf keer meer buitenlanders in Ivoorkust dan er Ivorianen zijn in het buitenland! We moeten de waarheid hierover vertellen.’
‘Ik denk ook dat mensen zoals ik een rol te spelen hebben. Er zijn duizenden hoogopgeleide Afrikanen die in Europa gestudeerd hebben, en nu terugkeren naar Afrika.’
Konate rolt zijn bureaustoel naar achteren en duikt voorover achter zijn tafel. Hij komt tevoorschijn met zijn paspoort. Hij laat me de ene na de andere volgestempelde pagina zien.
‘Kijk, ik reis. Ik reis zo veel dat ik een nieuw paspoort nodig heb. Maar waar woon ik? Hier, in Abidjan. En dat wil ik uitdragen. Dat er genoeg Afrikanen zijn die hier een leven voor zichzelf opbouwen.’
Even lijkt het of hij het gesprek op deze positieve noot wil laten eindigen. We schudden elkaar de hand. Maar als ik al de deur uit ben, in het trapportaal, schudt hij toch nog zuchtend zijn hoofd.
‘Ik geloof steeds meer dat er iets mis is met de mensheid. Als ik de emotie zie wanneer een kerk afbrandt, en die vergelijk met de emotie wanneer honderden mensen verdrinken op de Middellandse Zee… dan is er toch iets mis met de mensheid?’
Onder dit stuk gaat Issiaka Konate graag met leden in gesprek. Collega van de technische helpdesk, Najib el Moussaoui, vertaalt jullie vragen naar het Frans. De antwoorden van Konate vertaalt hij terug en publiceren we in zowel het Frans als het Nederlands.