Je kan er de klok op gelijk zetten. In 2012 moest je VVD stemmen om de opkomst van PVV of van links te stuiten. Of op Diederik Samsom om tegenwicht te bieden tegen rechts. Hoe dat afliep is bekend. We kregen Mark Rutte én de PvdA, en Geert Wilders twitterde zijn boodschap vier jaar lang, ongehinderd door regeringsverantwoordelijkheid.

In 2017 was er geen aanzwellend gevoel dat de SP of de PvdA de VVD van Mark Rutte de voet kon dwars zetten. Geen van de ‘linkse’ partijen had de gunfactor als hefboom voor een progressief beleid. Toch bleef de vraag of je niet op de grootste moest stemmen om je stem er zoveel mogelijk toe te laten doen.

Nu 17 maart dichterbij komt en mensen zich afvragen hoe het daarna zal gaan, komt de strategische stemgedachte weer op in de hoofden van mensen die eigenlijk D66, GroenLinks of PvdA zouden willen stemmen. Zelfs mensen die het CDA van Wopke Hoekstra een kans willen geven, overwegen met ogen dicht Rutte te stemmen om Wilders plus Baudet te blokkeren.

Zo krijgt Geert Wilders zijn zin. Ondanks weer vier jaar monotoon en betrekkelijk vruchteloos oppositie voeren is hij onderwerp van veler gedachten. In 140 tekens op Twitter en enkele uithalen in tv-debatten kan hij iedereen gek maken en een paar dagen voorkomen dat een serieuzer gesprek over de koers van het land wordt gevoerd.

Strategisch stemmen. Het lijkt een logische redenering. Vol dienstbaarheid aan het gezond verstand. De VVD is tot nu toe in alle peilingen de grootste. Dus als je hem steunt maar wel wat wilt corrigeren kan je die extra stemmen aan Hoekstra geven en toch de PVV afremmen. Liever nog een paar jaar de premier die je kent dan onze eigen varianten van het Trumpisme aan de knoppen.

Principieel is het ook niet goed

Het lijkt slim, maar is het niet. Ik reken straks voor waarom. Maar er is ook een principiële reden om het niet te doen. Verkiezingen zijn de enige echte opiniepeiling. Bij die gelegenheid kan het Nederlandse volk met de relatieve nuances die ons kiesstelsel met evenredige vertegenwoordiging toelaat zijn voorkeur tot uitdrukking brengen.

Verkiezingen zijn de enige echte opiniepeiling

Wij kiezen geen premier of kabinet. Wij kunnen alleen laten zien aan welke partij met welke mensen en ideeën wij op dit moment de voorkeur geven. In de hoop dat er een kabinet wordt gevormd dat daar enigszins een uitdrukking van is. Met compromissen maar toch ook een onsje van onze voorkeurssaus. Tenzij je stemt op een partij die niet gaat meeregeren – dan hoop je dat die mensen jouw geluid in de Kamer goed laten horen.

Door een andere partij dan je eigen keuze veel meer stemmen te bezorgen dan haar eigen aanhang groot is, verteken je het beeld. De echte mening van de strategische stemmers wordt onzichtbaar. En de begunstigde partij, vaak de VVD, misschien dit jaar het CDA, raakt in de waan dat al die strategische aanwas ook het hele VVD- of CDA-gedachtegoed omhelst, mét het politieke personeel dat erbij hoort.

Het leidt tot zelfoverschatting

Dat leidt steevast tot zelfoverschatting. Daar leden in eerdere decennia het CDA en de PvdA aan. En nu alweer een te lange tijd de VVD. Het leidt tot selectie van bewindslieden uit een te kleine vijver. En er worden meer 130 kilometer-borden geplaatst dan waar de bevolking om vraagt, alleen omdat de VVD denkt dat zij zo reuzepopulair is en ministers kiest uit het eigen kringetje.

Stel dat iedereen z’n eigen voorkeur volgt en er moet een kabinet komen met pakweg vijf partijen, dan wordt de wijn beter gemengd en kan er talent omhoogkomen uit meer partijen. Dan werkt de vertegenwoordigende democratie beter, zowel in het beleid als in de doorstroming van bestuurders.

Ja, maar Wilders plus Baudet 1 en 2 uit het Catshuis weren is belangrijker dan dit soort praktische en principiële overwegingen. We hebben de luxe van de nuance niet meer. Straks breken zij de boel af. En slepen zij Europa mee. Kijk maar naar Trump.

Een ander scenario. Stel, je bent in grote trekken VVD maar je wilt voorkomen dat Rutte te oppermachtig wordt en stemt CDA. Dan denkt het CDA met al die Rutte-stemmen dat zijn opvattingen over het levenseinde meer steun hebben dan in werkelijkheid. Samen met SGP en Christenunie krijgt de anti-abortus-lobby meer wind in de rug.

Ook wie zo redeneert, zou ik willen zeggen: strategisch stemmen is geen goed plan. Er is geen enkele garantie dat die strategische stem haar doel bereikt, terwijl de actie al snel contraproductief uitpakt. Ga maar na.

Als Wilders de grootste wordt

Stel, Wilders wordt toch de grootste. Dan krijgt hij volgens de gebruikelijke aanpak het initiatief bij de vorming van een kabinet. Als Rutte dan als runner-up verreweg de grootste van de rest is, dan is vorming van een kabinet PVV-VVD met bijvoorbeeld FvD en SGP makkelijker dan wanneer Rutte alleen zijn ‘eigen’ stemmen had geoogst.

Voor mensen die eigenlijk CDA, PvdA, D66 of GroenLinks willen stemmen, levert strategisch stemmen dus per saldo een negatief resultaat op. Zij hebben de vorming van een kabinet van of met Wilders makkelijker gemaakt. Terwijl zij beter een alternatief kunnen bieden voor PVV en PVV Light.

Daarom is het ook zo belangrijk dat lijsttrekkersdebatten niet ‘premiersdebat’ worden genoemd. We kiezen geen premier in Nederland.

Stel, Rutte houdt woord, en gaat niet in zee met winnaar Wilders. Dan was een stem op Rutte voor andersdenkenden niet nodig. En een stem tegen Rutte op een tweede keus evenmin. Sterker nog, dan wordt hun eigen overtuiging tekortgedaan en die van de VVD oneigenlijk versterkt. Dat verzwakt de rol van D66, GroenLinks, CDA en de PvdA in een mogelijke coalitie met de VVD. De strategische stemmers hebben dus minder dan niets bereikt.

Als Rutte de grootste wordt

Het kan ook zijn dat de VVD, mede dankzij de strategische stemmers de grootste wordt. Dan weren zij Wilders uit het Catshuis, maar blijft het de vraag of de verleiding niet groot is voor Rutte om via een schijnconstructie toch met de PVV te gaan regeren als coalitiebesprekingen met pakweg CDA, D66, GroenLinks en de Christenunie na maanden niet lukken. Gedogen zit in het nationaal DNA. ‘Landsbelang,’ ‘nood breekt wet,’ ‘erger voorkomen,’ we kennen de alibi’s. Misschien kunnen zij het samen af, misschien hoeft er nog maar één partij bij.

Wat hebben de strategische stemmers in dit laatste geval bereikt? Helemaal niks. En als de VVD de grootste is en niet met Wilders een akkoord bereikt, dan hebben al die kiezers van andere overtuigingen hun eigen partij verzwakt in de onderhandelingen met Rutte.

Een stem op Rutte is een stem op Rutte

Daarom, beste vaderlandslievende strategische stemoverwegers, onthoud dit: een stem op Rutte is een stem op Rutte. Ben je van Ploumen, stem PvdA. Ben je van GroenLinks, stem op Klaver of een ander op zijn lijst. Ben je Kaag-adept, stem D66. Ben je christendemocraat, stem Hoekstra, Segers of Van der Staaij. Enzovoort.

We kiezen in dit land geen regeringsleider en geen coalitie. Ondanks alle bezwaren, de schoonheid van het huidige stelsel is een mate van nuance die ontbreekt in een tweepartijenstelsel. Grijp die kans en stem wat je voelt en wat je denkt. Laat tactiek en strategie over aan de gekozenen die daarna een kabinet moeten vormen.

In mijn Politiek Dagboek probeer ik achtergrond te geven bij het nieuws over politiek en democratie. Het zijn persoonlijke notities bij de actuele gang van zaken. Volgende week kan de invalshoek weer anders zijn.

Meer lezen?

De verkiezingen zouden moeten gaan over welke overheid wij wensen – tijdens én na corona De coronacrisis heeft blootgelegd wat al zichtbaar was: dat de overheid een ondergewaardeerde en overvraagde huissloof is voor politiek Den Haag. Maar de verkiezingen gaan niet over hoe we omgaan met de overheid en amper over het daardoor vaak rammelende coronabeleid. Politiek Dagboek over hoe de verkiezingen nog zinvol kunnen worden. Lees het artikel Hoe gepolariseerd is Nederland? Kunnen wij ‘de ander’ nog wel beoordelen op de inhoud, of gaat het er steeds meer om welk politiek shirtje hij of zij aan heeft? En is polarisatie eigenlijk wel zo slecht? We spreken erover met politicoloog Armèn Hakhverdian. Beluister de podcast