Oekraïne is de graanschuur van de wereld – en dat weet Poetin maar al te goed
De export van graan uit Oekraïne was in maart vier keer kleiner dan in februari, voor de Russische inval. Het Oekraïense graan voedt normaal gesproken grote delen van de wereld – en dat helpt verklaren waarom Poetin de macht in Oekraïne wil grijpen.
Wat verbindt de recente invasie van Oekraïne door Rusland met de Arabische Lente, de val van de Sovjet-Unie, het Russische imperium van Catharina de Grote, het Romeinse Rijk én het oude Griekenland?
Graan. Uit Oekraïne, om specifiek te zijn.
De vlag van Oekraïne symboliseert niet voor niets een blauwe lucht boven gouden tarwevelden.* Al vijfduizend jaar voedt het Oekraïense graan talloze mensen, van Zweden tot China. De oude Grieken en Romeinen voedden er hun steden en hun legers mee, en de Russische welvaart piekte in de achttiende eeuw dankzij de graanexport. De Sovjet-Unie viel omdat ze niet genoeg graan kon importeren, en ook de Arabische Lente ontvlamde door de hoge broodprijzen.
De geschiedenis leert: een wereldrijk vergaar je door de macht te grijpen over het graan – de vruchtbare gronden waar het groeit, of de handelsroutes waarlangs het reist.
Dit maakt inzichtelijk waarom de oorlog in Oekraïne enorme gevolgen heeft voor de graanprijzen en de wereldwijde voedselzekerheid – in maart was de export van Oekraïens graan al vier keer kleiner dan in februari, voor de Russische inval.* En misschien belangrijker: het helpt verklaren waarom Vladimir Poetin zo graag de macht over Oekraïne wil.
Veel landen kunnen niet zonder Oekraïens graan
Poetin spiegelt het huidige Rusland graag aan het Russische Rijk onder Catharina de Grote. Hij benadrukt graag wat de achttiende-eeuwse tsarina heeft betekend voor Oekraïne, zoals het stichten van havenstad Odessa en het bouwen van scheepswerven* (beide mede gebouwd voor de graanexport). En net als zij noemt hij Oekraïne ‘klein Rusland’.
Poetins gedweep met Catharina de Grote is meer dan gruwelijke, misplaatste romantiek, stelt de Amerikaanse historicus Scott Reynolds Nelson. In zijn nieuwe boek Oceans of Grain beschrijft hij hoe het graan uit wat nu Oekraïne is, een essentiële rol speelde in de opkomst en ondergang van bijna alle grote rijken in Europa. ‘Catharina de Grote begreep dat zij geen wereldmacht kon zijn zonder Oekraïne. Poetin begrijpt dat ook.’
Niet dat Nelson had voorzien dat Rusland werkelijk Oekraïne de oorlog zou verklaren – twee dagen na het uitkomen van zijn boek. Hij had gehoopt dat de publicatie niet zo verschrikkelijk actueel zou zijn, vertelt hij.
Hoe belangrijk Oekraïne nog altijd is voor de wereldwijde voedselvoorziening, wordt nu maar al te duidelijk
Maar dat is het wel. Want hoe belangrijk Oekraïne nog altijd is voor de wereldwijde voedselvoorziening, wordt nu maar al te duidelijk. Sinds de Russische invasie rijzen graanprijzen de pan uit.* Dat komt niet alleen omdat het graan nu blijft liggen in de opslaghuizen in de havens van Oekraïne, maar ook omdat het zaaiseizoen is begonnen.* Oekraïense boeren kunnen naar schatting 35 procent minder graan en oliezaden zaaien dan vorig jaar,* en dat betekent dat er na de zomer minder oogst is.
Veel landen zijn voor hun voedselzekerheid afhankelijk van goedkoop graan. Dat betekent dat er naast de duizenden doden die in Oekraïne vallen als gevolg van het oorlogsgeweld, mogelijk nog miljoenen volgen in andere delen van de wereld.
Ook in rijke landen is goedkoop eten niet langer een garantie. De Europese Commissie maakt zich grote zorgen over de betaalbaarheid van voedsel.* In Nederland wordt brood veel duurder,* en zonder zonnebloemolie uit Oekraïne kunnen voedselfabrikanten als Unilever veel bewerkt voedsel niet produceren. Daarnaast zitten Nederlandse veevoederbedrijven in de problemen. Die importeren jaarlijks voor meer dan een miljard euro aan mais, waarvan twee derde uit Oekraïne.* Door de Russische invasie zullen dus ook eieren, kip en varkensvlees duurder worden.
Waarom Oekraïne zo veel graan produceert
Onze afhankelijkheid van graan is niet te onderschatten. Melk en vlees zijn luxe, courgettes en tomaten kun je desnoods in de achtertuin verbouwen. Maar dat geldt niet voor de honderd kilo graan (met name tarwe, rijst en mais) die elk mens jaarlijks eet. Van alle calorieën die mensen eten komt ruim twee derde uit basisvoedsel, met name graan. Voor de armste mensen is dat nog meer.
Het belang van de Oekraïense graanvelden voor wereldwijde voedselvoorziening blijkt uit de exportcijfers van het land. Tot voor kort was de verwachting dat een achtste van alle tarwe op de wereldmarkt in 2022 uit Oekraïne zou komen. En ook 17 procent van de mais, 18 procent van de gerst, 19 procent van het koolzaad, en maar liefst de helft van alle zonnebloemolie.*
Maar hoe kan het eigenlijk dat Oekraïne, qua oppervlak ietsje groter dan Frankrijk, zo veel graan verbouwt? Het antwoord op die vraag is al vijfduizend jaar hetzelfde: tsjernozem.
Tsjernozem, letterlijk ‘zwarte aarde’, is de vruchtbaarste grondsoort ter wereld, en een kwart ervan ligt in Oekraïne.
Wat maakt deze bodemsoort zo vruchtbaar? Het begint met goed zand: löss. Deze fijne zandsoort werd grofweg vijftienduizend jaar geleden ten noorden van de Zwarte Zee afgezet door de wind, in de extreem droge periode tijdens de laatste ijstijd.* Een paar duizend jaar later werd het klimaat daar weer natter – nog te droog voor bomen, maar nat genoeg voor gras. Heel veel gras. Oftewel: steppe.
Gras kan erg hard groeien, zowel boven als onder de grond. En omdat bladeren en wortels continu aangroeien en weer afsterven, kwam er op de steppe al snel een enorme hoeveelheid dood plantenmateriaal beschikbaar – voedsel voor bacteriën, schimmels, wormen en andere bodemdieren. Die bodemdiertjes eten, poepen en graven aan één stuk door. Bovendien zijn ze voedsel voor andere dieren, waaronder muizen, die gangen graven om ze te pakken te krijgen.
Al snel bestond de hele grond voor een groot deel uit wormenpoep – mest – die continu door wormen en muizen wordt omgewoeld. Ook de as die achterbleef na branden op de steppe, waarschijnlijk ook aangestoken door de eerste boeren, bracht meer vruchtbaarheid.
Zo ongeveer ontstond er, in de loop van vele duizenden jaren, een dikke laag van de beste aarde ter wereld. Luchtig, zodat plantenwortels er goed in door kunnen dringen en er veel water wordt vastgehouden. En uiterst vruchtbaar, ook omdat löss mineralen als calcium, kalium en fosfor goed vasthoudt. Precies wat planten nodig hebben.
En dan is Oekraïne ook nog grotendeels vlak, dooraderd met gulle riviertjes. Bovendien zijn de zomers er vaak lang en zonnig. Dat maakt de Oekraïense grond goud waard voor elke machthebber die een grote bevolking moet voeden.
Graan is macht, wisten ze al in de klassieke oudheid
Al in de klassieke oudheid kenden machthebbers maar al te goed het belang van vruchtbare grond en de macht over bestaande handelsroutes, schrijft Scott Reynolds Nelson. Het woord ‘empire’ komt van het Griekse emporion, wat aanvoerhaven betekent. De oude Grieken, de Romeinen en het Byzantijnse Rijk waren volledig afhankelijk van het invoeren van graan – eerst brood, dan spelen.
De Grieken hadden al in de achtste eeuw voor Christus stenen handelsposten langs de Zwarte Zee – daar waar nu Odessa en de andere Oekraïense steden met grote exporthavens liggen, die Poetin probeert te bemachtigen. En de mijlpalen die de Romeinen overal plaatsten, maten niet de afstand tot de troon – zoals latere machthebbers deden – maar tot de Romeinse graanschuren. Deze pakhuizen waren grotendeels gevuld met Oekraïens graan, dat via de Zwarte Zee geleverd werd.
Het eerste rijk dat groot werd door de buitenlandse handel in graan uit wat nu Oekraïne is, was het Rusland onder tsarina Catharina de Grote. Na vele eerdere pogingen van Russische heersers lukte het haar in de achttiende eeuw om het huidige Oekraïne in te lijven. In plaats van haar eigen bevolking met het bijkomende graan te voeden, besloot ze het te exporteren naar Europa. De opbrengsten maakten de Russische elite ongekend welvarend.
Twee eeuwen later deed een tekort aan graan de macht in Oost-Europa juist wankelen. Door een combinatie van droogte en de notoire inefficiëntie van de gecollectiviseerde Sovjet-landbouw, werd er alleen in het vruchtbare Oekraïne nog veel graan geproduceerd. Te weinig om de hele Sovjet-Unie mee te voeden.
Dat werd opgelost door veel aardolie te exporteren, en met de winsten graan uit de VS te importeren. Maar door almaar stijgende voedselprijzen en dalende olieprijzen werd die strategie steeds moeilijker vol te houden. De Sovjet-Unie verarmde, de bevolking had het steeds slechter, en dat was een grote factor bij het uiteenvallen van de staat in 1991.
Niet alleen Rusland heeft interesse in de Oekraïense graanvelden
Het is tijd dat Rusland kansen in de export van basisvoeding gaat benutten, stelde Poetin in het voorjaar van 2020. Het land is nu al wereldleider in de tarwe-export, en dat gaat bijna allemaal via de Oekraïense havens aan de Zwarte Zee. Het zekerstellen van die route, en daarbij het inlijven van de Oekraïense graanvelden, zou Rusland een absolute grootmacht op de internationale voedselmarkt kunnen maken. Bij elkaar opgeteld waren de twee landen vorig jaar goed voor de export van maar liefst 12 procent (!) van al het voedsel op de wereldmarkt.
En Rusland is niet de enige die mogelijkheden ziet in de vruchtbare grond van Oekraïne. Sinds het land de afgelopen tien jaar toenadering zoekt tot de Europese Unie, investeren westerse bedrijven vele miljarden* in de Oekraïense landbouw. De Oekraïense president Volodymyr Zelensky privatiseerde in juli 2021 onder grote druk van het Internationaal Monetair Fonds (IMF) de landbouwgrond,* met als specifiek doel om buitenlandse investeerders aan te trekken.*
Ook Nederland bemoeit zich met de Oekraïense landbouw
Formeel mogen buitenlanders dat land niet kopen – maar wel pachten. Daardoor staan Amerikaanse, Franse en Saoedische investeringsfondsen nu in het rijtje van grootste landgebruikers in Oekraïne.
Ook Nederland bemoeit zich met de Oekraïense landbouw. Naar de nadrukkelijke wens van de Oekraïense regering* investeert het Nederlandse ministerie van Economische Zaken in het verder opschalen van de Oekraïense landbouw. Ook vestigden verschillende Nederlandse akkerbouwers al bedrijven in Oekraïne. De Oekraïense grond is niet alleen vruchtbaarder, maar ook meer dan twintig keer zo goedkoop als de Nederlandse.*
Op dit moment wordt bijna de helft van al het voedsel in Oekraïne geproduceerd door kleinschalige boerenbedrijven.* Veel van deze bedrijven willen klein blijven en het dorpse leven behouden, maar binnen- en buitenlandse investeerders streven juist naar het tegenovergestelde.* Logischerwijs zal daardoor – net als in Nederland en andere Europese landen – het aantal boeren afnemen. Ze stappen over op het westerse model, waarbij het grootste deel van de winst naar handelsbedrijven en leveranciers van zaden en pesticiden zoals Bayer* gaat.
De Russische regering noemde de vele westerse investeringen in de Oekraïense landbouw ‘een plot om de wereld over te nemen’. Hoe je het ook ziet, de Oekraïense landbouw, waar Rusland door de eeuwen heen zo ontzettend veel van geprofiteerd heeft, kwam de afgelopen jaren ook het Westen ten goede.
Graan als toekomstige goudmijn
Olie, gas en kolen zijn vooralsnog de belangrijkste bron van inkomsten voor Rusland, maar tarwe komt direct daarna.* Op de lange termijn zal graan weleens het belangrijkst kunnen worden, ziet historicus Scott Reynolds Nelson. Door de klimaatcrisis zal vruchtbare grond met een gunstig klimaat namelijk schaarser worden, en voedsel dus duurder. En hoewel de gasprijzen nu torenhoog zijn, zal de wereldwijde afhankelijkheid van olie en gas op niet al te lange termijn misschien wel tanen. Althans, als de wereldwijde energietransitie doorzet.
De gemiddelde Rus besteedde voor deze nieuwe oorlog al meer dan 30 procent van het inkomen aan voedsel* – voor Nederlanders is dat maar 8 procent.* Rusland moet iets doen om zijn economische toekomst veilig te stellen, en Oekraïne is daartoe een kans.
Wat Poetins doel ook is in deze oorlog, het is moeilijk te geloven dat Rusland welvarender uit de strijd zal komen. Maar wie olie, gas én voedsel in overvloed heeft, kan een lange storm uitzingen.
Met dank aan hoogleraar bodemkunde Franciska de Vries van de Universiteit van Amsterdam voor een minicollege over tsjernozem.