Na twaalf uur ‘debat’ verdient niet Hugo de Jonge, maar deze Tweede Kamer een motie van wantrouwen

Rob Wijnberg
Oprichter

Twaalf uur.

Twaalf uur lang debatteerde de Tweede Kamer over de betrokkenheid van Hugo de Jonge bij de mondkapjesdeal van Sywert van Lienden.

Oorlog in Oekraïne, miljoenen op de vlucht, energieprijzen door het dak, honderdduizenden gezinnen onder het bestaansminimum, klimaatverandering in alarmfase 46, een autocraat herkozen in Hongarije.

De Tweede Kamer: ‘Die appjes van Hugo, hè? Moeten we daar niet iets mee?’

Een fantastisch voorbeeld van Kamerpopulisme. Want, hoeveel argwaan de appjes die de Volkskrant ook mogen wekken: of Hugo de Jonge de waarheid kwam spreken in de Kamer, kon niemand in die Kamer beoordelen zonder het feitenrelaas van forensisch onderzoeksbureau Deloitte. Een feitenrelaas dat – mind you – 5,5 miljoen documenten omvat, waar een team van twintig onderzoekers al driekwart jaar aan werkt en dat, na vijf keer uitstel, nu in juli wordt verwacht. Een feitenrelaas dat bovendien door de Tweede Kamer zélf was besteld om een volledig beeld te krijgen van hoe die gewraakte deal nu precies tot stand kwam. 

Maar waarom wachten op de feiten als je een minister ook urenlang kan laten spartelen? Dat levert toch leuker materiaal op voor de talkshows en het achtuurjournaal. Of zoals PVV-Kamerlid Fleur Agema zei toen het debat bijna inhoudelijk dreigde te worden: ‘Laten we hier niet over doorfröbelen [...], ik geloof dat heel Nederland wacht op de roast van Hugo de Jonge.’

Ik wist niet dat ik naar Comedy Central zat te kijken.

Een wedstrijdje geloofwaardigheid met een van tevoren vastgestelde verliezer

Nou, die roast kwam er – en was niet om aan te zien. Ruim drieënhalf uur lang werd minister De Jonge onderworpen aan een vragenvuur dat geen enkel ander doel diende dan wantrouwen in de minister te etaleren. Dat kon ook niet anders, want de Kamer had de informatie niet om te beoordelen of De Jonge nu wel of niet de waarheid sprak. Daar wilden ze immers niet op wachten. Het resultaat: een wedstrijdje ‘geloofwaardigheid’ met een van tevoren vastgestelde verliezer – de voormalig minister van Volksgezondheid.

Het was een treurniswekkend schouwspel. Kamerleden die poseerden als de voorvechters van bestuurlijke openheid en transparantie, zonder te willen wachten op de feiten waarop men dat beoordelen kon. Het enige Kamerlid dat het aandurfde dit te zeggen, Joba van den Berg (CDA), kreeg genadeloos de Kamerwind van voren: aan wiens kant stond mevrouw hier eigenlijk? Aan die van de Kamer of die van de minister? 

De Kamervraag, ingewisseld voor de Kamerverdenking – de motie van wantrouwen al geschreven voor het debat begonnen was

Een veelzeggende verontwaardiging, omdat het duidelijk maakte dat niemand in de Kamer aan de kant van de waarheid probeerde te staan. Het was zuiver tribalisme: de minister mag niet worden geloofd, want dan ben je ‘een van hen’.

‘Wat ik zelf moeilijk heb gevonden, en wat mij ook echt wel heeft geraakt, is dat er zo gemakkelijk wordt getwijfeld aan je integriteit’, stelde Hugo de Jonge na afloop van het debat. ‘Ik vind ook dat in ons vak wantrouwen te veel ruimte krijgt.’ Nu mag je vinden van de man en zijn kekke schoenen wat je wil, maar hier heeft De Jonge honderd procent gelijk in: ons parlement is, naast Twitter, de Tweede Echokamer van de wantrouwende burger geworden, waarin het geen zier meer uitmaakt of het klopt wat je zegt. 

De Kamervraag, ingewisseld voor de Kamerverdenking – de motie van wantrouwen al geschreven voor het debat begonnen is. 

Iets wat de Kamer in toenemende mate gemeen heeft met de parlementaire journalistiek, die aan verontwaardiging op basis van beeldvorming meer en meer zijn bestaansrecht ontleent. Die snippers van informatie uit een krankzinnig complexe context tilt, er een verdenking van huichelarij omheen schrijft en iedere reactie van de minister, of die nu hout snijdt of niet, optekent als leugenachtige poging zijn hachje te redden. De optie dat het misschien wel anders zou kunnen zitten dan men van tevoren heeft bedacht: die bestaat simpelweg niet. Je hebt immers leugens, grote leugens en politici.

‘Informatie achterhouden, woordspelletjes, beeldvorming boven inhoud. Het is nu minister De Jonge die het doet, maar ministers komen hiermee weg omdat VVD, CDA, D66 en ChristenUnie elke keer met deze oude manier van politiek bedrijven blijven steunen’, Jesse Klaver een dag na ‘de roast’. 

Nee, Jesse, het is beeldvorming boven inhoud, omdat partijen als die van jou liever het achtuurjournaal halen met morele verontwaardiging dan te wachten op een feitenrelaas waar je zelf om hebt gevraagd.

Benieuwd naar je tweet als dat relaas eenmaal verschenen is. 

Lees verder: