Europa kan de voedselcrisis gemakkelijk bestrijden – maar niet door een graandeal met Rusland
Door een deal met Rusland kan graan uit Oekraïne sinds augustus 2022 weer verscheept worden. Vandaag loopt het akkoord af en onderhandelen Rusland en Oekraïne over een tweede verlenging. Volgens de VN is de deal een doorbraak in de strijd tegen wereldwijde honger, maar in werkelijkheid leidt het vooral af van het feit dat Europa daar bar weinig tegen doet.
Vorig jaar juli vierden de Verenigde Naties een triomf. In samenwerking met Turkije hadden ze een veilige route voor graanschepen uit Oekraïense havens bedongen, tussen Oekraïne en Rusland. De miljarden kilo’s graan – tarwe, mais, gerst – die in Oekraïne lagen te wachten, waren nu vrij om verscheept te worden naar landen als Djibouti, Libanon en Bangladesh. In die landen heerst een voedselcrisis en is het graan van levensbelang.
Het eerste schip, beladen met 26 miljoen kilo mais, zette koers naar Libanon. Maar het legde daar nooit aan: terwijl het schip voor de kust lag, weigerde de afnemer de goederen aan te nemen.* Een deel van het graan werd uiteindelijk gelost in Turkije, vanwaar het waarschijnlijk deels als veevoer naar West-Europa ging. Een ander deel kwam terecht in Egypte.* Pas eind september arriveerde het eerste Oekraïense graan in een Libanese haven.*
Maar 6 van de 408 scheepsladingen onder de vlag van deze graandeal zijn in de eerste drie maanden ingezet als voedselhulp
Onderzoekers van de WUR turfden dat in de eerste drie maanden maar 6 van de 408 scheepsladingen onder de vlag van deze graandeal zijn ingezet als voedselhulp. Het gros van de ladingen ging naar Europa: 61 procent van al het graan dat tussen augustus en oktober werd verscheept. Naar Turkije (dat direct bij de deal betrokken was), en bovenal naar Spanje, Nederland en Italië, waar het als veevoer wordt gebruikt.
Het ging daarbij vooral om mais. Daar ging naar schatting 9 procent van naar Nederland. Vooral om kippen mee te voeren, maar ook als basis voor biobrandstof. Van dit mais had ook maismeel gemaakt kunnen worden: een belangrijke voedselbron voor de allerarmsten op deze aarde.
Inmiddels zijn de verhoudingen iets rechtgetrokken: dankzij een verlenging van de graandeal in oktober 2022, met nog eens vier maanden, heeft Oekraïne in totaal 24 miljard kilo graan over de Zwarte Zee kunnen verschepen. Volgens de VN ging ruim de helft daarvan naar ontwikkelingslanden.*
Dat is niet dankzij de Europese Unie. Die doet ongelooflijk haar best om van Russisch gas af te komen, maar onderneemt als het om graan gaat geen actie. Sterker nog: enorme concessies aan Poetin worden voor lief genomen om de handel te continueren. En het steekspel om concessies gaat door. Nu Rusland en Oekraïne tot een nieuwe verlenging van de graandeal zijn gekomen, wilden de Russen niet verder gaan dan een maximum van 60 dagen, in plaats van de eerder afgesproken 120. Ondertussen zet Moskou zelf vol in op graanexport, die goud geld én goede relaties met heel veel landen oplevert.
Dat de westerse wereld zo reageert op stijgende voedselprijzen, ten koste van hen die het echt nodig hebben, is geen incident. Het is tekenend voor de manier waarop het wereldwijde voedselsysteem is georganiseerd. Dat doet steeds minder wat het moet doen: mensen voeden.
Geen voedselhulp
Het graan uit Oekraïne gaat dus niet alleen naar landen in voedselcrisis, maar wordt voor een groot deel opgescharreld door Nederlandse kippen. Schokkend misschien, maar dus niet verrassend. Dit is hoe de vrije markt werkt. De logica ervan dicteert dat tekorten worden opgevangen door de armste mensen.
De Verenigde Naties benadrukken dat de graancorridor nooit bedoeld was als voedselhulp, maar om ‘de markt te stabiliseren’.* Voor hen is de belangrijkste reden om de transporten te hervatten dat het beleggers geruststelt. Dan zakt de prijs van graan op de wereldmarkt. En daar is uiteindelijk iedereen bij gebaat, redeneren de Verenigde Naties. Oók landen in voedselcrisis.
Nu is de graanprijs inderdaad gedaald, maar het is de vraag hoeveel dat met de veilige corridor te maken heeft. Het graan werd twee maanden vóór de deal werd gesloten al goedkoper. Toen nam de export ook al toe, omdat Oekraïne een deel van het transport naar de havens in het westen verplaatste, buiten bereik van de Russen.
Ondertussen is de voedselcrisis geenszins afgewend. Het percentage ondervoede mensen neemt de afgelopen zes jaar steeds harder toe,* en zal dat volgens de voorspellingen blijven doen. Was het in 2019 nog 8 procent, in 2021 was dat toegenomen tot 9,8 procent van de wereldbevolking. Dat zijn meer dan 800 miljoen mensen.*
En dat terwijl de hoeveelheid voedsel op de wereld de afgelopen decennia veel harder is gestegen dan het aantal mensen.
Waarom stijgen de graanprijzen?
Graanprijzen veranderen elke dag en tegenslagen zoals droogtes (mislukte oogsten), oorlogen (logistieke problemen) en pandemieën (idem) veroorzaken prijspieken. Maar wie naar de wat langere termijn kijkt, ziet dat de prijzen sinds 2016 gestaag stijgen. Dat komt niet door incidenten, maar door de manier waarop de markt is georganiseerd.
Het Internationaal Monetair Fonds moedigt landen wereldwijd aan om hun landbouwgrond te verkopen of te verhuren aan bedrijven, en publieke graanvoorraden te verkleinen. Zo kunnen bedrijven investeren in de voedselvoorziening en komt de oogst beschikbaar voor de wereldmarkt – voor iedereen dus. Net als de Verenigde Naties, gaat ook het IMF ervan uit dat iedereen gebaat is bij vrije handel.
Deze liberalisering van de landbouw heeft de afgelopen tien jaar ook in Oekraïne plaatsgevonden. Het feit dat de westerse investeerders Oekraïne vervolgens zijn binnengestroomd, grijpt Poetin aan om zichzelf te beschrijven als bevrijder. In zijn ogen heeft niet hij, maar juist het Westen Oekraïne ingelijfd.*
Wat je ook vindt van deze framing, het klopt wel dat steeds meer graan – en de grond waarop graan verbouwd wordt – terechtkomt bij grote, westerse bedrijven. Volgens een schatting van Oxfam was in 2018 maar liefst 90 procent van de wereldwijde graanhandel in handen van vier megabedrijven. Drie Amerikaanse multinationals en een Franse.
Het voedselsysteem erodeert
De aanname dat iedereen, en dus ook arme landen, meer baat heeft bij vrije handel dan bij regulering door overheden, wordt niet gestaafd door wetenschappelijk onderzoek. Integendeel: economische modellen suggereren dat private voorraden minder goed werken dan publieke, als het gaat om het betaalbaar houden van voedsel.* Bovendien is het niet eens precies bekend wat de private voorraden zijn: bedrijfsgeheim. Door graanvoorraden achter te houden, kunnen bedrijven de prijs hoog houden.
Van oudsher bestaat de wereldvoedselmarkt uit duizenden kleine markten, die maar tot op zekere hoogte met elkaar verbonden zijn. Dat betekent dat problemen op de ene markt minder doorwerken in andere markten, die vervolgens de kracht behouden om tekorten elders te compenseren.
Schokken, zoals de gevolgen van de oorlog in Oekraïne, aanhoudende droogte, of de pandemie, worden minder goed opgevangen
Nu steeds meer voedsel in handen is van een paar bedrijven, is de hele wereldmarkt één markt aan het worden. Dat betekent dat schokken, zoals de gevolgen van de oorlog in Oekraïne, aanhoudende droogte, of de coronapandemie, minder goed opgevangen worden door het systeem. Sterker nog, het schokeffect kan zelfs versterkt worden, omdat de grote bedrijven dan de kans krijgen om de prijs op te stuwen. Eind februari 2023 bedroeg de inflatie in Nederland nog altijd 8 procent.*
Dit is ook de reden dat experts al jaren waarschuwen voor een wereldvoedselmarkt die steeds minder robuust wordt. Aan de graanprijzen van de afgelopen paar jaar te zien, krijgen zij nu gelijk.
Sommige onderzoekers verwachten zelfs dat het voedselsysteem zoals we dat nu kennen zonder ingrijpen over niet al te lange tijd helemaal kan instorten, omdat het steeds sterker en directer verbonden is met de financiële markt. De bankencrisis in 2008 veroorzaakte een zware voedselcrisis. Nu zouden de gevolgen van zo’n crisis nog veel groter zijn: als de graanreuzen failliet gaan, is de chaos compleet. Het recente faillissement van de Silicon Valley Bank en de noodlening bij Credit Suisse* bieden weinig geruststelling.
Graan besparen
Nederland zette afgelopen najaar massaal de thermostaat een graadje lager. Omdat gas duur is, natuurlijk, maar ook omdat het goed voelt. Zo laten we Poetin een poepie ruiken!
Waarom eten we niet wat minder kip om hem een hak te zetten? Anders dan warmte, zijn vlees, zuivel en eieren geen eerste levensbehoefte. Het verbruik van graan kan veel gemakkelijker drastisch worden teruggebracht dan dat van aardgas: door de veestapel te laten krimpen.
De hoeveelheid graan die nu uit Oekraïne is verscheept, zou in een oogwenk bespaard kunnen worden door de Europese Unie. Sterker nog: onderzoekers becijferden onlangs dat als Europeanen gezonder zouden eten – vooral minder suiker en vlees, dus ook nog eens ontzettend goed voor klimaat, waterbesparing en biodiversiteit – een hoeveelheid voedsel ter grootte van de gehele exportproductie van Oekraïne en Rusland samen bespaard kan worden. Kortom: er zou graan in overvloed zijn, en Poetin kon in zijn eigen sop gaar koken.
Maar waar de Europese Unie mensen aanmoedigt en helpt om van Russisch gas af te komen, is er in heel Europa geen overheid die ook maar op het idee komt om ook de graanhandel te reguleren. Integendeel: de EU presenteerde eind 2022 een hulppakket van een half miljard euro, waarmee de gevolgen van de oorlog in Oekraïne voor de eigen landbouwindustrie – inclusief de veehouderij – worden verzacht.*
De acties van de Verenigde Naties en van de Europese Unie zijn er dus op gericht om de handelsstromen zoals die tot voor kort liepen, te beschermen.
Het Westen kan veel meer doen
Europa kan veel meer doen om bijna een miljard ondervoede mensen te helpen. Door de bestaande handelsstromen te beschermen, speelt Europa een leidende rol in het vormgeven van een systeem dat maakt dat steeds meer mensen honger lijden, terwijl er genoeg voedsel is.
Ook binnen het huidige systeem kunnen westerse landen veel meer doen om levens te redden. Naast minder veevoer importeren, kunnen ze eerlijkere prijzen betalen voor landbouwproducten uit lagelonenlanden, en veel meer financiële steun geven aan overheden van landen in voedselcrisis. Desnoods via het Wereldvoedselprogramma, want ook dat kampt, juist nu het nodig is, met grote tekorten: ook hun graan kwam tot voor kort voor een groot deel uit Oekraïne.
Europa kan veel meer doen om bijna een miljard ondervoede mensen te helpen
De Verenigde Naties noemden de graandeal ‘een baken van hoop [...] om honger af te wenden die miljoenen mensen raakt’.* Ja, het was ook goed nieuws: een (graan)akkoord tussen twee landen in oorlog is een eerste stap op weg naar vrede. En dat er nu weer graan uit Oekraïne weg kan, is ook goed nieuws. Zelfs als dat graan naar commerciële partijen gaat.
Maar deze deal framen als een regelrechte doorbraak in het voorkomen van wereldwijde honger, leidt vooral af van het feit dat het rijke Westen in werkelijkheid bar weinig over heeft voor het tegengaan van honger in de wereld. Terwijl dat zo makkelijk zou kunnen.