Hoe duurzaam is de grootste partij van Nederland nu werkelijk?
Mijn artikel over het energierapport van het wetenschappelijke bureau van de VVD zorgde voor onrust binnen de partij. Tweede Kamerlid René Leegte houdt vol dat er van een interne strijd geen sprake is, terwijl VVD-lid Gijs Dröge van Liberaal Groen stelt dat de VVD uit angst voor de PVV zich niet al te duurzaam durft op te stellen. Hoe duurzaam is de VVD nu echt?
In het artikel ‘Nog even en de VVD is een klimaatsceptische partij’ schreef ik dat er grote verdeeldheid is over energie- en klimaatbeleid binnen de grootste partij van ons land, de VVD. Zo is het wetenschappelijk bureau van de VVD tegen jarenlange subsidies voor windenergie, terwijl VVD-minister Kamp van Economische Zaken de komende jaren miljarden euro’s uittrekt voor windparken op zee en land.
Daarnaast merkte ik op dat het energierapport van de Teldersstichting twijfel zaait over het klimaatprobleem. Het rapport noemt de vele onzekerheden rond klimaatverandering en verbindt daaraan de conclusie dat het nog maar de vraag is ‘hoe erg het is als het bereiken van de CO2-reductiedoelen wat langer op zich laat wachten.’
Om ook VVD’ers de kans te geven om te reageren op mijn artikel, hebben ik vier leden gevraagd om een bijdrage. Oud-minister Ed Nijpels (tevens verantwoordelijk voor de uitvoering van het Energieakkoord); VVD-Kamerlid en energiewoordvoerder René Leegte; Stephan de Vries, wetenschappelijk medewerker van de Teldersstichting en samensteller van het energierapport Zeker van Energie en oprichter van Liberaal Groen en VVD-lid Gijs Dröge.
Teldersstichting: ‘Beperken van de CO2-uitstoot is wel degelijk van belang’
Stephan de Vries, de samensteller van het energierapport, vindt dat ik de publicatie zeer selectief heb gelezen. De Teldersstichting negeert niet de menselijke rol in klimaatverandering. Zo valt te lezen in het rapport: ‘Omdat klimaatverandering mogelijk vergaande gevolgen heeft en een ver reikende invloed van de mens daarop niet valt uit te sluiten, is het verstandig waar mogelijk en nuttig voorzorgsmaatregelen te treffen.’
Die maatregelen zijn, zo schrijft De Vries in een ingezonden artikel, het repareren van het emissiehandelssysteem in combinatie met een belasting; het stoppen van de stapeling van klimaatdoelstellingen en in plaats daarvan alleen concentreren op het beperken van de CO2-uitstoot en een sterke rol voor de overheid bij het energie-efficiënter maken van woningen. ‘Dit zorgt voor een aanzienlijke reductie van de CO2-uitstoot en verlaagt bovendien de totale woonlasten.’
Gijs Dröge: ‘Het rapport van de Teldersstichting is een gemiste kans’
Gijs Dröge, oprichter van de denktank Liberaal Groen, heeft een geheel andere visie op het energierapport. Hij vindt de nieuwste publicatie van de Teldersstichting ‘geen toonbeeld van de vooruitgang die de VVD maakte op het gebied van duurzaam denken.’ In zijn bijdrage benadrukt Dröge dat de opstellers van het rapport voorbijgaan aan de duurzame opvattingen die de algemene vergadering van de VVD al jaren achtereen heeft vastgelegd in verkiezingsprogramma’s.
Als voorbeeld noemt Dröge het laten vallen van de duurzame doelstellingen. ‘Dat is een manier om te verbloemen dat Nederland ver achterloopt bij de huidige 2020-doelstellingen. Kennelijk wil de VVD daar niet mee geconfronteerd worden. Het lijkt ons beter dat juist wel te doen en ambitieus te blijven.’
Een soortgelijke reactie is afkomstig van prominent VVD-lid Ed Nijpels. De oud-minister van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieu is sinds september onafhankelijk voorzitter van de Borgingscommissie van het Energieakkoord en wil daarom niet inhoudelijk ingaan op de standpunten van de Teldersstichting. Hij laat wel weten dat de Tweede Kamerfractie van de VVD heeft ingestemd met het Energieakkoord waarin is vastgelegd om 14 procent duurzame energie te halen in 2020 en 16 procent in 2023. ‘Deze afspraken zijn de komende jaren leidend en bindend voor de VVD. Het rapport van de Teldersstichting kan daar niets aan veranderen.’
René Leegte: ‘De markt moet bepalen hoe CO2-reductie wordt bereikt’
Bij VVD-kamerlid René Leegte is een heel ander verhaal te horen. Hij beklemtoont dat de duurzame energiedoelen in het VVD-verkiezingsprogramma voortkomen uit Europese afspraken. ‘Inmiddels wordt steeds duidelijker dat de Europese doelen elkaar tegenwerken. Dat mag je niet negeren. De VVD was altijd tegen de drie doelstellingen. Beter is het te kijken naar innovatie.’
De energiewoordvoerder van de VVD schaart zich achter de afspraken uit het Energie- en regeerakkoord. ‘Het regeerakkoord is een compromis met de PvdA. Omdat er veel andere goede dingen over zorg, financiën en onderwijs in staan, steun ik het. Zo leg ik het ook aan uit mijn kiezers. Maar wanneer ik andere mogelijkheden zie om de duurzaamheidsdoelen uit het Energieakoord te halen, dan wijs ik de minister daar zeker op.’
Net als de Teldersstichting heeft Leegte veel moeite met de miljardensubsidies voor windenergie. ‘Zeker omdat Nederland al een overcapaciteit kent op de energiemarkt, waarom dan nog meer bijbouwen? En het is nog maar de vraag of we echt minder CO2 uitstoten. Kijk naar Duitsland, daar worden miljarden euro’s betaald voor duurzame energie en stijgt de CO2-uitstoot, willen we dat?’
Ook kernenergie en schaliegas blijven opties
De standpunten van Leegte komen vrijwel overeen met het energierapport van het wetenschappelijk bureau van de VVD. Ook het Kamerlid wil dat de VVD zich beperkt tot het reduceren van de CO2-uitstoot: ‘De markt moet bepalen hoe die reductie er komt, dat is niet aan de overheid.’ Hij bepleit dan ook om alle opties - zoals kernenergie - open te houden.
Hier is Dröge van Liberaal Groen het totaal mee oneens. ‘Kernenergie en schaliegas zijn volgens het energierapport serieuze opties. Dat zijn ze niet, want er is geen business case voor, zonder aanzienlijke staatssteun: zo draait er in Europa niet één nucleaire centrale zonder subsidie.’
De Vries van de Teldersstichting merkt op dat maar twee van de veertien aanbevelingen gaan over fossiele en nucleaire energie, ‘is dat voldoende om ons in de fossiele en nucleaire lobbyhoek te duwen?’
‘Nergens in het rapport staat dat wij vinden dat de staat zelf actief kerncentrales moet gaan bouwen of kernenergie een voorkeursrol moet geven. Wel stellen we dat het onwenselijk is om bepaalde vormen van energieopwekking op voorhand en zonder overtuigende redenen uit te sluiten.’
Wel of geen interne strijd binnen VVD?
Ondanks de grote verschillen, beklemtoont Kamerlid Leegte dat er van een interne strijd binnen zijn partij geen sprake is. De uitspraken van de energiewoordvoerders in de Kamer - Paul de Krom, Halbe Zijlstra, Helma Neppérus en René Leegte zelf - zijn zeer consistent. ‘We zeggen al jaren dat de overheid alleen moet sturen op CO2-reductie. Er zijn geen andere doelstellingen.’
Over vermeende klimaatscepcis binnen zijn partij is Leegte zeer duidelijk: ‘Het is een irrelevante discussie.’ Volgens de energiewoordvoerder van de VVD is het verbranden van fossiele brandstoffen (zoals olie en gas) slecht voor het klimaat en dat is reden om in te zetten op CO2-reductie. ‘Dan kunnen we wel aan de wetenschap overlaten hoe dat precies zit met die onzekerheden.’
Volgens Leegte is er veel eerder sprake van boosheid onder VVD’ers over bepaalde beweringen in de klimaatdiscussie die ‘het gevoel geven of er een thermostaat op de aarde zit waar wij aan kunnen draaien.’ Het debat wordt volgens Leegte veel te simplistisch gevoerd. ‘We moeten af van de suggestie dat het uitschakelen van een paar kolencentrales ervoor zorgt dat er veel minder Noordpoolijs smelt.’
Deze opvatting is volgens Dröge lang niet radicaal genoeg. Volgens de oprichter van Liberaal Groen stelt de Kamerfractie zich uit electoraal oogpunt niet al te groen en duurzaam op. ‘Dat heeft een linkse politieke connotatie en zou stemmen kunnen kosten die dan naar de PVV gaan.’ Het is volgens Dröge een gemiste kans dat de partijleiding nog geen sleutel heeft gevonden om kiezers aan te spreken op het onderwerp duurzaamheid.
Een bewering die de Teldersstichting niet deelt. Na het lezen van vele bijdragen op De Correspondent en Twitter naar aanleiding van mijn artikel stelt De Vries: ‘Ik kreeg de indruk dat velen niet eerder tevreden kunnen worden gesteld dan wanneer het energiebeleid zich vol op een zo snel mogelijke verduurzaming richt, ongeacht de kosten die daarmee gemoeid gaan. Het idee dat betaalbaarheid en betrouwbaarheid er niet langer toe doen is echter een gevaarlijke, een die onze energievoorziening drastisch kan ontwrichten.’