Waarom ik mijn geloof in een ander Europa aan het verliezen ben
Deze zomer is er iets geknakt in Europa. Er is iets fundamenteels kapotgegaan. Het was een oude droom, een visioen van mensen die geloofden dat een ander Europa mogelijk was. Het was een droom van mensen die niets konden met termen als ‘eurofiel’ of ‘euroscepticus’ – het ging hen niet om meer of minder Europa, maar om een ander Europa. Zij geloofden in een unie met meer solidariteit en democratie.
Deze droom is in rook opgegaan. En ik vrees dat het herstel decennia zal duren, als het er al ooit van komt. Wie tegenwoordig links wil zijn, of sociaal, of progressief, of hoe je het ook wil noemen, moet zich wel tegen dit Brussel, deze Eurogroep en deze euro keren. Niet omdat een ander Europa per definitie onmogelijk is, maar omdat die droom verder weg is dan ooit.
‘De waarden waarop de Unie berust, zijn eerbied voor de menselijke waardigheid, vrijheid, democratie, gelijkheid, de rechtsstaat en eerbiediging van de mensenrechten,’ zo lezen we op de eerste pagina van het Verdrag van Lissabon, of zeg gerust: de Europese Grondwet.
Al deze waarden zijn deze zomer geschonden, met de democratie voorop.
Het Griekse volk stemde tegen een bezuinigingspakket dat het land nog verder aan de afgrond zou brengen, om vervolgens een nog zwaarder pakket te moeten slikken. De wijze waarop het land op haar knieën werd gedwongen, riekte naar chantage. De banken moesten hun deuren sluiten omdat de ‘onafhankelijke’ Europese Centrale Bank de geldkraan dichtdraaide – en dat terwijl ‘het bevorderen van een goede werking van het betalingsverkeer’ haar wettelijke plicht is (zie artikel 127 van het Verdrag van de Europese Unie). Natuurlijk, de ECB mag alleen lenen aan banken die solvabel zijn. Maar dat waren de Griekse banken ook volgens de onderzoeken van… de ECB.
Terwijl de geldtoevoer opdroogde, deed de Griekse minister van Financiën Yanis Varoufakis iets wat iedere verantwoordelijke politicus zou doen in zo’n situatie, namelijk: werken aan een Plan B, in dit geval de invoering van een parallelle munt. Het was uiteindelijk aan de Griekse premier Alexis Tsipras om de onmogelijke beslissing te nemen: de sprong het diepe in, of overgave. Hij koos het laatste.
De vernedering van Griekenland is ook een waarschuwing voor kiezers in Ierland, Spanje en Portugal, waar in de komende maanden verkiezingen zijn
‘There is no alternative,’ zei Margaret Thatcher eens, de premier van het Verenigd Koninkrijk. Zij stond aan het hoofd van een conservatieve partij, maar inmiddels is dit ook de slogan geworden van menig sociaaldemocraat, christendemocraat en liberaal. Zo heeft Jeroen Dijsselbloem, de voorzitter van de Eurogroep, het steeds over ‘het eerlijke verhaal’: er is geen andere mogelijkheid, een ander Europa bestaat niet. ‘Verkiezingen kunnen niets veranderen,’ zei de Duitse minister van Financiën Wolfgang Schäuble zelfs.
De vernedering van Griekenland is dan ook een waarschuwing voor kiezers in Ierland, Spanje en Portugal, waar in de komende maanden verkiezingen zijn. Er is geen alternatief, zo luidt de boodschap, en als jullie toch in opstand komen, dan wacht jullie hetzelfde lot als Griekenland. Dan slopen we jullie banken en dan knijpen we jullie economie net zolang af tot jullie met gebogen hoofd terugkomen naar Brussel.
‘De sfeer lijkt een beetje op de tijd na 1968,’ zei Donald Tusk, de president van de Europese Raad, nadat Griekenland zich had overgegeven. ‘Ik voel misschien geen revolutionaire stemming, maar wel iets van wijdverbreid ongeduld.’ In het revolutiejaar 1968 kalkten Parijse studenten nog hun motto op de muren: ‘Wees realistisch, eis het onmogelijke.’ Dit is precies waar Tusk voor vreest: kiezers die geloven dat het anders kan, die denken dat de Europese trein van richting kan veranderen, kan stoppen, kan ontsporen. De vertaling van ‘Podemos,’ de Spaanse protestpartij, luidt niet toevallig: ‘Wij kunnen.’
Tusk: ‘Ik ben echt bang voor deze ideologische of politieke besmetting.’
Wie is er nu ideologisch?
Laat ik duidelijk zijn: de Griekse crisis is een Europese crisis. Het is een debacle waar zowel de corrupte Griekse oligarchie als de naïeve en laffe politici uit Noord-Europa en roekeloze bankiers schuld aan hebben.
Ja, Griekenland rommelde zichzelf – met behulp van de bank Goldman Sachs – de euro in. En ja, Griekenland vervalste haar statistieken en leefde jarenlang op de pof. Maar voor iedere roekeloze schuldenaar is er een roekeloze schuldeiser. En Griekenland werd om politieke redenen tot de eurozone toegelaten, ook al was het algemeen bekend dat het land niet aan de toelatingseisen voldeed. ‘Natuurlijk wisten wij dat de Griekse boekhouding niet in orde was toen het land in de eurozone kwam,’ zo citeert NRC Handelsblad een man die bij de ECB werkt. ‘Maar dat was destijds geen issue.’
Toch legden Nederlandse en Duitse politici, van Mark Rutte tot Angela Merkel, in 2010 het probleem volledig bij de Grieken. De laatsten zouden een ‘reddingspakket’ krijgen in ruil voor hervormingen. In werkelijkheid stroomde vrijwel al het ‘reddingsgeld’ door naar Franse, Duitse en Griekse banken en veroorzaakten de hervormingen een depressie van historische proporties. Het aantal faillissementen, kindersterftes en zelfdodingen vloog de lucht in. Ondertussen bleef de Griekse staatsschuld stijgen.
‘Nederland krijgt al het geld dat aan Griekenland is geleend uiteindelijk terug,’ zei Jan-Kees de Jager (Financiën, CDA) in 2010 nog tegen de Tweede Kamer. ‘Mét rente.’ Historici zullen moeten oordelen of de minister grenzeloos naïef was, of gewoon een leugenaar.
De gevaarlijkste ideologen hebben niet door dat ze ideologisch zijn
Inmiddels is het vijf jaar later. Na een reeks van mislukte hervormingen, gebroken beloftes en miljardenleningen aan een land dat al in 2010 failliet was, geloven de Europese schuldeisers nog steeds dat zij de rede volledig aan hun kant hebben. ‘Ik heb nu zes maanden met politici van Griekse zijde aan tafel gezeten, waarbij elke zin een ideologische lading had,’ zei Dijsselbloem onlangs tegen de Tweede Kamer. Hij had er schoon genoeg van. Griekenland zou behoefte hebben aan een ‘reëel beeld van wat haalbaar is.’
Wat de minister er niet bij vertelde is dat zijn eigen definitie van ‘haalbaar’ door en door ideologisch is. Zo is schuldenverlichting niet alleen volgens Syriza noodzakelijk, maar ook volgens vrijwel iedere econoom én het IMF. Dijsselbloem mag dan wel denken dat het huidige hervormingspakket Griekenland goed zal doen; de vorige twee pakketten waren een ramp en de derde zal volgens de meeste onafhankelijke beschouwers ook desastreus uitpakken.
De gevaarlijkste ideologen hebben van zichzelf niet door dat ze ideologisch zijn. Dijsselbloems en Schäubles vertrouwen in de one-size-fits-all-hervormingen van de trojka doen denken aan het vertrouwen van president George Bush in het Amerikaanse leger, dat wel even de democratie naar Irak zou exporteren. Griekenland kan volgens de schuldeisers per decreet worden veranderd in een Noord-Europees land, ook al verkeert het in een humanitaire crisis, heeft het een zwak ambtenarenapparaat en is er vrijwel geen binnenlandse steun voor de 977 pagina’s aan wetgeving die twee weken geleden in slechts 36 uur door het parlement werden gejast.
Hoe lang nog?
Deze zomer is er iets geknakt in Europa.
‘Al het goede aan de EU is op retour,’ schrijft de Britse commentator George Monbiot, ‘en al het slechte is op rooftocht.’ In heel Europa vraagt links zich af wat het nog te zoeken heeft in Brussel. ‘Dit Europese project is voor altijd dood,’ noteert Luigi Zingales, adviseur van de Italiaanse premier. ‘Als Europa alleen nog maar een slechte versie van het IMF is, wat is er dan nog over van het Europese integratieproject?’ De Belg Ferdi de Ville, verbonden aan de Universiteit van Gent, noemt de droom van een sociaal Europa ‘ongeloofwaardig, lachwekkend zelfs.’ En boven een artikel van Bas Eickhout, Europarlementariër voor GroenLinks, staat de veelzeggende kop: ‘Ontmanteling euro is straks nog enige optie.’
Nederland en Duitsland hebben zichzelf wijsgemaakt dat ze part noch deel hebben aan het Griekse drama. Ze hebben een collectief, Europees probleem gereduceerd tot een schuld-en-boeteverhaal. De vraag is nu: hoe lang nog? Hoe lang kan een muntunie blijven bestaan als ze gebaseerd is op dwang en chantage, als ze tweespalt zaait, xenofoben en neonazi’s de wind in de rug geeft en al helemaal niet kan leveren waar het ooit om begonnen is: economische voorspoed? En wat zal er gebeuren als de volgende luchtbel knapt?
‘Het gaat beter dan ooit met de euro,’ zei Dijsselbloem nadat Griekenland had gecapituleerd. Hij deed denken aan de Iraakse minister van Informatie die, zelfs toen de tanks al binnenrolden in Bagdad, bezwoer dat er niets aan de hand was.