Deze bioloog legt perfect uit waarom we ons stabiele leefklimaat moeten behouden

Jelmer Mommers
Correspondent Democratie & Klimaat

Marten Scheffer bestudeert abrupte omslagen met drastische gevolgen. In een mooi interview in NRC Handelsblad legt hij perfect uit waarom we het ‘prachtige, huidige Holoceen-klimaat’ moeten vasthouden.

Marten Scheffer is ecoloog. Hij doet voor de universiteit Wageningen onderzoek naar ‘abrupte omslagen in complexe systemen,’ zo schreef Marcel aan de Brugh dit weekend in een mooi in NRC Handelsblad. De omslagen worden ook wel ‘tipping points’ genoemd, en ze worden veel gevreesd als gevolg van klimaatopwarming.

Een wordt bijvoorbeeld bereikt als de temperatuur op aarde dermate is opgewarmd, dat we het smelten en opbreken van al het ijs op de Noord- en Zuidpool niet meer kunnen voorkomen. Dat is zorgelijk, omdat het verdwijnen van het ijs de opwarming verder versterkt: water neemt meer warmte op dan ijs.

Het is dus in ons belang om te begrijpen waar de ‘tipping points’ van het klimaatsysteem zitten, en vervolgens te voorkomen dat we de balans de verkeerde kant op laten doorslaan.

Tot op heden gaan we, zoals bekend, wat dat betreft de verkeerde kant op. De concentratie van broeikasgassen in de atmosfeer blijft stijgen, en daarmee de opwarming die we te verduren En dus was ik zeer benieuwd wat Scheffer over klimaatverandering zou zeggen. Gevraagd of hij zich zorgen maakt over de opwarming zegt hij eerst:

‘Ik ben een onverbeterlijke optimist. We hebben als natuurliefhebbers de neiging om te zeggen: alles gaat de verkeerde kant op. Met die doemdenkerij moet je oppassen. Mensen haken erdoor af. Ik denk dat je beter kunt zijn. Zeggen dat er iets aan te doen is. Het hoeft ook weer niet zó moeilijk te zijn.’

Het is alsof we op een richel staan

Vervolgens zegt hij: ‘Qua klimaat kent de aarde sinds een paar miljoen jaar twee elkaar afwisselende toestanden: ijstijd en niet-ijstijd. We zitten nu in die laatste, een interglaciaal. Eigenlijk waren we al weer flink op weg naar een nieuwe ijstijd. De kans op zo’n omslag hebben we net gemist.’

‘Net gemist?,’ vraagt de journalist.

‘De kans op een kantelpunt is ongeveer een eeuw geleden gepasseerd. Door de opwarming heeft de mens de volgende kans erop ver vooruit geschoven. Die doet zich pas weer over zo’n 50.000 jaar voor. Gelukkig, kun je zeggen, want een ijstijd willen we niet. Maar de vroegere, veel warmere aarde van miljoenen jaar geleden, zonder poolkappen en een veel hogere zeespiegel, daar willen we ook niet naartoe. Het is alsof we nu op een richel staan, met aan weerskanten een diep dal. Naar geen van die twee wil je afglijden.’

‘Maar wat dan wel?,’ vraagt de journalist.

De uitdaging is het prachtige, huidige Holoceen-klimaat vast te houden

‘De uitdaging is het prachtige, huidige Holoceen-klimaat vast te houden. In deze stabiele periode is de landbouw ontstaan. En de beschavingen zoals we die nu kennen. We zijn aan dit klimaat gewend. Het is niet zo makkelijk om aan een nieuwe toestand te wennen. Dan zullen mensen massaal op andere plekken moeten gaan leven. Je ziet nu al dat het niet heel makkelijk gaat, zelfs als we kleine groepen mensen uit Syrië krijgen.’

Persoonlijk zie ik dat laatste als een van de grootste problemen van klimaatopwarming: de toenemende druk op regio’s die het toch al zwaar hebben. Zo kunnen grote delen van het Midden-Oosten onbewoonbaar worden omdat het kwik te ver stijgt, en zo zal landbouw in Afrika steeds moeilijker worden.

Maatschappelijk gezien slaan de gevolgen van de opwarming neer in hele oude van de mensen die iets hebben en de mensen die niets hebben. De opwarming vergroot ongelijkheid: mensen met veel middelen kunnen zich verweren, de ontheemden vangen de klappen.

Het goede nieuws is: zoals omslagen in natuurlijke systemen mogelijk zijn, zo zijn ze dat ook in onze samenleving. Dat is een reden tot hoop. Of in de woorden van essayist Rebecca Solnit in een recent stuk op De Correspondent: ‘We weten niet wat er staat te gebeuren, hoe, of wanneer, en precies in die onzekerheid bevindt zich de

Lees en kijk verder: