Hoe krijg je je sofa verhuisd? (En nog meer crises om op te lossen)
Mocht je deze mail voor het eerst lezen: welkom! Deze week schrijf ik over een hoop problemen - bij de Wereldbank, in de wetenschap en bij het verhuizen. Maak je geen zorgen, ik richt me vooral op de oplossingen. Wel zo gezellig.
Maar eerst: een huishoudelijke mededeling.
Een nieuw jasje voor mijn nieuwsbrief
Velen van jullie hebben me de afgelopen jaren gevraagd: hoe kan ik je nieuwsbrief delen met anderen? Tsja, toegegeven, dat delen was altijd een omslachtig gedoe.
Maar vanaf nu verschijnt deze mail - en die van mijn collega-correspondenten - ook op De Correspondent. Makkelijker te delen, en hij ziet er ook nog eens mooier uit.
Joechei!
Door wat geshuffel in het publicatierooster verschijnt deze mail trouwens niet meer op zaterdag, maar op maandag. Voor de rest blijft hij gewoon zoals hij is, inclusief de #NerdAlert.
Het laatste woord over de Wereldbank
De Wereldbank, ze is een van de invloedrijkste instanties op het gebied van armoedebestrijding. Maar wat doet die club precies? Is het zo’n neoliberale duivel als iedereen denkt? En hoe ziet de toekomst van de organisatie eruit?
Allemaal vragen die collega Maite Vermeulen en ik meenamen op onze reis naar Washington DC, waar het hoofdkantoor van de Wereldbank staat. We spraken zo’n dertig medewerkers, oud-medewerkers, Wereldbankkenners en activisten.
Het leverde een reeks artikelen op over allerlei onderwerpen:
- De invloed van de Wereldbank op het leven van arme mensen.
- Het antwoord op vragen als: Kan ik er een rekening openen? (Spoiler: nee.)
- De slechte reputatie van de organisatie.
- De invloed van Amerika.
- Het nieuwe Wereldbankbeleid op het gebied van mensenrechten en milieu.
En dan nu: het allerlaatste verhaal. Daarin stellen we vijf visionairs aan je voor, die elk een idee hebben om de organisatie te hervormen.
Want hervormen, dat is hard nodig. De organisatie heeft steeds meer concurrentie, houdt zich met te veel onderwerpen bezig en leert te weinig van het verleden.
Maar hoe moet de organisatie dan veranderen? Door zich alleen nog maar met migratie bezig te houden, stelde een oud-medewerker. Door de economenbril eens af te zetten, vond een onderzoeker. Nieuwsgierig naar de rest? Lees hier het hele verhaal.
Tot slot: een staande ovatie voor Thomas Hedger, die onze serie illustreerde.
Experimenten voor de wetenschap
Afgelopen zaterdag vond de March for Science plaats in Amsterdam, Washington DC en vele andere steden wereldwijd. De reden: de wetenschap wordt steeds minder serieus genomen. Zo hebben klimaatsceptici voet aan de grond gekregen in het Witte Huis en twijfelen steeds meer ouders over het laten vaccineren van hun kinderen.
Een goede zaak, dat protest. Want, zoals mede-organisator Maarten Frens zei tegen de NOS: ‘Wetenschap is niet zomaar een mening.’
Maar die post-fact-dreiging is niet het enige probleem waar de academische wereld mee kampt. Om maar wat te noemen: wetenschappers vinden dat ze te veel tijd kwijt zijn met subsidie-aanvragen en onderzoeksresultaten worden niet teruggevonden als een experiment nogmaals wordt uitgevoerd.
Deze week las ik twee creatieve ideeën om deze problemen aan te pakken.
Het eerste idee kwam ik tegen in Science: laat wetenschappers elkaar geld geven. Wetenschappers krijgen allemaal evenveel geld, maar moeten een deel van het bedrag afstaan aan andere - zelfgekozen - wetenschappers.
Dit bespaart zowel de overheid als de onderzoekers een hoop tijd. Natuurlijk liggen er problemen op de loer, zoals vriendjespolitiek. Maar het is de moeite waard het te proberen. De Tweede Kamer nam vorig jaar al een motie aan om een pilot te starten.
Het tweede idee komt van economen Luigi Butera en John List. In een nieuw artikel stellen zij voor: geef co-auteurschap aan degene die jouw onderzoek wil repliceren. Want dat overdoen van experimenten, daar is nu bijna geen eer aan te behalen. Gloedjenieuw onderzoek, dáár moet je zijn als wetenschapper.
Butera en List proberen het meteen zelf. Hun artikel - inclusief een experiment - zal niet gepubliceerd worden, beloven ze. Pas als iemand hun werk heeft overgedaan, sturen ze een artikel op naar een wetenschappelijk tijdschrift. Mét de naam van die derde persoon erbij.
Of deze ideeën gaan werken? Wie weet. Eerst maar even experimenteren, zoals dat hoort in de wetenschap.
#NerdAlert
Afgelopen weekend ben ik verhuisd naar een nieuwe stek. En, zoals bij elke grote levensgebeurtenis, hoort ook bij verhuizen een mooie wiskundige puzzel.
Want je kent het vast: je wilt een meubel om een hoek tillen of van een trap dragen en het komt muurvast te zitten. Je kunt natuurlijk blijven rammen, gaan zitten mokken of...er een wiskundig probleem bij verzinnen.
Het sofaprobleem.
Het gaat als volgt. Je hebt een gang van een meter breed, waar een hoek van negentig graden in zit. Je wilt een bank de hoek om verplaatsen. Je leeft in 2D, dus je kunt de bank niet op zijn kant zetten of andere 3D-kapriolen uithalen.
Nu de vraag: kun je een bank verzinnen die een zo groot mogelijk oppervlak heeft en nog steeds de hoek om kan? Ze hoeft niet mooi te zijn of lekker te zitten. Sterker nog, ze hoeft er niet eens uit te zien als een bank. Als het maar past.
Uitgepuzzeld? Kijk voor de (mogelijke) oplossing naar het filmpje hieronder. Of lees het NRC-artikel over het sofaprobleem.
(Met dank aan Hans Wisbrun, die op zijn geweldige wiskundeblog schreef over het sofaprobleem.)
Tot slot...
...vorige week vroeg ik jullie: welke schrijver of welk schrijfsel blinkt uit in het gebruik van humor? Thijs Backus tipte Bob den Uyl, die volgens hem qua stijl overeenkomt met Kathryn Schulz (waarvan ik een artikel aanraadde).
Ik schafte meteen Een zwervend bestaan aan. Dank, Thijs!